ECLI:NL:RBNHO:2022:6404

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
21 juli 2022
Publicatiedatum
21 juli 2022
Zaaknummer
C/15/329221 / KG ZA 22-305
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot afgifte van geluidsopnames in kort geding met betrekking tot arbeidsovereenkomst en winstdelingsregeling

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 21 juli 2022 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Schadenberg Groep B.V. en een voormalige werknemer, aangeduid als [gedaagde]. De eiser, Schadenberg, vorderde de afgifte van volledige geluidsopnames van gesprekken die op 1 en 14 december 2021 hebben plaatsgevonden tussen de gedaagde en de algemeen directeur van Schadenberg, de heer [naam 1]. De vordering was gebaseerd op artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), dat de inzage in bescheiden regelt. Schadenberg stelde dat zij een rechtmatig belang had bij de volledige opnames om haar grieven in een hoger beroep tegen een eerdere beschikking van de kantonrechter te kunnen formuleren.

De voorzieningenrechter oordeelde dat Schadenberg een spoedeisend belang had bij de vordering, omdat de gedaagde slechts geselecteerde fragmenten van de opnames in het geding had gebracht, waardoor Schadenberg in haar verdediging werd benadeeld. De voorzieningenrechter wees de vordering tot afgifte van de volledige geluidsopnames toe, met de voorwaarde dat deze uitsluitend gebruikt zouden worden in de aanhangige hoger beroepsprocedure. Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld tot het afgeven van een Iphone 12 die aan hem ter beschikking was gesteld. De gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten van Schadenberg.

De uitspraak benadrukt het belang van 'equality of arms' in juridische procedures, waarbij beide partijen toegang moeten hebben tot relevante informatie om een eerlijk proces te waarborgen. De voorzieningenrechter verwierp het verweer van de gedaagde dat de afgifte van de opnames niet tot een ander oordeel zou leiden, en concludeerde dat de vordering van Schadenberg gegrond was.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rolnummer: C/15/329221 / KG ZA 22-305
Vonnis in kort geding van 21 juli 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SCHADENBERG GROEP B.V.,
gevestigd te Hem,
eiseres,
advocaat mr. W. de Vis te Alkmaar,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
advocaat mr. M.H.A. Gobes te Hoorn Nh.
Partijen zullen hierna Schadenberg en [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 29 juni 2022 met 7 producties,
  • de producties 1 tot en met 5 van de zijde van [gedaagde] ,
  • de akte houdende wijziging van eis van Schadenberg,
  • de mondelinge behandeling die heeft plaatsgevonden op 7 juli 2022,
  • de spreekaantekeningen van Schadenberg,
  • de pleitnota van [gedaagde] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De uitgangspunten

2.1.
[gedaagde] is op 1 januari 2018 bij Schadenberg in dienst getreden als Operationeel Directeur.
2.2.
Op 22 november 2021 heeft de algemeen directeur en bestuurder van Schadenberg, de heer [naam 1] (hierna: [naam 1] ) aan [gedaagde] medegedeeld dat per 1 december 2021 een nieuwe financieel directeur zal worden aangesteld en dat die alle taken van [gedaagde] overneemt. De werkplek van [gedaagde] is op 25 november 2021 door Schadenberg leeggehaald ten behoeve van de nieuwe financieel directeur.
2.3.
In de periode na 22 november 21 hebben partijen overleg gehad echter zonder resultaat. Op 1 en 14 december 2021 hebben er gesprekken plaatsgevonden tussen [naam 1] en [gedaagde] , van welke gesprekken (delen) door [gedaagde] zijn opgenomen met zijn telefoon.
2.4.
Vervolgens heeft Schadenberg een verzoekschrift ingediend bij deze rechtbank en verzocht om het dienstverband met [gedaagde] te beëindigen. [gedaagde] heeft een tegenverzoek ingediend strekkende tot betaling van een winstdelingsregeling van 5%.
2.3.
Bij beschikking van 10 mei 2022 heeft de kantonrechter van deze rechtbank, kort gezegd, het verzoek onder toekenning van een billijke vergoeding aan [gedaagde] toegewezen indien het verzoek niet zou worden ingetrokken door Schadenberg; het tegenverzoek tot betaling van een winstdeling is toegewezen tot een bedrag van ruim
€ 485.000,00 bruto.
De kantonrechter overwoog in genoemde beschikking dat er geen reden is om eraan te twijfelen dat partijen een winstdeling zijn overeengekomen. Hij baseerde zijn oordeel mede op twee door [gedaagde] in het geding gebrachte geluidsfragmenten van delen van gesprekken tussen hem en [naam 1] , welke gesprekken op 1 december en 14 december 2021 hebben plaatsgevonden. De kantonrechter zag geen aanleiding voor nadere bewijslevering door partijen. Schadenberg had gezien de beschikbare geluidsopnames van de gesprekken, haar stellingen voor alternatieve verklaringen of argumenten onvoldoende gemotiveerd en onderbouwd.
2.4.
Schadenberg heeft aangekondigd tegen de beschikking in hoger beroep te zullen gaan.

