ECLI:NL:RBNHO:2021:10190

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
11 november 2021
Publicatiedatum
11 november 2021
Zaaknummer
15.185091.19
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling wegens bezit, verspreiden en vervaardigen van kinderpornografisch materiaal

Op 11 november 2021 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het bezit, verspreiden en vervaardigen van kinderpornografisch materiaal. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De officier van justitie, mr. D.C. Smits, heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten, terwijl de verdediging, vertegenwoordigd door mr. I.E. Leenhouwers, zich op het standpunt stelde dat het bezit van kinderpornografisch materiaal niet kon worden bewezen. De rechtbank heeft de verdachte uiteindelijk vrijgesproken van het bezit van kinderpornografisch materiaal, maar heeft de overige ten laste gelegde feiten bewezen verklaard. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het zich toegang verschaffen tot, het bezit en het verspreiden van kinderporno, wat als uiterst verwerpelijk werd beschouwd. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, evenals de persoon van de verdachte. De rechtbank heeft een gevangenisstraf van 18 maanden opgelegd, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals een meldplicht bij de reclassering en een verbod op het gebruik van drugs en alcohol. De rechtbank heeft ook de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf toegewezen, omdat de verdachte zich niet aan de voorwaarden had gehouden. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op 11 november 2021.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, locatie Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummers: 15.185091.19 en 23.000441.17 (vord tul) (P)
Uitspraakdatum 11 november 2021
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 28 oktober 2021 in de zaak tegen:
[verdachte]
geboren op [geboortedatum + plaats] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres 1]
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. D.C. Smits en van hetgeen de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. I.E. Leenhouwers, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1
Toegang verschaffing tot kinderpornografie door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst en/of bezit van kinderpornografie
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 09 september 2018 tot en met 08 augustus 2019 te Den helder, in elk geval Nederland meermalen, althans eenmaal,
(telkens) (een) afbeelding(en), te weten een foto('s) - en/of twee, althans een of meerdere gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten een (mobiele) telefoon (merk: Huawei en/of beslagnummer: CX.01.001) en/of een iPad (merk: Apple en/of beslagnummer: C.01.01.001)
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken
in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - (telkens) bestonden uit:
het oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 10 toonmap KP), pagina 177 van het proces-verbaal en/of bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 11 toonmap KP), pagina 177/178 van het proces-verbaal en/of
foto 4 toonmap KP, pagina 176 van het proces-verbaal en/of
foto 8 toonmap KP, pagina 176 van het proces-verbaal)
en/of
het betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 9 toonmap KP), pagina 178 van het proces-verbaal en/of
foto 15 toonmap KP, pagina 176/177 van het proces-verbaal en/of
foto 18 toonmap KP, pagina 176 van het proces-verbaal)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen
en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 17 toonmap KP), pagina 177 van het proces-verbaal)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 2 toonmap KP), pagina 178/179 van het proces-verbaal en/of
bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 12 toonmap KP), pagina 179 van het proces-verbaal en/of
foto 1 toonmap KP, pagina 177 van het proces-verbaal en/of
foto 16 toonmap KP, pagina 177 van het proces-verbaal en/of
bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 19 toonmap KP), pagina 63/64 van het aanvullende proces-verbaal);
2
Verspreiding en/of bezit van kinderpornografie (NCMEC rapporten)
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 09 september 2018 tot en met 14 oktober 2018 te Den Helder, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal,
(telkens) (een) afbeelding(en), te weten (een) foto('s),
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken
heeft verspreid en/of in bezit heeft gehad
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - (telkens) bestonden uit:
het oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 01 toonmap NCMEC rapporten), pagina 338 van het proces-verbaal
en/of
bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 02 toonmap NCMEC rapporten), pagina 339/338 van het proces-verbaal
en/of
bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 4 toonmap NCMEC rapporten), pagina 340 van het proces-verbaal
en/of
bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 5 toonmap NCMEC rapporten), pagina 340 van het proces-verbaal);
3
Verspreiding en/of bezit van kinderpornografie (chatgesprek)
hij op een of meerdere tijdstip(pen) op of omstreeks 29 juni 2019 te Den Helder, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
(telkens) (een) afbeelding(en), te weten (een) foto('s) van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verspreid en/of in bezit heeft gehad
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnaam: [bestandsnaam], pagina 23 van het aanvullende proces-verbaal)
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast/tussen de bil(len) en/of het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 31 toonmap WhatsApp gesprekken), pagina 21 van het aanvullende proces-verbaal en/of pagina 352/353 proces-verbaal);
4
Vervaardiging en/of bezit van kinderpornografie
hij op een tijdstip in of omstreeks de periode van 09 september 2018 tot en met 28 juni 2019 te Den Helder, in elk geval in Nederland,
een afbeelding, te weten een video/filmpje,
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken
heeft vervaardigd en/of in bezit heeft gehad,
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnaam: [bestandsnaam] (foto 1 t/m 4 toonmap WhatsApp gesprekken/afbeeldingen), pagina 9 aanvullend proces-verbaal en/of pagina 350/351 van het proces-verbaal).

