Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 2 september 2022 op het verzet van
[opposant] , opposant
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
N. Joacim, griffier. Deze uitspraak is gedaan op
Rechtbank Noord-Holland
Op 2 september 2022 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een verzetzaak van een opposant tegen een eerdere uitspraak waarin zijn beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De opposant had op 15 september 2021 een tweede bezwaar ingediend bij de Belastingdienst, gericht tegen de buitenbehandelingstelling van zijn verzoek voor de toepassing van de 30%-bewijsregel. De rechtbank had eerder, op 26 april 2022, dit beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat de opposant niet tijdig zijn volledige adresgegevens had verstrekt en er twijfels bestonden over de bevoegdheid van zijn gemachtigde om zijn belangen te behartigen.
In de verzetzaak beoordeelt de rechtbank of de eerdere uitspraak terecht was. De rechtbank concludeert dat de opposant in zijn verzetschrift geen gronden heeft aangevoerd tegen de eerdere uitspraak. De rechtbank heeft de opposant verzocht om aan te geven waarom hij het niet eens was met de uitspraak, maar de opposant verwees naar een andere zaak van een derde partij, zonder in te gaan op de specifieke redenen voor zijn eigen niet-ontvankelijkheid.
De rechtbank stelt vast dat de opposant niet heeft aangetoond dat het niet tijdig indienen van de benodigde gegevens niet aan hem kan worden toegerekend. Daarom blijft de eerdere uitspraak in stand en wordt het verzet ongegrond verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter S.K.A. Efstratiades, in aanwezigheid van griffier N. Joacim, en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.