Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 18 februari 2020 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
De korpschef van politie, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
.
per1 januari 2016 andere werkzaamheden is gaan verrichten dan daarvoor. Sterker nog, verweerder heeft in deze procedure meermalen aangegeven dat eiseres de relevante werkzaamheden slechts tweeënhalf jaar heeft uitgevoerd omdat het LOT-traject niet meetelt. De rechtbank wijst in dit kader ook op het e-mailbericht van 28 maart 2017 van R. van der Linden waarin staat dat eiseres met ingang van 1 januari 2014 de functie volledig uitvoert, per die datum voldoet aan alle niveaubepalende elementen en dat de uitgevoerde werkzaamheden vallen onder de LFNP-functie Senior GGP. Voorts is niet in geschil dat collega’s van eiseres met dezelfde functie van Senior Tactische Opsporing in het kader van werk naar werk zijn geplaatst op de functie van Senior GGP, vreemdelingen. Ook eiseres zelf is, op grond van de uitvoeringsinstructie inzake tijdelijke tewerkstellingen, bij besluit van 3 september 2018 uiteindelijk per 1 juli 2017 op deze functie geplaatst. Dit besluit vermeldt dat het feit dat eiseres niet voldeed aan ‘noodhulp’ haar niet kan worden tegengeworpen omdat geen enkele Senior GGP, vreemdelingen in de noodhulp werkzaam is en dat er geen andere gronden waren die aan plaatsing in de weg stonden.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- herroept het besluit van 10 juni 2016, plaatst eiseres met ingang van 1 juli 2016 in de
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 2.383,50;
- bepaalt dat verweerder aan eiseres het griffierecht van 168,- vergoedt.