Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
“Gebruik garageboxen stopt m.i.v. 1 september, voor die tijd privé spullen uit de garage halen (…) Vanaf nu geen privé gebruik van materialen.”
vertelt aan [werknemer][ktr: [werknemer] ]
dat hij heeft vernomen dat [werknemer] in de zomervakantie met een auto en aanhangwagen op het schoolterrein is geweest en dat hij spullen uit een garagebox (de opslag van de sectie techniek onderbouw) heeft gehaald. [werknemer] bevestigt dat hij dat inderdaad heeft gedaan en dat het ging om materialen die voor de school geen waarde meer hadden;
- Geperst houtafval voor de openhaard.
- Een oude oven.
- Gebruikte en flink beschadigde houten panelen van elektrotechniek.
“De in deze brief opgenomen feiten en omstandigheden vormen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang bezien, voldoende dringende reden(en) als bedoeld in artikel 7:677 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) om uw arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen. In het bijzonder is sprake van zodanige daden, eigenschappen en/of gedragingen die ten gevolge hebben dat van ons redelijkerwijs niet kan worden gevergd uw arbeidsovereenkomst te laten voortduren (art. 7:678 lid 1 BW) en voorts constateren wij dat u zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal, verduistering, bedrog of andere misdrijven waardoor u ons vertrouwen onwaardig bent geworden (art. 7:678 lid 2 sub d BW) en dat u ook anderszins grovelijk de plichten hebt veronachtzaamt die de arbeidsovereenkomst u oplegt (art. 7:678 lid 2 sub k BW).”
3.Het verzoek van [werknemer]
4.Het verweer van Dunamare
5.Het verzoek en het tegenverzoek van Dunamare
€ 14.961,93, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 september 2021 tot aan de dag van algehele voldoening, en de proceskosten.
6.Het verweer van [werknemer] tegen het verzoek van Dunamare
7.De beoordeling
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 39). De kantonrechter heeft hiervoor geoordeeld dat het ontslag op staande voet niet terecht is gegeven, omdat daarvoor geen dringende reden aanwezig was. Hoewel een dringende reden niet zonder meer samenvalt met ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van [werknemer] , valt bij gebreke aan een dringende reden en de hiervoor vastgestelde feiten en omstandigheden niet in te zien dat het eindigen van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van
ernstigverwijtbaar handelen of nalaten van [werknemer] . Dat betekent dat Dunamare de transitievergoeding verschuldigd is en zal worden veroordeeld tot betaling van die vergoeding.
New Hairstyle)). Ook met de gevolgen van het ontslag kan rekening worden gehouden, voor zover die gevolgen zijn toe te rekenen aan het verwijt dat de werkgever kan worden gemaakt. Het gaat er uiteindelijk om dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. De billijke vergoeding heeft echter geen specifiek punitief karakter en bij het begroten daarvan kan dus geen rol spelen welk bedrag voor de werkgever een ‘bestraffend’ effect heeft.