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Beoordeling van het bewijs

3.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de onder 1 tot en met 4 ten laste gelegde feiten, met uitzondering van het onder 1 tenlastegelegde bezit van kinderpornografisch materiaal.
3.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft zich ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde feit op het standpunt gesteld dat het bezit van kinderpornografische afbeeldingen niet kan worden bewezen.
Ten aanzien van de onder 2, 3 en 4 ten laste gelegde feiten heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Oordeel van de rechtbank
3.3.1
Partiële vrijspraken
Met de officier van justitie en de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat niet wettig en overtuigend is bewezen het onder 1 tenlastegelegde bezit van kinderpornografisch materiaal. Van dat bestanddeel van de tenlastelegging zal de verdachte daarom worden vrijgesproken.
3.3.2
Redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het onder 1 overigens ten laste gelegde en de onder 2 tot en met 4 ten laste gelegde feiten op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn vervat.
3.4.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1 tot en met 4 ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
1
hij in de periode van 1 mei 2019tot en met 8 augustus 2019 in Nederland meermalen,
afbeeldingen, te weten foto’s van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
foto 10 toonmap KP en
foto 11 toonmap KP en
foto 4 toonmap KP en
foto 8 toonmap KP
en
het betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het betasten van het geslachtsdeel van een ander persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
foto 9 toonmap KP en
foto 15 toonmap KP en
foto 18 toonmap KP
en
het geheel of gedeeltelijk naakt laten poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon poseert in een erotisch getinte houding op een wijze die niet bij haar leeftijd past, waarbij nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel in beeld gebracht wordt, waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
foto 17 toonmap KP
en
het masturberen boven/bij en ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het houden van een stijve penis bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij de afbeelding een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
foto 2 toonmap KP en
foto 12 toonmap KP en
foto 1 toonmap KP en
foto 16 toonmap KP;
2
hij in de periode van 9 september 2018 tot en met 14 oktober 2018 in Nederland,
meermalen, afbeeldingen, te weten foto's,
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken
heeft verspreid en in bezit heeft gehad
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
foto 01 toonmap NCMEC rapporten en
foto 02 toonmap NCMEC rapporten en
foto 4 toonmap NCMEC rapporten en
foto 5 toonmap NCMEC rapporten;
3
hij op 29 juni 2019 in Nederland, afbeeldingen, te weten foto’s van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verspreid en in bezit heeft gehad
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het oraal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bestandsnaam: [bestandsnaam]
en
het houden van een stijve penis tussen de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij de afbeelding een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
foto 31 toonmap WhatsApp;
4
hij omstreeks de periode van 9 september 2018 tot en met 28 juni 2019 in Nederland,
een afbeelding, te weten een videofilmpje,
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken
heeft vervaardigd en in bezit heeft gehad,
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
foto 1 t/m 4 toonmap WhatsApp gesprekken/afbeeldingen.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten:

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd.
Ten aanzien van feit 2:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden en in bezit hebben, meermalen gepleegd.
Ten aanzien van feit 3:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden en in bezit hebben.
Ten aanzien van feit 4:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen en in bezit hebben.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.

5.Strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is derhalve strafbaar.