3.Het geschil

3.1.
Schadenberg vordert - na wijziging van eis - [gedaagde] te veroordelen tot afgifte binnen twee dagen na de betekening van dit vonnis van de volledige geluidsfragmenten van de gesprekken die tussen [naam 1] en Schadenberg hebben plaatsgevonden op 1 en 14 december 2021, althans een kopie van de volledige, onbewerkte geluidsopnames van die gesprekken (als digitaal geluidsbestand via overdracht op CD, DVD of andere gegevensdrager dan wel per e-mail of op andere elektronische wijze) en [gedaagde] verder te veroordelen tot afgifte van de Iphone 12 (met simkaart), een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom en onder veroordeling van [gedaagde] in de kosten van dit geding.
3.2.
Schadenberg legt aan zijn vordering ten grondslag dat [gedaagde] in strijd met artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) heeft gehandeld, door slechts geknipte fragmenten in het geding te brengen in de procedure bij de kantonrechter, terwijl deze geen compleet beeld geven en de context van de gesprekken niet juist weergeven. Er is slechts ruim drie minuten aan geluidsopnames in het geding gebracht terwijl de gesprekken ieder afzonderlijk veel langer hebben geduurd (het gesprek op 1 december 2021 heeft alleen al anderhalf uur geduurd). Schadenberg stelt dat de volledige opnames van de gesprekken zullen aantonen dat er geen sprake was van een overeengekomen vaste winstdelingsregeling, zoals [gedaagde] stelt, maar dat de vermeende winstdelingsregeling was gekoppeld aan de aankoop van aandelen in Schadenberg, welke aankoop niet heeft plaatsgevonden.
[gedaagde] heeft onder verwijzing naar de beschikking van 10 mei 2022 geweigerd om de volledige opnames aan Schadeberg te verstrekken. Schadenberg wenst in hoger beroep te gaan tegen de uitspraak en moet de grieven tegen de beschikking gelijk aanvoeren.
Het hoger beroep zal zich grotendeels concentreren op het al dan niet bestaan van een winstdelingsregeling, zodat Schadenberg een spoedeisend en rechtmatig belang heeft om binnen de hoger beroep termijn te kunnen beschikken over de volledige geluidsopnames. Schadeberg vordert om [gedaagde] te veroordelen tot het overhandigen (van de kopieën) daarvan ex artikel 843a Rv. Zij heeft een rechtmatig belang, de vordering is voldoende bepaald en [gedaagde] heeft geen gewichtige redenen gesteld die aan de toewijzing daarvan in de weg zouden staan, aldus Schadenberg. De afgifte van Iphone vordert zij op basis van bij de afgifte van de Iphone gemaakte afspraken over teruggave.
3.3.
[gedaagde] voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Spoedeisend belang

