Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[gedaagde 2]
3 de vennootschap onder firma
[gedaagde 4],
[gedaagde 5],
1.De procedure in beide zaken
- de dagvaarding van 4 oktober 2018 met producties;
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie met producties;
- het tussenvonnis van 30 januari 2019;
- de (administratieve) rolvoeging van deze zaak met zaak 18-764;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- de dagvaarding van 17 oktober 2018 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het tussenvonnis van 30 januari 2019;
- de (administratieve) rolvoeging van deze zaak met zaak 18-762;
- de brief van 24 april 2019 met een productie van [gedaagden] c.s.;
- de brief van 29 april 2019 met producties van Intraco;
- de brief van 30 april 2019 met producties van Intraco;
- de brief van 3 mei 2019 met bijlage van [gedaagden] c.s.;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 13 mei 2019, en de daarin genoemde comparitie-aantekeningen;
- de brief van 27 mei 2019 van [gedaagden] c.s. met opmerkingen over het proces-verbaal;
- de brief van 31 mei 2019 van Intraco met opmerkingen over het proces-verbaal en
- de uitspraak van 11 oktober 2019 van de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam, die de rechtbank op 18 oktober 2019 heeft ontvangen van Intraco;
- de brief van 23 maart 2020 van de rechtbank aan partijen.
2.De feiten
salary and benefits(hierna: de managementvergoeding) in totaal € 100.000,00 zullen bedragen.
management contractgesloten (hierna: de Managementovereenkomst). De Managementovereenkomst bevat onder meer de volgende bepalingen:
) the Management Contract with immediate effect, as set out in clause 11.1 of the Management Contract, given the gross neglect of your statutory and/or contractual obligations.
) on the basis of clause 10.1 of the Management Contract as per the earliest date possible.
Thank you very much for our constructive conversation on the 17th of October 2018 regarding the recent developments within Intraco (…). During the meeting we (…) expressed our concerns as financiers from Intraco regarding the (possible) internal fraud you have discovered within Intraco, which is now also subject of a legal case between New Wave (…) and Mr [gedaagde 2] , who is currently still a shareholder and director of Intraco. Also we have raised our concerns towards Intraco -on multiple occasions- about the lack of transparency regarding the financial figures of the company.
3.Het geschil in de zaak 18-762
in conventie
liquidated damages,te vermeerderen met wettelijke rente;
4.De beoordeling in zaak 18-762
in conventie
“[[gedaagde 2]
] presented the budget for 2010 (…). It was noted that the managementfee to NWG increase with 180 T€ in 2010 compared with 2009”.Bij de overname in 2005 was een managementvergoeding van € 100.000,00 afgesproken, terwijl [gedaagde 2] zichzelf voordien een vergoeding van het dubbele toekende. Deze lagere vergoeding was in het voordeel van [gedaagde 2] , omdat de overnameprijs van de aandelen in de jaren 2006 en verder in rechtstreeks verband stonden met de winstgevendheid van Intraco Holding. Toen in 2009 bleek dat New Wave de haar toegekende opties voor slechts 7,5% had ingeroepen (in 2010 zou nog eens 5% van de aandelen worden overgenomen), besloten partijen tot de verhoging tot € 180.000,00, aldus VDS Beheer en [gedaagde 2] .
a) verklaring voor recht dat VDS Beheer en [gedaagde 2] artikel 9 van de Managementovereenkomst (het non-concurrentiebeding) hebben geschonden en
.
Sourcery Solutions LLC (USA): Volgens VDS Beheer en [gedaagde 2] bestond deze vennootschap al ten tijde van de overname van aandelen in Intraco Holding door New Wave, maar dan onder de naam Telephone Products Inc, genoemd in artikel 3.2. van de Managementovereenkomst. Sourcery Solutions LLC zou deze activiteiten hebben overgenomen vanwege het faillissement van een mede-aandeelhouder. Nog daargelaten dat het verweer innerlijk tegenstrijdig is, hebben VDS Beheer en [gedaagde 2] deze stelling niet nader onderbouwd, zodat daaraan wordt voorbijgegaan.
a) verklaring voor recht dat de Managementovereenkomst rechtsgeldig (gedeeltelijk) is ontbonden dan wel deze (gedeeltelijk) te ontbinden, in zoverre dat de verplichting tot betaling van de management fee wordt beperkt met een bedrag van € 196.250,00 en
a) verklaring voor recht dat VDS Beheer, [gedaagde 2] , Mooma en haar vennoten, zowel voor zich als gezamenlijk, onrechtmatig gehandeld hebben jegens Intraco en
€ 397.795,00. Het betreft vorderingen die Intraco stelt te hebben op diverse vennootschappen waarvan [gedaagde 2] of VDS Beheer bestuurder en/of aandeelhouder is. Intraco voert als grondslag voor deze vordering aan dat VDS Beheer, [gedaagde 2] , Mooma en haar vennoten ervoor hebben gezorgd dat Intraco schade heeft geleden en dat alle hiervoor genoemde acties van hen erop gericht waren om gelden te onttrekken aan de Intraco-groep.
Poot/ABP), heeft de Hoge Raad geoordeeld dat, indien aan een besloten vennootschap door een derde vermogensschade wordt toegebracht door gedragingen die tegenover de vennootschap onrechtmatig zijn, alleen de vennootschap het recht heeft uit dien hoofde van de derde vergoeding van deze aan haar toegebrachte schade te vorderen. Die vermogensschade van de vennootschap zal, zolang zij niet is vergoed, een vermindering van de waarde van de aandelen in de vennootschap (kunnen) meebrengen. In beginsel kunnen de aandeelhouders echter op grond van voor hen ontstaan nadeel niet een eigen vordering tot schadevergoeding tegen de bedoelde derde geldend maken. Verder heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de aandeelhouder slechts recht heeft op vergoeding van door hem in deze hoedanigheid geleden schade als deze schade het gevolg is van schending van een jegens hem geldende specifieke zorgvuldigheidsverplichting. Intraco heeft niet gesteld of onderbouwd dat en om welke reden in dit geval afgeweken moet worden van de rechtsregel van voornoemd arrest. De rechtbank zal deze vorderingen dan ook afwijzen. Gelet op wat hiervoor is overwogen en omdat Intraco niet heeft aangevoerd welk belang zij bij toewijzing daarvan heeft, zal de gevorderde verklaring voor recht eveneens worden afgewezen.
7.712,00(2,0 punten × tarief € 3.856,00)
5.Het geschil in zaak 18-764
6.De beoordeling in zaak 18-764
7.De beslissing
20 mei 2020voor het nemen van een akte door beide partijen waarin zij zich uitlaten over de aangekondigde deskundigenrapportage en over wat is vermeld onder de punten 6.14 en 6.15,
22 april 2020. [1]