ECLI:NL:RBNHO:2020:4199
Rechtbank Noord-Holland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Luchtvaartzaak over compensatie bij vertraging door birdstrike
In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Holland is behandeld, heeft de kantonrechter op 22 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Airhelp Limited, eiseres, en Transportes Aereos Portugueses, S.A. (TAP), gedaagde. De zaak betreft een vordering van Airhelp op TAP wegens compensatie voor vertraging van passagiers. De passagiers arriveerden met meer dan drie uur vertraging op hun eindbestemming, wat TAP in beginsel verplicht tot compensatie op grond van de Europese Verordening. TAP voerde aan dat de vertraging het gevolg was van een birdstrike, een buitengewone omstandigheid die hen vrijstelt van de verplichting tot compensatie. Airhelp betwistte de claim van TAP en stelde dat er geen bewijs was voor de birdstrike.
De kantonrechter oordeelde dat TAP voldoende bewijs had geleverd dat de birdstrike had plaatsgevonden en dat deze de oorzaak was van de vertraging. De rechter volgde de stelling van TAP dat de birdstrike een buitengewone omstandigheid was, zoals gedefinieerd in de relevante Europese wetgeving. De rechter concludeerde dat TAP niet verplicht was om compensatie te betalen, omdat er geen bewijs was dat TAP niet alle redelijke maatregelen had getroffen om de vertraging te voorkomen. De vorderingen van Airhelp werden afgewezen, en de proceskosten werden toegewezen aan TAP, met een veroordeling van Airhelp tot betaling van deze kosten.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat Airhelp de proceskosten moet vergoeden, inclusief rente en nakosten, en dat de overige verweren van TAP geen verdere bespreking behoeven. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier op de openbare terechtzitting.