4.1.
De vordering in kort geding kan alleen worden toegewezen als Schadenberg daarbij een spoedeisend belang heeft. [gedaagde] betwist dat hiervan sprake is, omdat Schadenberg bij wijze van incident een vordering op grond van artikel 843a Rv bij het gerechtshof kan opwerpen als zij van mening is dat de ‘volledige’ geluidsopnames van de twee gesprekken overgelegd moeten worden. [gedaagde] meent dat het gerechtshof de plaats is waar een herbeoordeling van die vraag thuis hoort, gelet op de onomkeerbaarheid van het gevorderde en het feit dat de kantonrechter hiertoe in de bodemprocedure geen aanleiding heeft gezien.
4.2.
De voorzieningenrechter volgt [gedaagde] hierin niet. [gedaagde] beschikt over de volledige geluidsopnames, terwijl hij, zo heeft hij erkend, daarvan slechts delen heeft geselecteerd en uitsluitend die delen in het geding heeft gebracht die hij relevant heeft geacht voor zijn stellingen. Schadenberg stelt dat zij er belang bij heeft om over de volledige geluidsopnames te kunnen beschikken binnen de hoger beroep termijn om haar grieven tegen de beschikking te kunnen formuleren. De voorzieningenrechter is van oordeel dat Schadenberg om die reden een voldoende spoedeisend belang heeft bij haar vordering en niet eerst een incident hoeft op te werpen bij het gerechtshof. In lijn met het arrest van de Hoge Raad van 8 februari 2013 [1] kan niet worden geoordeeld dat geen plaats is voor een vordering op grond van artikel 843a Rv in kort geding, terwijl al een andere procedure aanhangig is. Dit leidt er ook toe dat de omstandigheid dat een incidentele vordering bij het gerechtshof kan worden ingesteld, op zichzelf niet al in de weg staat aan de mogelijkheid tot het instellen van die vordering in kort geding. Schadenberg is dan ook ontvankelijk in haar vordering.
843a Rv
4.3.
Voor toewijzing van de vordering op grond van artikel 843a Rv moet Schadenberg een rechtmatig belang hebben bij de inzage in bepaalde bescheiden, aangaande een rechtsbetrekking waarin zij partij is. Bij de beoordeling van een dergelijke vordering in kort geding, speelt bovendien de onomkeerbaarheid van de gevraagde voorziening een rol.
Rechtmatig belang
4.3.1.
Schadenberg stelt dat zij onredelijk wordt benadeeld doordat [gedaagde] weigert de volledige geluidsopnames af te geven en dat deze opnames relevant zijn om goed te kunnen grieven tegen de beschikking van de kantonrechter. Door de opstelling van [gedaagde] wordt Schadenberg in haar verdedigingsbelangen geschaad terwijl [gedaagde] onredelijk voordeel geniet, aldus Schadenberg.
4.3.2.
Vast staat dat [gedaagde] opnames heeft gemaakt van zijn gesprekken met [naam 1] op 1 en 14 december 2021. Ook staat vast dat hij die opnames niet geheel in het geding heeft gebracht in de procedure voor de kantonrechter. Hij heeft slechts die delen in het geding gebracht die zijn stellingen over de winstdelingsafspraak ondersteunen. Schadenberg heeft in dit geding voldoende aannemelijk gemaakt dat er in die gesprekken meer is gezegd en ook is gesproken over voorwaarden waaraan [gedaagde] zou moeten hebben voldaan om aanspraak te kunnen maken op winstdeling. Dat zou dan ook uit de gemaakte geluidsopnames moeten blijken. Aldus is de voorzieningenrechter van oordeel dat Schadenberg een rechtmatig belang heeft bij afgifte van kopieën van de volledige opnames die [gedaagde] van de gesprekken van 1 en 14 december 2021 heeft gemaakt.
De door [gedaagde] aangehaalde uitspraak van deze rechtbank van 19 mei 2022 is niet van toepassing op de onderhavige zaak, omdat de omstandigheden in die zaak wezenlijk anders waren. In de onderhavige kwestie gaat om een eenzijdige, subjectieve selectie van opnames die door een partij in het geding is gebracht, zonder dat de andere partij over de opnames beschikt. Schadenberg heeft, zoals overwogen, een rechtmatig belang bij dat beoordeeld kan worden wat er op de gehele opnames staat. Er is geen sprake van bewijswaardering die buiten het bereik van artikel 843a Rv valt, zoals [gedaagde] stelt, maar van het verkrijgen van de volledige opnames in het kader van equality of arms.
Bepaalde bescheiden
4.3.3.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat Schadenberg voldoende concreet heeft gemaakt van welke geluidsopnames zij kopieën verlangt. Het gaat immers om de geluidsopnames die [gedaagde] heeft gemaakt van de gesprekken die hij op 1 en 14 december 2021 met [naam 1] heeft gevoerd. Ter zitting heeft [gedaagde] toegelicht dat de totale opname van ieder gesprek ongeveer 30 minuten duurt. Ook heeft hij niet weersproken dat hij nog over de volledige door hem gemaakte opnames beschikt. Zoals hiervoor reeds overwogen heeft Schadenberg een rechtmatig belang bij kopieën van de gemaakte geluidsopnames
Rechtsbetrekking tussen partijen
4.3.4.
Tussen partijen is niet in geschil dat er tussen hen sprake is van een rechtsbetrekking uit een arbeidsovereenkomst en dat zij in het kader van die rechtsbetrekking procespartijen waren in de procedure waarin de kantonrechter op 10 mei 2022 een beschikking heeft gewezen en in hoger beroep ook weer zullen zijn.
Gewichtige reden om te weigeren
4.3.5.
Ingevolge lid 4 van artikel 843a Rv is [gedaagde] niet gehouden aan de vordering tot afgifte van kopieën van de gemaakte geluidsopnames van Schadenberg te voldoen indien daarvoor gewichtige redenen zijn en als redelijkerwijs aangenomen kan worden dat een behoorlijke rechtsbedeling ook zonder verschaffing van de gevraagde gegevens is gewaarborgd. [gedaagde] stelt dat afgifte van de volledige geluidsopnames uiteindelijk niet tot een ander oordeel zal leiden en dat hij een gewichtig belang heeft om niet mee te werken aan een fishing expedition van Schadenberg. De voorzieningenrechter heeft reeds met zoveel woorden overwogen dat een behoorlijke rechtsbedeling meebrengt dat de volledige geluidsopnames ter beschikking komen van Schadenberg. Verder is het de voorzieningenrechter niet gebleken dat sprake is van een fishing expedition.
Hoewel Schadenberg dit mogelijk onvoldoende naar voren heeft gebracht in de procedure bij de kantonrechter, heeft zij thans het belang bij het kunnen beschikken over de volledige geluidsopnames van de gesprekken van 1 en 14 december 2021 voldoende concreet onderbouwd. Het verweer dat er gewichtige redenen aan afgifte van kopieën van de geluidsopnames in de weg staan verwerpt de voorzieningenrechter dan ook.
4.4.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering van Schadenberg zal worden toegewezen voor zover het de afgifte van digitale kopieën van de volledige geluidsopnames betreft.
Daarbij dient rekening te worden gehouden met de onomkeerbaarheid van die voorziening.
Van Schadenberg mag worden verlangd dat zij de geluidsopnames uitsluitend zal gebruiken in de door haar nog aanhangig te maken hoger beroepsprocedure, zoals Schadenberg ter zitting heeft toegezegd. Dit met name ook gelet op mogelijke andere uitlatingen die schadelijk voor derden zouden kunnen zijn.
Iphone 12
4.5.
Voor de vordering tot afgifte van de Iphone die aan [gedaagde] in gebruik is gegeven, beroept Schadenberg zich op het mobiel uitgiftedocument (productie 6 bij dagvaarding) dat [gedaagde] op 10 mei 2021 heeft ondertekend. Op grond van dat document dient [gedaagde] de ontvangen Iphone op eerste verzoek in te leveren ongeacht de aard van dit verzoek.
4.6.
[gedaagde] heeft geen bezwaar tegen de afgifte van het toestel, maar hij wenst zijn SIM-kaart te behouden. In dit geding is voldoende aannemelijk geworden dat ervan moet worden uitgegaan dat de Iphone zonder SIM-kaart aan [gedaagde] is verstrekt en de SIM- kaart reeds aan [gedaagde] toebehoorde. Hij heeft immers zijn nummer destijds behouden.
Mogelijk worden er op dit moment abonnementskosten door Schadenberg vergoedt, maar dit speelt in het kader van de afgifte van het toestel geen rol. De vordering zal in die zin worden toegewezen, dat [gedaagde] uitsluitend het toestel aan Schadenberg moet afgeven.
Dwangsom
4.7.
De gevorderde dwangsom zal worden toegewezen, met dien verstande dat deze zal worden gematigd als hierna te melden.
Proceskosten
4.8.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van dit geding. Deze kosten worden aan de zijde van Schadenberg begroot op € 779,33 aan verschotten, € 676,- aan griffierecht en € 103,33 kosten dagvaarding, en op € 1.016,- aan salaris van de advocaat.
De nakosten zijn slechts toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot en zullen worden toegewezen op de wijze zoals hierna vermeld.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter:
5.1.
veroordeelt [gedaagde] om binnen twee dagen na de betekening van dit vonnis kopieën van de volledige geluidsopnames van de gesprekken tussen hem en Schadenberg, althans de heer [naam 1] , die hebben plaatsgevonden op 1 december 2021 en 14 december 2021 aan Schadenberg af te geven als digitaal geluidsbestand via overdracht op CD, DVD of andere gegevensdrager dan wel per e-mail of op andere elektronische wijze,
5.2.
veroordeelt [gedaagde] een dwangsom te betalen van € 5.000,- ineens en € 500,- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde] de hiervoor onder 5.1 genoemde veroordeling niet nakomt, zulks tot een maximum van € 45.000,-,
5.3.
veroordeelt [gedaagde] om binnen twee dagen na de betekening van dit vonnis aan Schadenberg af te geven de Iphone 12 die Schadenberg aan [gedaagde] ter beschikking heeft gesteld, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat [gedaagde] deze veroordeling niet nakomt, zulks tot een maximum van € 5.000,-,
5.4.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van dit geding, welke kosten aan de zijde van Schadenberg worden begroot op € 779,33 aan verschotten en op € 1.016,- aan salaris van de advocaat,
5.5.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten die zijn ontstaan na dit vonnis, begroot op
€ 163,- aan salaris van de advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat [gedaagde] niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,- aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van dit vonnis, alsmede met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.6.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
5.7.
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr.drs. J. Blokland, voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 21 juli 2022. [2]

Voetnoten

2.LK/JB