ECLI:NL:RBNHO:2020:4199

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
22 april 2020
Publicatiedatum
8 juni 2020
Zaaknummer
7092290 \ CV EXPL 18-6209
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Luchtvaartzaak over compensatie bij vertraging door birdstrike

In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Holland is behandeld, heeft de kantonrechter op 22 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Airhelp Limited, eiseres, en Transportes Aereos Portugueses, S.A. (TAP), gedaagde. De zaak betreft een vordering van Airhelp op TAP wegens compensatie voor vertraging van passagiers. De passagiers arriveerden met meer dan drie uur vertraging op hun eindbestemming, wat TAP in beginsel verplicht tot compensatie op grond van de Europese Verordening. TAP voerde aan dat de vertraging het gevolg was van een birdstrike, een buitengewone omstandigheid die hen vrijstelt van de verplichting tot compensatie. Airhelp betwistte de claim van TAP en stelde dat er geen bewijs was voor de birdstrike.

De kantonrechter oordeelde dat TAP voldoende bewijs had geleverd dat de birdstrike had plaatsgevonden en dat deze de oorzaak was van de vertraging. De rechter volgde de stelling van TAP dat de birdstrike een buitengewone omstandigheid was, zoals gedefinieerd in de relevante Europese wetgeving. De rechter concludeerde dat TAP niet verplicht was om compensatie te betalen, omdat er geen bewijs was dat TAP niet alle redelijke maatregelen had getroffen om de vertraging te voorkomen. De vorderingen van Airhelp werden afgewezen, en de proceskosten werden toegewezen aan TAP, met een veroordeling van Airhelp tot betaling van deze kosten.

De beslissing van de kantonrechter houdt in dat Airhelp de proceskosten moet vergoeden, inclusief rente en nakosten, en dat de overige verweren van TAP geen verdere bespreking behoeven. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier op de openbare terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 7092290 \ CV EXPL 18-6209
Uitspraakdatum: 22 april 2020
Vonnis in de zaak van:
De rechtspersoon naar het recht van Hong Kong
Airhelp Limited
eiseres
gevestigd te Hong Kong
hierna te noemen Airhelp
gemachtigde mr. H. Yildiz
tegen
De rechtspersoon naar buitenlands recht
Transportes Aereos Portugueses, S.A.
gevestigd te Lissabon (Portugal)
gedaagde
hierna te noemen TAP
gemachtigde mr. G. van Lieshout

1.Het verdere procesverloop

1.1.
De kantonrechter heeft op 6 november 2019 tussenvonnis gewezen en daarin geoordeeld dat aan de vereisten voor een geldige overdracht van de vordering door de passagiers aan Airhelp was voldaan en dat Airhelp bij repliek haar gebrek in de stelplicht heeft hersteld, waardoor TAP niet in haar procesbelang is geschaad.
1.2.
De kantonrechter heeft Airhelp in de gelegenheid gesteld om te reageren op het verweer van TAP en de producties bij dupliek. Airhelp heeft dit gedaan bij antwoordakte van 4 december 2019. Daarna heeft TAP antwoordakte genomen op 26 februari 2020.

2.De verdere beoordeling

2.1.
Vast staat dat de passagiers met een vertraging van meer dan drie uur zijn aangekomen op de eindbestemming. Derhalve is TAP op grond van de Verordening in beginsel compensatie verschuldigd voor deze vertraging. TAP is niet verplicht de compensatie te betalen indien zij kan aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen konden worden.
2.2.
TAP heeft aangevoerd dat sprake was van een birdstrike die, samen met de daarop volgende verplichte inspectie, de oorzaak was van de vertraging. Gelet op het oordeel in het Pešková-arrest van het Hof van 4 mei 2017, moet een birdstrike worden gezien als een buitengewone omstandigheid in de zin van de Verordening.
2.3.
Airhelp betwist dat een birdstrike heeft plaatsgevonden, althans dat dit de oorzaak is geweest van de vertraging. Airhelp stelt dat uit de door TAP bij dupliek overgelegde Flightlog niet blijkt dat de birdstrike op de vlucht voorafgaand aan de vlucht van de passagiers heeft plaatsgevonden. De kantonrechter volgt deze stelling van Airhelp niet. Uit de Flightlog blijken voldoende gegevens, namelijk de naam van de luchtvaartmaatschappij, de luchthaven van vertrek en de bestemming en het geplande en daadwerkelijke tijdstip van vertrek, om vast te kunnen stellen dat de Flightlog betrekking heeft op de vlucht van de passagiers. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft TAP dan ook voldoende aangetoond dat de vertraging het gevolg is geweest van een birdstrike op de voorafgaande vlucht, zodat sprake is van een bijzondere omstandigheid.
2.4.
TAP is dan ook niet verplicht compensatie te betalen, tenzij TAP niet alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging te voorkomen. Naar het oordeel van de kantonrechter is niet gebleken dat TAP maatregelen had kunnen treffen om de vertraging te voorkomen, zodat niet geoordeeld kan worden dat meer van TAP mocht worden verwacht.
2.5.
De vorderingen van Airhelp zullen dan ook worden afgewezen. Gelet op het voorgaande behoeven de overige verweren van TAP geen bespreking.
2.6.
De proceskosten komen voor rekening van Airhelp, omdat deze ongelijk krijgt. De gevorderde rente is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.
2.7.
Ook de nakosten kunnen worden toegewezen, voor zover deze kosten daadwerkelijk door TAP worden gemaakt. De gevorderde rente over de nakosten is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de vordering af;
3.2.
veroordeelt Airhelp tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor TAP worden vastgesteld op een bedrag van € 360,00 aan salaris van de gemachtigde van TAP, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis;
3.3.
veroordeelt Airhelp tot betaling van de nakosten, voor zover deze daadwerkelijk door TAP worden gemaakt, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.
Dit vonnis is gewezen door mr. W. Aardenburg , kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter