ECLI:NL:RBNHO:2020:11687
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag urgentieverklaring voor woonruimte door gemeente Haarlem
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 26 oktober 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, die een aanvraag om urgentieverklaring voor woonruimte had ingediend, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem. Eiseres had haar aanvraag ingediend op basis van de ernstige bedreiging van haar lichamelijke en sociaal psychische gezondheid, als gevolg van haar woonsituatie in de maatschappelijke opvang. De gemeente heeft de aanvraag echter afgewezen, omdat eiseres niet voldeed aan de vereisten van de Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland, die stipuleert dat een aanvrager minimaal twee jaar inwoner moet zijn van een van de gemeenten in de regio. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, maar de rechtbank oordeelde dat de gemeente in redelijkheid kon besluiten om de urgentieverklaring niet toe te kennen. De rechtbank overwoog dat de gezondheidsproblemen van eiseres en haar dochter niet ernstig genoeg waren om een uitzondering te maken op de regels van de Huisvestingsverordening. Bovendien werd vastgesteld dat eiseres ook in andere regio's mogelijkheden had om haar woonsituatie te verbeteren. De rechtbank concludeerde dat de belangen van de minderjarige dochter van eiseres voldoende waren meegewogen in de besluitvorming van de gemeente. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er werd geen proceskostenvergoeding toegekend.