Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Asito Transport Terminal Services B.V.,
1.Het procesverloop
2.De feiten
(…) De wet geeft ons in dat geval de mogelijkheid sancties op te leggen, te beginnen met een waarschuwing, vervolgens het stoppen van het loon en uiteindelijk zelfs ontslag. Aangezien dit onze eerste brief is zullen wij nu allereerst een waarschuwing geven. (…) Wij stellen u nogmaals in de gelegenheid om uiterlijk donderdag 05 juli ’18 (…) door te geven of u op zaterdag 07 juli ’18 uw werkzaamheden gaat hervatten. (…) Mocht u van mening blijven niet te kunnen re-integreren, dan zult u zelf maatregelen moeten nemen om dat te bewijzen. U zult dan vòòr 10:00 uur op dinsdag 10 juli ’18, een deskundigenoordeel bij het UWV moeten aanvragen. (…) U loon zal in dat geval vanaf laatstgenoemde datum worden stopgezet. (…)’
De door de werkgever aangeboden arbeid is passend.’
(…) Op 4 oktober 2018 heeft ondergetekende telefonisch contact gehad met uw zwager [zwager] . (…) Op 09 oktober 2018 zal [zwager] telefonisch contact opnemen met ondergetekende (…). Het doel van deze telefonische afspraak is om afspraken te maken m.b.t. het hervatten in aangepaste werk (...). Ondergetekende heeft aan [zwager] laten weten dat u voor de weekenden van 06 – en 07 oktober en 13 – 14 oktober 2018 bent ingeroosterd. Het niet hervatten van de aangepaste werkzaamheden betekent dat wij uw afwezigheid vooralsnog beschouwen als het niet willen meewerken aan uw re-integratie. Asito zal de loonstop handhaven tot het moment dat u mee werkt aan uw re-integratie. (…)’
(…) Gegeven het feit dat u op zaterdag 13 oktober ’18 gedurende 2 uur op het werk bent geweest, zullen de uren van zaterdag aan u worden uitbetaald. Voor uw afmelding van zondag 14 oktober ’18 geldt (…) dat u over deze dag geen loon ontvangt, dit gezien het feit dat de bedrijfsarts heeft aangegeven dat er geen verandering in uw medische situatie is ontstaan en dat de uitspraak van het UWV moet worden opgevolgd. (…)
(…) Wij spraken af dat u de Eerstejaarsevaluatie uiterlijk op 24 oktober ’18 getekend zou terugsturen. Tot op heden heb ik nog niets van u ontvangen. Tevens spraken wij af dat u de contactgegevens van uw andere werkgever ook voor 24 oktober ’18 aan ondergetekende zou aanleveren. Helaas hebben wij ook deze nog niet van u ontvangen. Gezien het feit dat u het weekend van 03/04 november ’18 uw aangepaste werkzaamheden zult gaan hervatten, krijgt u hierbij de laatste kans om (…) Eerstejaarsevaluatie en de contactgegevens van uw andere werkgever (…) te verstrekken. (…)’
(…) De overschrijdingen in de belastbaarheid zijn beperkt. Er is gezien de aard en omvang van de beperkingen geen bezwaar (integendeel) tegen de voorgestelde werkhervatting. Op basis van de belastbaarheid mag van werknemer verwacht worden dat hij door invulling te geven aan de werkhervatting, de voor hem geldende re-integratie verplichtingen invult. (…)’
De door de werknemer uitgevoerde re-integratie-inspanningen zijn niet voldoende.’
(…) allerlaatste kans geven om (..) de aangeboden werkzaamheden te hervatten. [zwager] heeft hierop namens u aangegeven dat u het niet eens bent met de door het UWV afgegeven beslissing. (…) [zwager] meldde dat er sprake is van een verslechtering van uw situatie. (…)
3.Het verzoek
4.Het verweer en het tegenverzoek
5.De beoordeling
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 39 en 40). Uit de in de wetsgeschiedenis (niet limitatief) genoemde voorbeelden van ernstig verwijtbaar handelen en de overige passages uit de parlementaire geschiedenis, blijkt dat bij ernstig verwijtbaar handelen sprake moet zijn van uitzonderlijke situaties. Het moet gaan om gevallen van onrechtmatige gedragingen, die te kwalificeren zijn als duidelijk strijdig met goed werknemerschap en op één lijn te stellen zijn met de voorbeelden die zijn gegeven in de parlementaire geschiedenis. De gemene deler van al die gedragingen is dat de werknemer zich bewust is dan wel behoort te zijn van het onoorbare karakter van zijn handelen.
een relatief kleine misstap na een heel lang dienstverband’ (zie:
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 113). Daarvan is in het onderhavige geval geen sprake. [werknemer] heeft, zonder dat hij een gegronde reden heeft aangevoerd, langdurig geweigerd medewerking te verlenen aan zijn re-integratie. Ook de stelling van [werknemer] dat hij voor zijn ziekmelding altijd goed heeft gefunctioneerd, dwingt niet tot een ander oordeel. De kantonrechter zal het verzoek van [werknemer] om aan hem een (gedeeltelijke) transitievergoeding toe te kennen dan ook afwijzen.
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 34).