ECLI:NL:RBNHO:2019:6775
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.M. van Dam
- Rechtspraak.nl
Wijziging van partnerbijdrage in het kader van WSNP en schuldhulpverlening
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 24 juli 2019 uitspraak gedaan over de wijziging van de partnerbijdrage van de man aan de vrouw. De man had verzocht om de partnerbijdrage, die oorspronkelijk was vastgesteld op € 1.112,- per maand, te verlagen naar nihil, met ingang van 15 mei 2018. Dit verzoek was gebaseerd op zijn deelname aan een minnelijk schuldhulpverleningstraject en de daaropvolgende toelating tot de wettelijke schuldsanering natuurlijke personen (WSNP). De rechtbank heeft vastgesteld dat de man sinds 15 mei 2018 deelneemt aan een schuldhulpverleningstraject en dat zijn financiële situatie zodanig is dat hij niet in staat is om de partnerbijdrage te betalen. De rechtbank heeft overwogen dat de man een hoge schuldenlast heeft van € 73.044,52, waarvan een aanzienlijk deel bestaat uit alimentatieachterstand. De rechtbank heeft geoordeeld dat de rechter-commissaris in het kader van de WSNP geen rekening zal houden met de onderhoudsverplichting van de man bij de bepaling van het vrij te laten bedrag (VTLB). Daarom heeft de rechtbank de partnerbijdrage van de man aan de vrouw op nihil gesteld voor de duur van de WSNP. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen.