Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 4 maart 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene voor het handelen in strijd met een geslotenverklaring in beide richtingen. De gemachtigde van de betrokkene, Appjection B.V. vertegenwoordigd door M. Lagas, stelde dat er een onjuiste feitcode was gehanteerd bij de boete, en dat deze niet kon worden opgelegd onder de algemene feitcode (R550A), maar alleen onder de specifieke feitcode (R550B). De kantonrechter heeft dit standpunt echter niet gevolgd.
De kantonrechter verwees naar een eerdere uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 16 december 2021, waarin werd bevestigd dat in vergelijkbare gevallen een boete kan worden opgelegd onder de algemene feitcode. De kantonrechter oordeelde dat de boete terecht was opgelegd en verklaarde het beroep ongegrond. Tevens werd het verzoek om vergoeding van proceskosten afgewezen, omdat het beroep ongegrond werd verklaard.
De uitspraak benadrukt het belang van de juiste toepassing van feitcodes in verkeerszaken en bevestigt dat de rechterlijke macht de bevoegdheid heeft om boetes op te leggen op basis van algemene feitcodes, mits dit in overeenstemming is met eerdere jurisprudentie. De betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.