Proces-verbaal van mondelinge uitspraak van 26 mei 2019
de naamloze vennootschap
ROYAL SCHIPHOL GROUP N.V.
gevestigd te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer,
eiseres in kort geding,
advocaten mrs. S.F. Sagel en M.B. Kerkhof te Amsterdam,
de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE HAARLEMMERMEER
zetelend te Hoofddorp,
gevoegde partij aan de zijde van Royal Schiphol Group,
advocaten mrs. M.F.A. Dankbaar en M. Middeldorp te Haarlem,
1.de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
FEDERATIE NEDERLANDSE VAKBEWEGING,
statutair gevestigd te Utrecht,
advocaten mrs. R. van der Stege en L.C.J. Sprengers te Utrecht,
2.de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
CNV VAKMENSEN.NL,
advocaten mrs. R. van der Stege en L.C.J. Sprengers te Utrecht,
3.de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
VAKVERENIGING VOOR MACHINISTEN EN CONDUCTEURS,
statutair gevestigd te Tilburg,
advocaat mr. M.R.O. van Ooijen en R.A.C.J. van Kessel te Boxtel,
gedaagden in kort geding.
Partijen zullen hierna “Schiphol”, “de gemeente” en “de bonden” genoemd worden.
De zitting wordt gehouden op 26 mei 2019 in het VIP-centre te Schiphol.
Tegenwoordig zijn mr. A.H. Schotman, voorzieningenrechter, en mr. B.Ph.C. de Jong, griffier.
Na uitroeping van de zaak verschijnen:
- mevrouw [A.], Chief Operating Officer;
- mevrouw [B.], directeur Safety & Security;
- mevrouw [C.], directeur Operations;
- mevrouw [D.], directeur juridische zaken;
- mevrouw [E.], directeur HR;
- de heer [F.], senior manager Support and Resource Allocation;
- mevrouw [G.], legal advisor;
- de heer [H.], directeur Communicatie;
- de heer prof. mr. S.F. Sagel;
- mevrouw mr. M.B. Kerkhof;
- de heer [K.], burgemeester;
- mevrouw [L.], bestuursadviseur burgemeester;
- de heer [M.], adviseur Openbare orde en Veiligheid;
- mevrouw [N.], commandant Brigade Politie en Beveiliging Koninklijke Marechaussee;
- de heer [O.], coördinator Schiphol Koninklijke Marechaussee;
- de heer [P.], directeur Security, Nederlandse Spoorwegen N.V.;
- mevrouw [Q.], directeur Operatie van NS;
- de heer [R.], woordvoerder van NS;
- de heer [S.], hoofd Transportbesturing van NS;
- mevrouw [CC.], advocaat in dienst van NS;
- de heer [T.], directeur Legal van NS;
- mevrouw mr. M.F.A. Dankbaar;
- mevrouw mr. M. Middeldorp;
- mevrouw [U.], campagneleider pensioenen/teamleider vervoer;
- de heer [W.], projectleider FNV Schiphol;
- de heer [X.], bestuurder FNV Spoor;
- mevrouw [Y.], bestuurder FNV Streek;
- de heer [Z.], bestuurder FNV Stadsvervoer;
- de heer [BB.], sectorhoofd FNV Vervoer;
- de heer mr. R. van der Stege;
- de heer mr. L.C.J. Sprengers;
- mevrouw [DD.], sector bestuurder Vervoer;
- de heer [EE.], bestuurder Spoor;
- de heer mr. R. van der Stege;
- de heer mr. L.C.J. Sprengers;
- mr. R.A.C.J. van Kessel.
De mondelinge behandeling van het kort geding is korte tijd geschorst. Na heropening van de zitting heeft de voorzieningenrechter het volgende mondelinge vonnis ex artikel 30p Rv gewezen.