In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 16 november 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 24 juli 2023 op Schiphol een koffer met heroïne heeft ingevoerd. De verdachte, geboren in 1956 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, werd beschuldigd van het opzettelijk binnenbrengen van een hoeveelheid heroïne in Nederland. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat hij harddrugs naar Nederland vervoerde, omdat hij de inhoud van de koffer niet grondig had onderzocht. De rechtbank heeft het verzoek van de verdediging om een deskundige te benoemen om het percentage heroïne in het preparaat vast te stellen afgewezen. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 22 maanden geëist, maar de rechtbank heeft, rekening houdend met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals zijn leeftijd en gezondheid, de straf gematigd tot 18 maanden. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte opzettelijk heeft gehandeld in strijd met de Opiumwet, en heeft hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht.