In deze zaak heeft eiseres, wonende te [woonplaats 1], een vordering ingesteld tegen gedaagde, h.o.d.n. [bedrijfsnaam], wonende te [woonplaats 2], wegens tekortkoming in de nakoming van een aannemingsovereenkomst. De vordering betreft de installatie van een Warmte Terug Winning Systeem (WTW) in de woning van eiseres. Eiseres heeft op 16 maart 2022 gedaagde gedagvaard, waarna gedaagde schriftelijk heeft geantwoord. Tijdens een zitting op 30 september 2022 zijn de standpunten van beide partijen toegelicht. Eiseres heeft een offerte van gedaagde ontvangen voor de installatie van de WTW, maar er zijn problemen ontstaan met de uitvoering van de werkzaamheden, met name door het ontbreken van noodzakelijke sparingen in de betonvloeren. Gedaagde heeft op 7 november 2020 de werkzaamheden stopgezet, wat heeft geleid tot een geschil over de schadevergoeding die eiseres vordert. De kantonrechter heeft geoordeeld dat gedaagde tekort is geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen en in verzuim verkeert. De kantonrechter heeft vastgesteld dat gedaagde gehouden is om de schade die eiseres lijdt te vergoeden, maar heeft het deel van de vordering dat betrekking heeft op een misgelopen subsidie afgewezen. De zaak is verwezen naar de rol voor eiseres om de gevorderde vervangende schadevergoeding verder te onderbouwen.