ECLI:NL:RBNHO:2019:4930

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
7 mei 2019
Publicatiedatum
7 juni 2019
Zaaknummer
7559355 WM VERZ 19-144
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen verkeersboete voor niet volgen van voorsorteerstrook op kruispunt

In deze zaak gaat het om een beroep tegen een verkeersboete die aan een motorrijder is opgelegd voor het niet volgen van de richting die de voorsorteerstrook aangeeft op een kruispunt. De motorrijder heeft op 7 mei 2019 beroep ingesteld bij de kantonrechter nadat de officier van justitie zijn eerdere beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen, maar de motorrijder zelf was afwezig. De kantonrechter heeft de zaak behandeld en op basis van de beschikbare bewijsstukken, waaronder foto's, geconcludeerd dat de motorrijder de overtreding heeft begaan. De foto's tonen aan dat de motorrijder op de voorsorteerstrook voor rechtsaf reed, terwijl hij een auto inhaalde die voor rechtdoor stond. Dit leidde tot de conclusie dat de motorrijder niet de juiste richting volgde, wat in strijd is met artikel 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990). De kantonrechter heeft vastgesteld dat de opgelegde boete van € 230,00 terecht was, ondanks het verweer van de motorrijder dat het gedoogd zou worden om in te halen bij files. De kantonrechter heeft dit verweer verworpen, aangezien de gedragsregels voor motorrijders alleen van toepassing zijn op snelwegen en niet op de situatie waarin de motorrijder zich bevond. De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en de boete gehandhaafd.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknummer : 7559355 \ WM VERZ 19-144
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 7 mei 2019
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
naam : [naam]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
(hierna te noemen: betrokkene).

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 7 mei 2019. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: op een kruispunt niet de richting volgen die de voorsorteerstrook aangeeft..
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken van het dossier blijkt dat betrokkene de overtreding waarvoor de boete is opgelegd, heeft begaan. Op de foto’s in het dossier is immers duidelijk te zien dat betrokkene met zijn motorfiets op de voorsorteerstrook voor rechtsaf rijdt en een auto inhaalt die op de voorsorteerstrook voor rechtdoor rijdt, en vervol-gens op de kruising vóór die auto invoegt en alsnog rechtdoor rijdt. Daarmee heeft betrokkene niet de richting gevolgd die de voorsorteerstrook aangeeft, omdat hij rechtdoor is gereden in plaats van rechtsaf te slaan.
In artikel 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990) staat dat bestuurders die de rijbaan volgen, verplicht zijn op een kruispunt de richting te volgen die de voorsorteerstrook waarop zij zich bevinden aangeeft. Betrokkene heeft dit voorschrift overtreden. Bij overtreding van dit voorschrift geldt een boetebedrag van
€ 230,00. De boete van € 230,00 (exclusief € 9,00 administratiekosten) is dus terecht opgelegd.
Betrokkene heeft aangevoerd dat het gedoogd wordt dat motorrijders bij een file of bij een verkeerslicht het overige verkeer inhalen en naar voren rijden tussen het overige verkeer door.
Dit verweer van betrokkene treft geen doel. Daarover overweegt de kantonrechter het volgende.
Volgens artikel 13 RVV 1991 behoeft bij fileverkeer, indien de rijbaan is verdeeld in rijstroken in dezelfde richting, niet de meest rechts gelegen rijstrook te worden gevolgd, en mogen files aan de rechterzijde worden ingehaald.
In het geval van betrokkene was geen sprake van een rijbaan verdeeld in rijstroken in dezelfde richting, maar van één rijbaan voor rechtdoor en één rijbaan voor linksaf, ofwel van voorsorteerstroken. In dat geval geldt dus niet de regel van artikel 13 RVV 1991 en mocht niet worden ingehaald in een file, niet links en niet rechts. Bovendien heeft in dit geval de regel van artikel 78 RVV 1991 voorrang, te weten dat bestuurders verplicht zijn de richting te volgen van de voorsorteerstrook, omdat dit een specifieke en bijzondere regel is voor de situatie waarin betrokkene zich bevond.
De kantonrechter wijst erop dat ook door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is geoor-deeld – kort gezegd – dat een motorrijder die op een kruispunt rechtdoor wil rijden, niet via een voorsorteerstrook voor rechts- of linksaf stilstaande auto’s of vrachtwagens mag passe-ren (zie de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 november 2009, gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, onder nummer ECLI:NL:GHLEE:2009:BK5529).
Voor zover betrokkene heeft verwezen naar het ‘gedoogbeleid’ voor motorrijders in een file, kan de kantonrechter betrokkene ook daarin niet volgen.
Op de website van de rijksoverheid staat een verwijzing naar de zogenoemde filegedrags-code voor motorrijders (wwww.rijksoverheid.nl). Dat is een gedragscode van het Motorplatform, waarin regels zijn opgesteld voor de gevallen waarin motorrijders in een file tussen auto’s mogen doorrijden. Die gedragscode heet ‘Samenspel in de file’ (www.motorplatform.nl). Uit die gedragscode blijkt dat deze aansluit bij de regel van artikel 13 RVV 1991. Echter, zoals hiervoor al is overwogen, is de regel van artikel 13 RVV 1991 in dit geval niet van toepassing, omdat geen sprake is van een rijbaan verdeeld in rijstroken in dezelfde richting, maar van voorsorteerstroken. Betrokkene komt dus geen beroep toe op de gedragscode.
Bovendien sluit de gedragscode af met de volgende tekst:
“De gedragscode is een dringend advies en is geen wettelijke regeling. U kunt er geen rechten aan ontlenen. (...) De gedragscode bestaat uit spelregels voor de automobilist én voor de motorrijder (zonder zijspan) en is alleen bedoeld om toe te passen bij stilstaand of langzaam rijdend verkeer op de Nederlandse snelwegen.”De gedragscode ziet dus alleen op snelwegen. De overtreding door betrokkene is begaan op een provinciale weg, in de bebouwde kom, en niet op een snelweg. Ook om die reden kan betrokkene geen beroep doen op de gedragscode.
Van een gedoogbeleid is ook geen sprake, gelet op de hiervoor genoemde en op de website van de rijksoverheid gepubliceerde gedragscode.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de Sectie Kanton van de rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, Postbus 1165, 1500 AD Zaandam. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: