Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde]
2.de naamloze vennootschapAchmea Schadeverzekeringen N.V.
1.Het verdere procesverloop
2.De verdere beoordeling
1. de stofsituatie op het werk;
2. de oorzaak van de aandoening en de vraag of die multi- of monocausaal is;
3. de zorgplicht van [gedaagde], waaronder de vraag waarom geen arbeidshygiënist is ingeschakeld;
4. de eventuele benoeming van een deskundige en de daaraan te stellen vragen;
5. het leerstuk van de proportionele aansprakelijkheid.
12 oktober 2009is te zien dat op de vloeren bij de entree van lokaal 018 veel wit stof en fijn gruis ligt. Bij die verbouwing is, zo heeft [eiseres] onbetwist toegelicht, een deur in de muur geslepen en is een stuk van het lokaal (de L-vorm) afgehaald. Op andere foto’s van die datum is te zien dat leerlingen met natte doeken de tafels in het lokaal schoonmaken. Op weer een andere foto van die datum is een rode deur te zien met ‘rode’ vegen op de plekken waar al is schoongemaakt. Op de rest van de deur is een witte (stof) waas zichtbaar.
12 januari 2010is een hand te zien en een tafel met stof. Op de hand zit stof dat van de tafel is geveegd. Op een andere foto is een hand te zien die stof van de DVD-speler veegt. Verder zijn er foto’s van een gescheurde poster, van stof op een opblaasvliegtuig dat aan het plafond hangt en van stof op een raamkozijn.
3 oktober 2010is te zien dat er veel (grijs, zwart) stof op de plinten ligt. Op een andere foto staat de hand van [eiseres] waar stof op zit dat van het kozijn en de plinten is afgeveegd.
24 juli 2013is niet relevant, omdat het niets zegt over de causaliteit tussen de werkomstandigheden en de aandoening van [eiseres]. Het filmpje is immers gemaakt ruim 2,5 jaar nadat [eiseres] definitief bij [gedaagde] was uitgevallen.
uitsluitendde (terugkerende) blootstelling aan prikkels (naast aanleg) de veroorzaker van de longklachten is. [eiseres] verwijst hiervoor naar de brief van haar longarts Van den Berg van 25 mei 2021 (zie 2.29 van het tussenvonnis), waarin staat dat [eiseres] met name op stof reageert en dat andere factoren geen rol spelen. De arts baseert zich hierbij op een door [eiseres] bijgehouden dagboek, de waarneming dat de klachten verdwenen als [eiseres] langere tijd niet op school was en de mededeling van [eiseres] dat zij andere prikkels mijdt.
(…) Vraag 3. Klopt het dat zonder de terugkerende blootstelling aan de prikkel waarvoor iemand gevoelig is, geen astma ontstaat? In andere woorden: is de terugkerende blootstelling causaal voor het ontwikkelen van astma? Antwoord: Neen, dat is niet het mechanisme zoals waarschijnlijk bij client verantwoordelijk is voor de klachten. (…)’.
in relevante mateheeft bijgedragen. Tot slot voeren gedaagden aan dat de schade zozeer is verbonden met de bijzondere kwetsbaarheid van [eiseres], dat de gevolgen daarvan op grond van artikel 6:106 BW volledig voor [eiseres] moeten komen.
3.De beslissing
- de deskundige heeft een begroting afgegeven, die aan dit tussenvonnis is gehecht;
binnen twee wekenna de datum van dit vonnis schriftelijk bij de kantonrechter bezwaar maken tegen de begroting;
- indien niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige reeds nu voor alsdan vastgesteld op het door de deskundige begrote bedrag van € 2.124,- exclusief btw;
- indien wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal een nieuw voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing.
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak;
binnen drie maandenna het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot, bij de griffie van de sectie kanton van de rechtbank zal inleveren;
twee wekennadat het deskundigenbericht bij de griffie van de sectie kanton van deze rechtbank is ingeleverd en nadat de griffier de exemplaren daarvan heeft toegezonden aan partijen, de zaak op de rol wordt gebracht voor uitlaten partijen over de conclusie na deskundigenbericht c.q. vonnis vragen. Indien partijen opteren voor conclusie na deskundigenbericht, zullen partijen gelijktijdig concluderen;