Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Na de hersteldmelding circa 3 weken na het einde van de wachttijd heeft de werkgever de werknemer niet opgeroepen bij haar bedrijfsarts en de werkgever heeft geen (arbeids)deskundige ingeschakeld, zodat de kantonrechter ervan uitgaat dat werknemer per datum hersteldmelding in staat was om de bedongen arbeid te verrichten. De werknemer kan niet worden verweten dat hij niet ruim voor afloop van de wachttijd een WIA-aanvraag heeft gedaan omdat de werkgever de werknemer pas 3 dagen voor het einde van de wachttijd hierop heeft aangesproken en het re-integratieadvies te laat beschikbaar was.
1.Het procesverloop
heeft ter zitting mondeling gedupliceerd op de tegenvordering.
2.De feiten
“Meneer geeft aan dat sommige taken en handelingen erg lang duren. Meneer kan niet snel en efficiënt genoeg werken.”
Er is geen sprake van uitval wegens arbeidsongeschiktheid. Het onderzoek wordt ingesteld aangezien werknemer beperkingen heeft ten opzichte van normaal functioneren en er geconstateerd is dat de functie niet meer optimaal bij de werknemer past (productieverlies, maken van fouten).
“De gezondheidssituatie blijft vooralsnog constant is de verwachting. Hierdoor zijn de beperkingen ook constant. Het UWV eist een volledig onderzoek naar de kansen en mogelijkheden in spoor 2. (…) Mocht in de toekomst het loonverlies oplopen, tot meer dan 35%, kan op dat moment een WIA aanloop (opnieuw) worden opgestart. Uw kunt als werkgever de huidige situatie voorleggen aan het UWV in het kader van een Deskundigen Oordeel. Om zo te kijken of het huidige proces een kans van slagen heeft of niet. Bij een loonverlies van 30% en het niet verder doorlopen van spoor 2, heeft de ziekmelding geen toegevoegde waarde. Een aanloop naar WIA zal op deze feiten door het UWV zeer waarschijnlijk niet worden goedgekeurd. En het UWV kan zelfs deze aanloopperiode achteraf als niet geldig verklaren. Een volgend spreekuur lijkt mij daarom niet zinvol.”
“Wij zullen over 6 weken de medische beperkingen opstellen in een LAB (lijst Arbeidsmogelijkheden en Beperkingen) ten behoeve van de hernieuwd AD onderzoek dat nodig zal zijn, wanneer de medische beperkingen zijn veranderd.’’
“Wij hebben de medische beperkingen opgesteld in een LAB (Lijst Arbeidsmogelijkheden en Beperkingen). De AD(Arbeidsdeskundige) kan op basis van deze medische beperkingen het re-integratieonderzoek uitvoeren.”
“In het kader van poortwachter adviseer ik werkgever 6-wekelijks te evalueren, maak duidelijke afspraken en leg dit samen vast. Gezien de duur van de arbeidsongeschiktheid en voor de zekerheid adviseer ik een deskundigenoordeel welke aan te vragen is bij het UWV.’’
“Kun je mij aangeven waar je de WIA aanvraag precies voor nodig hebt. En kun je mij ook aangeven wat de WIA aanvraag voor mij tot gevolg heeft.’’
“We gaan er dus nog steeds vanuit dat we een kopie van de WIA aanvraag uiterlijk deze week van jou zullen ontvangen. (…) Anders zullen we helaas genoodzaakt zijn om – zolang je niet voldoet aan de wettelijke verplichting om een WIA aanvraag te doen – 70% in plaats van 100% van je salaris uit te keren.’’
“Wij begrijpen dat je hebt aangegeven dat wij (GKW) jou, in nette termen geformuleerd, niet op een integere manier behandelen. Wij zouden jou willen ontslaan en ook zouden wij jou “zomaar” hebben ziek gemeld waar jij niets van wist.’’
“Ook krijgen wij signalen van collega’s over jouw negatieve gedrag op de werkvloer. Zelf ervaren wij ook dat je bij tijd en wijle geen respect toont voor de directie. Intern hebben wij vernomen van collega’s dat je je zelfs negatief uitlaat over kantoor en directie.”
3.De vordering
op straffe van een dwangsom van € 1.000 per dag of gedeelte daarvan;
New Hairstyle). Voorts maakt [werknemer] aanspraak op betaling van de gemaakte buitengerechtelijke kosten. [werknemer] heeft immers, zowel zelf als via zijn gemachtigde, herhaaldelijk getracht om betaling buiten rechte te verkrijgen.
4.Het verweer en de tegenvordering
De sanctie hierop staat duidelijk in artikel 7:629 lid 3 sub f BW omschreven, zodat Groep Kennemerwaert terecht een loonsanctie heeft opgelegd.
5.De beoordeling in conventie en in reconventie
De kantonrechter licht dat als volgt toe.
niet volledigworden verricht, dan is sprake van arbeidsongeschiktheid in de zin van artikel 7:629 BW.
In het verlengde hiervan is van herstel pas sprake als iemand weer in staat is de bedongen arbeid
vollediguit te voeren.
De kantonrechter ziet niet dat Groep Kennemerwaert deze hersteldmelding heeft betwist. Groep Kennemerwaert heeft [werknemer] niet opgeroepen bij haar bedrijfsarts om de hersteldmelding te beoordelen of te toetsen en Groep Kennemerwaert heeft ook geen deskundige ingeschakeld om het verdienvermogen van [werknemer] vast te stellen.
De kantonrechter stelt vast dat Groep Kennemerwaert de adviezen van de verschillende bedrijfsartsen van 12 februari 2018 en 4 maart 2019 om een deskundigenoordeel te vragen om het verdienvermogen te beoordelen ook naast zich heeft neergelegd. De kantonrechter gaat er daarom van uit dat [werknemer] per 1 november 2019 in staat was om de bedongen arbeid te verrichten. Dat [werknemer] op 1 november 2019 feitelijk niet zijn volledige takenpakket uitoefende, maakt deze conclusie niet anders. Het gaat er immers om of een werknemer de bedongen werkzaamheden
kanverrichten. Het lag op de weg van Groep Kennemerwaert om [werknemer] de bedongen werkzaamheden op te dragen. Vaststaat dat Groep Kennermerwaert [werknemer] pas eind juni 2020 erop heeft gewezen dat hij de btw-aangiften moest doen en stukken van N.V. ‘s, moest publiceren. [werknemer] heeft vervolgens onweersproken verklaard dat hij met ingang van 1 juli 2020 zijn volledige takenpakket is gaan vervullen, dus ook de Btw-aangiften en de jaarstukken NV.
Niet gesteld of gebleken is dat Groep Kennemerwaert in de periode waarin dat voor de hand had gelegen (in week 87 tot en met week 91 van de arbeidsongeschiktheid) bij [werknemer] heeft gecheckt of hij de WIA-aanvraag had ontvangen en erop heeft aangedrongen de stukken (samen) in te vullen. Uit de overgelegde stukken blijkt dat Groep Kennermerwaert bij e-mail van 2 oktober 2019 (3 dagen voor het verstrijken van de wachttijd) [werknemer] heeft gevraagd om een WIA-aanvraag te doen. Uit de reactie van [werknemer] in zijn e-mail van 10 oktober 2019
“Kun je mij aangeven waar je de WIA aanvraag precies voor nodig hebt. En kun je mij ook aangeven wat de WIA aanvraag voor mij tot gevolg heeft.’’valt af te leiden dat [werknemer] zijn situatie niet (goed) heeft begrepen. Gelet op al deze omstandigheden kan [werknemer] niet worden verweten dat hij de WIA-aanvraag niet (tijdig) heeft gedaan, nog daargelaten dat het re-integratieadvies dat bij de WIA-aanvraag moest worden overgelegd, pas op 1 oktober 2019 beschikbaar was. Vanaf 1 november 2019 was [werknemer] hersteld gemeld, zodat voor [werknemer] vanaf die datum hoe dan ook geen verplichting meer bestond een WIA-uitkering aan te vragen.