6.Motivering van de sanctie

6.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, onder algemene voorwaarden en bijzondere voorwaarden zoals opgenomen in het reclasseringsrapport d.d. 12 oktober 2021.
6.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van de verdachte heeft de rechtbank verzocht het advies van de reclassering te volgen en verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Als de verdachte komt vast te zitten, raakt hij zijn woonplek en werk kwijt en stopt de behandeling.
6.3
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sanctie die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het zich toegang verschaffen tot, het bezit en het verspreiden van kinderporno. Dit is uiterst verwerpelijk, omdat bij de vervaardiging ervan kinderen seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd, met alle voor hen emotionele en lichamelijke schadelijke gevolgen van dien. De verdachte heeft met zijn handelen bijgedragen aan de vraag naar kinderporno en daarmee de instandhouding van dat misbruik en die exploitatie van minderjarigen.
Voor een effectieve bestrijding van kinderporno is het daarom noodzakelijk om niet alleen degenen te bestraffen die kinderporno vervaardigen, maar zeker ook degenen die zich de toegang daartoe verschaffen of kinderporno verspreiden en in het bezit hebben.
Verder heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het vervaardigen van kinderpornografisch materiaal, door een filmopname te maken van kinderpornografisch beeldmateriaal en zichzelf, terwijl hij seksuele handelingen verricht. Hij heeft daarmee een ernstige inbreuk toegebracht aan de lichamelijke integriteit van het zeer jonge slachtoffer op de beelden.
Wat de rechtbank de verdachte met name ernstig aanrekent is dat hij aan een minderjarig persoon kinderpornografisch materiaal heeft toegezonden met het verzoek aan die minderjarige om verdachte te “exposen” als pedofiel. De verdachte lijkt hierin, mede onder invloed van drugs, ongeremd te zijn in zijn optreden en geen oog te hebben gehad voor de gevolgen voor de jonge slachtoffers. Ook ter zitting lijkt de verdachte zich met name bewust te zijn van de gevolgen die zijn daden voor hemzelf hebben.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op:
- het op naam van de verdachte staand Uittreksel Justitiële Documentatie, gedateerd 16 september 2021, waaruit blijkt dat de verdachte reeds eerder ter zake van het bezit en het verspreiden van kinderpornografisch materiaal onherroepelijk tot een forse voorwaardelijke vrijheidsbenemende straf is veroordeeld. Kennelijk heeft die veroordeling de verdachte er niet van weerhouden om wederom strafbare feiten te plegen, nu een deel van de thans bewezen verklaarde feiten tijdens de proeftijd van die veroordeling is gepleegd. De rechtbank rekent ook dit de verdachte ernstig aan.
Voorts heeft de rechtbank acht geslagen op:
- het over de verdachte uitgebrachte voorlichtingsrapport gedateerd 24 september 2021 van [naam 1] en [naam 2] van Reclassering Nederland
.
Dit reclasseringsrapport houdt onder meer zakelijk weergegeven, in:
Betrokkene is niet in staat geweest om open en eerlijk te zijn over zijn drugs- en delictsgedrag. Ook zijn psychosociale houding kan als risicofactor genoemd worden. De reclassering ziet mogelijkheden voor interventies. Een verbod op middelengebruik en alcohol is noodzakelijk om de motivatie van de behandeling te continueren en recidive te voorkomen.
De reclassering adviseert een deels voorwaardelijke straf met de volgende bijzondere voorwaarden:
• Meldplicht bij de reclassering• Ambulante behandeling• Drugsverbod• Alcoholverbod• Vermijden kinderporno.Wanneer betrokkene cocaïne gebruikt is sprake van gestoorde impulsbeheersing in de vorm van seksuele ontremming.
- het over de verdachte aanvullend voorlichtingsrapport gedateerd 12 oktober 2021 van [naam 1] en [naam 3] van Reclassering Nederland
.
Onder meer, zakelijk weergegeven, inhoudende:
Wanneer de spanningen oplopen kan betrokkene terugvallen in harddruggebruik.
Het drugsgebruik en psychosociaal functioneren zien wij nog steeds als voornaamste risicofactoren. De reclassering is van mening dat een dadelijke uitvoerbaarheid noodzakelijk is vanwege het hoge recidiverisico.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat enkel een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur passend en geboden is. Bij het bepalen van de omvang van het onvoorwaardelijke deel van de gevangenisstraf heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS).
Gelet op deze oriëntatiepunten en gezien de eerdere veroordeling voor soortgelijke delicten waarvan de verdachte nog in de proeftijd liep, is de rechtbank van oordeel dat de door de officier van justitie gevorderde straf onvoldoende recht doet aan de aard en de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder dit is begaan, en dat geen andere straf op haar plaats is dan één die een vrijheidsbeneming van langere duur meebrengt dan door de officier van justitie is gevorderd. De rechtbank zal echter bepalen dat een gedeelte daarvan vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd.
Omdat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, zal de rechtbank daaraan een proeftijd verbinden van vijf jaren, opdat verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van die proeftijd schuldig te maken aan een strafbaar feit. De rechtbank overweegt hiertoe dat er sprake is van een hoog recidiverisico en de delicten gepleegd zijn onder invloed van drugsgebruik en psychosociale problemen terwijl er sprake was van een lopende proeftijd. De verdachte heeft daarbij verdergaande gedragingen verricht dan het enkel bezitten van of het zich toegang verschaffen tot kinderpornografisch materiaal en lijkt daarin ongeremd te zijn, wat ook maakt dat langdurig toezicht aangewezen is. De verdachte heeft kinderpornografisch materiaal verspreid via kanalen op het internet en daarnaast in een chatgesprek aan een minderjarige verstuurd. Door het aldus publiek toegankelijk maken van kinderpornografisch beeldmateriaal heeft de verdachte een verdergaande inbreuk gemaakt op de onaantastbaarheid van het lichaam van de minderjarigen die op die beelden zijn te zien. Tegen hun wil en dank zijn immers beelden van (seksuele handelingen met betrekking tot) intieme delen van hun lichaam toegankelijk gemaakt voor willekeurige derden, waaronder een minderjarig kind. Bovendien heeft de verdachte zelf kinderporno vervaardigd door het filmen van bestaand kinderpornografisch materiaal waarbij hij seksuele handelingen bij zichzelf verricht. Aldus heeft de verdachte het zeer jonge slachtoffer op deze beelden mede door de expliciete verdergaande seksualisering schade toegebracht en op die manier een misdrijf begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van zijn of haar lichaam.
Aan het voorwaardelijke deel van de gevangenisstraf zal de rechtbank voorts bijzondere voorwaarden koppelen, zoals geadviseerd door de reclassering in haar rapport van 16 september 2021. De rechtbank is daarbij van oordeel dat het begeleid wonentraject waaraan de verdachte reeds deelneemt en waarbij hij baat lijkt te hebben ter voorkoming van recidive, zoals hij zelf ter zitting heeft aangegeven, als bijzondere voorwaarde moet worden opgenomen.
Ook zal de rechtbank, omdat er zoals hiervoor reeds overwogen, ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, bevelen dat de voorwaarden dadelijk uitvoerbaar zijn.
De rechtbank is van oordeel dat de redelijke termijn waarbinnen een strafzaak in eerste aanleg dient te zijn geëindigd als bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM), is overschreden. Die termijn bedraagt in beginsel twee jaar. Naar het oordeel van de rechtbank is die termijn aangevangen op 8 augustus 2019, te weten de dag van de doorzoeking van de woning, de inbeslagname van gegevensdragers en daarbij het verhoor van de verdachte. Door het verrichten van deze handelingen, in onderling verband en samenhang bezien, kon de verdachte in redelijkheid de verwachting ontlenen dat tegen hem ter zake van een verdenking voor het bezit van kinderporno door het openbaar ministerie een strafvervolging zou worden ingesteld.
Op 11 november 2021 doet de rechtbank uitspraak in deze zaak. De termijn is daarom met drie maanden overschreden. Bij het bepalen van de omvang van de onvoorwaardelijke gevangenisstraf heeft de rechtbank rekening gehouden met die overschrijding. Waar de rechtbank zonder overschrijding een gevangenisstraf zou hebben opgelegde van 18 maanden waarvan 5 maanden voorwaardelijk, zal zij nu een gevangenisstraf opleggen van 18 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk.

