Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Stichting Katholiek Onderwijs Volendam,
1.Het procesverloop
2.De feiten
1 november 2012 was [naam 1] (hierna: [naam 1] ) Hoofd Stafbureau, en van 1 november 2012 tot en met 6 oktober 2018 was [naam 2] (hierna: [naam 2] ) Hoofd Stafbureau.
4.Het verweer en het tegenverzoek
5.De beoordeling
McDonalds)). De van een werkgever te vergen mate van voortvarendheid is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard en omvang van een eventueel noodzakelijk onderzoek en de eventuele noodzaak tot het inwinnen van rechtskundig advies en het verzamelen van bewijsmateriaal (zie: HR 15 februari 1980, ECLI:NL:HR:1980:AC4006 (
Gelderse Tramvervoer Maatschappij)).
“het hoofd staf”, te weten [naam 2] . Verder staat in die brief dat verlof moet worden aangevraagd bij [naam 2] en dat de urenverantwoording moet worden afgelegd aan
“het hoofd staf, uw functionele meerdere”, opnieuw [naam 2] dus. Gelet hierop moet ervan worden uitgegaan dat het toenmalige bestuur weliswaar mededelingen heeft gedaan aan [verzoeker] over de werktijden en de indeling daarvan, maar dat tegelijkertijd instemming met een eventuele afwijking en nadere invulling of verantwoording daarvan is overgelaten aan [naam 2] .
“functionele meerdere”was, en omdat het toenmalige bestuur blijkens de brief van 20 oktober 2014 de eventuele afwijking, nadere invulling en verantwoording van de werkafspraken heeft overgelaten aan [naam 2] .
“oude cultuur”, waarin [naam 2] en [naam 1] jarenlang de werkzaamheden binnen SKOV naar eigen inzicht hebben uitgevoerd en waarbij zij het bestuur van SKOV zo veel mogelijk op afstand hebben gehouden. In de visie van SKOV hebben [naam 1] en [naam 2] de regie binnen het stafbureau van SKOV naar zich toegetrokken en het toenmalige bestuur buiten spel gezet, waarbij [naam 1] en [naam 2] streefden naar zo veel mogelijk vrijheid binnen dat stafbureau.
“oude cultuur”heeft willen veranderen en de regie over haar instelling weer bij het bestuur en de huidige uitvoerend bestuurder heeft willen leggen. Het staat SKOV als instelling en werkgever uiteraard vrij om haar onderneming zo in te richten en te besturen als zij dat wenst. Echter, indien SKOV het niet langer gewenst vindt dat [verzoeker] nevenwerkzaamheden verricht en zijn werktijden naar eigen inzicht invult, zal zij dit duidelijk moeten communiceren aan [verzoeker] , bijvoorbeeld in het kader van functioneringsgesprekken, en zal zij de in het verleden verleende toestemming en instemming voor die nevenwerkzaamheden moeten heroverwegen en eventueel moeten herzien. Pas als [verzoeker] na duidelijke afspraken en redelijke opdrachten daarover vervolgens weigert daaraan te voldoen, kunnen maatregelen en sancties in beeld komen. Daarvoor is het nu (veel) te vroeg.
PI De Schie)).
“hoofd staf”, destijds [naam 2] . Ook staat in die overeenkomst dat het recuperatieverlof van 50 uur per jaar vanaf dat moment
“conform cao”zou worden ingezet en dat voor aanvang van het schooljaar moet worden gemeld wat de keuze van [verzoeker] is.
“Urenoverzicht 2016/2017”en een e-mail van [naam 2] van 12 mei 2016 blijkt dat die overuren zijn betaald in verband met een compensatie voor werkzaamheden verricht in vakanties. Gelet daarop heeft [verzoeker] geen overuren betaald gekregen in strijd met gemaakte afspraken. Uitgaande van de hiervoor genoemde overeenkomst van 29 juni 2015 kon [verzoeker] immers nog steeds compensatie krijgen voor werken in vakanties na voorafgaande toestemming van [naam 2] , en vast staat dat die toestemming is verleend. [verzoeker] mocht er vanwege de overeenkomst van 29 juni 2015 ook op vertrouwen dat [naam 2] die toestemming namens SKOV kon verlenen.
“Uitleg bij het inventarisatieformulier”van SKOV, waarin expliciet staat dat een medewerker kan kiezen om het
“basisbudget van 50 klokuren”, te weten het recuperatieverlof,
“te laten uitbetalen”. De stelling van SKOV dat dit formulier niet geldt voor medewerkers boven loonschaal 8 kan niet worden gevolgd, omdat dit niet blijkt uit dat formulier en die stelling ook niet strookt met de hiervoor genoemde uitvoeringspraktijk, die niet is weersproken. Dat betekent dat de uitbetaling aan [verzoeker] van recuperatie-uren niet in strijd is met gemaakte afspraken, maar aansluit bij en in overeenstemming is met de uitvoeringspraktijk van SKOV. De overeenkomst van 29 juni 2015 staat daaraan ook niet in de weg, omdat daarin wordt vermeld dat het recuperatieverlof van 50 uur per jaar
“conform cao”moet worden ingezet en dat [verzoeker] voor aanvang van het schooljaar moet melden wat zijn keuze is. Daarbij komt dat [naam 2] blijkens een e-mail van 12 mei 2016 en een opdrachtformulier van juli 2017 expliciet toestemming heeft gegeven voor betaling van recuperatie-uren.
Kamerstukken I, 2013-2014, 33 818, C, pag. 91). SKOV heeft ter onderbouwing van het verzoek om ontbinding op de h-grond geen andere feiten en omstandigheden naar voren gebracht dan die welke hiervoor al zijn besproken in het kader van het gestelde verwijtbare gedrag en de verstoorde arbeidsverhouding. Er is daarom geen aanleiding om de arbeidsovereenkomst te ontbinden op de h-grond.
6.De beslissing
€ 645,15 exclusief btw;