Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
“Door middel van dit bericht laten wij u weten dat wij in onderling overleg besloten hebben om uw arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd om te zetten naar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd onder de voorwaarden van het succesvol afronden van de SVS Basisopleiding Schoonmaken.
VSB is het contract op [locatie] kwijt en deze is overgedragen aan Van Vliet . Zoals u zelf al heeft kunnen lezen in onze CAO zitten aan de overname van personeel nogal wat haken en ogen. Mevrouw [werkneemster] had eigenlijk over gemoeten naar Van Vliet gezien haar minimale anderhalf jarige dienstverband etc. Echter door het gemis van het diploma heeft Van Vliet mevrouw op 1 oktober pas aangegeven dat zij naar huis kon (nadat het contract met VSB voor mevrouw al was beëindigd). VSB kan mevrouw geen opleiding meer aanbieden omdat mevrouw geen uren meer bij VSB heeft. Ook is het voor haar niet mogelijk mevrouw ergens anders te plaatsen want VSB heeft geen ander werk voor haar in de regio (…) VSB heeft haar best gedaan mevrouw bij Van Vliet binnen te krijgen maar dat is helaas voor mevrouw niet gelukt. Het contract met mevrouw is dan ook beëindigd (…)”
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
€ 11,27 heeft betaald. Uit het verzoekschrift is niet voldoende onderbouwd gebleken dat VSB in gebreke is met betaling van het achterstallige loon vanaf 1 februari 2020. De kantonrechter zal de vordering tot betaling van € 88,- aan achterstallig salaris toewijzen over de periode van 1 juli 2020 tot 1 november 2020.