7.Vordering tot tenuitvoerlegging

Bij arrest van 22 november 2018 in de zaak met parketnummer 23.000441.17 heeft het Gerechtshof te Amsterdam de verdachte ter zake van het bezit en verspreiden van kinder- pornografisch materiaal veroordeeld tot onder meer een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 165 dagen. Ten aanzien van die voorwaardelijke straf is de proeftijd op twee jaren bepaald onder de algemene voorwaarde dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit. De mededeling als bedoeld in artikel 366a van het Wetboek van Strafvordering is op 1 januari 2019 aan de verdachte toegezonden.
De bij genoemd arrest vastgestelde proeftijd is ingegaan op 7 december 2018 en was ten tijde van het indienen van de vordering van de officier van justitie niet geëindigd.
De officier van justitie vordert thans dat de rechtbank zal gelasten dat die voorwaardelijke straf alsnog ten uitvoer zal worden gelegd.
De raadsvrouw heeft de rechtbank in overweging gegeven de proeftijd met één jaar te verlengen.
De rechtbank heeft bij het onderzoek ter terechtzitting bevonden dat zij bevoegd is over de vordering te oordelen en dat de officier van justitie daarin ontvankelijk is.
De rechtbank is van oordeel dat de vordering dient te worden toegewezen, nu uit de overige inhoud van dit vonnis blijkt dat verdachte niet heeft nageleefd de voorwaarde dat hij zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
Artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 240b, van het Wetboek van Strafrecht.

9.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat de verdachte de onder 1 tot en met 4 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4 weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat de 1 tot en met 4 bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart de verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
18 (achttien) MAANDEN.
Beveelt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
6 (zes) MAANDEN nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van
5 (vijf) jaren.
Stelt als algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat:
- veroordeelde zich binnen zeven dagen na het onherroepelijk worden van dit vonnis meldt bij Reclassering Nederland op het adres:
[adres 2], dan wel een door de reclassering te bepalen locatie, waarna veroordeelde zich moet blijven melden, zo vaak en zolang de reclassering dit nodig acht.
- veroordeelde meewerkt aan diagnostiek en zich laat behandelen door de Waag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling sluit aan bij de diagnostiek en duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt, waarbij veroordeelde zich houdt aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling.
- veroordeelde verblijft in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang, te weten de [naam 4] of een soortgelijke instelling te bepalen door de reclassering zo lang de reclassering dit gedurende de proeftijd nodig vindt en zich zo nodig houdt aan het (dag-)programma dat deze instelling in overleg met de reclassering heeft opgesteld.
- veroordeelde geen drugs gebruikt en meewerkt aan urinecontrole op het verbod op drugsgebruik, zolang de reclassering dit nodig acht.
- veroordeelde geen alcohol gebruikt en meewerkt aan controle op het verbod op alcoholgebruik, zolang de reclassering dit nodig acht.
- veroordeelde vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en
vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt.
Veroordeelde onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
• het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
• het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch
materiaal kan worden verkregen;
• het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen
met minderjarigen wordt gecommuniceerd;
Veroordeelde bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit
gedrag te voorkomen.
Veroordeelde werkt mee aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een
huisbezoek. Veroordeelde verschaft toegang tot alle aanwezige computers,
smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop afbeeldingen kunnen
worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Veroordeelde
verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle.
De controle op digitale gegevensdragers vindt maximaal drie keer per jaar plaats. De
controle is gericht op de vraag of veroordeelde kinderpornografisch materiaal vermijdt.
De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van
veroordeelde. De reclassering kan voor technische ondersteuning een deskundige
meenemen, ook als dit een opsporingsambtenaar is die deskundig is op digitaal
gebied. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een
indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is.
Geeft opdracht aan de reclassering om toezicht te houden op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden (artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht).
Stelt dat de veroordeelde is gehouden om, ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking, te verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aan te bieden en medewerking te verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Beveelt dat de op grond van artikel 14c gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14c, zesde lid, Sr uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn.
Wijst toe de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 23.000441.17 en gelast de tenuitvoerlegging van de niet ten uitvoer gelegde gevangenisstraf voor de duur van 165 dagen, opgelegd bij arrest van het Gerechtshof te Amsterdam d.d. 22 november 2018.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. J.C. van den Bos, voorzitter,
mrs. I.S. Burggraaff en M. Goedhart, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier D.H. Geuze,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 11 november 2021.
Mr. Goedhart en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.