ECLI:NL:RBNHO:2019:10988

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
23 oktober 2019
Publicatiedatum
30 januari 2020
Zaaknummer
7478391 CV FORM 19-651
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep van luchtvaartmaatschappij op buitengewone omstandigheden bij vertraging van vlucht en compensatieplicht

In deze zaak hebben twee passagiers een vordering ingesteld tegen de luchtvaartmaatschappij Transportes Aereos Portugueses S.A. (TAP) wegens compensatie voor vertraging van hun vlucht van Amsterdam naar Alicante via Lissabon op 30 oktober 2017. De passagiers claimen compensatie op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering, annulering of langdurige vertraging van vluchten. De vlucht TP 663 arriveerde met een vertraging van 46 minuten in Lissabon, waardoor de passagiers hun aansluitende vlucht naar Alicante misliepen. TAP heeft geweigerd compensatie te betalen en beroept zich op buitengewone omstandigheden, namelijk een besluit van het luchtverkeersbeheer dat de vertraging heeft veroorzaakt.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat TAP in beginsel gehouden is tot compensatie, tenzij zij kan aantonen dat de vertraging het gevolg is van buitengewone omstandigheden. TAP heeft aangevoerd dat de vertraging het gevolg was van een ATFM-slotrestrictie die door de luchtverkeersleiding was opgelegd. De kantonrechter oordeelt dat TAP voldoende heeft aangetoond dat de vertraging niet te voorkomen was en dat zij alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging te beperken. De vordering van de passagiers wordt afgewezen, en zij worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten.

De beslissing van de kantonrechter is dat de vordering van de passagiers wordt afgewezen en dat zij de proceskosten moeten vergoeden, vastgesteld op € 240,00 aan salaris van de gemachtigde van TAP, plus € 60,00 aan nakosten. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en is openbaar uitgesproken op 23 oktober 2019.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 7478391 \ CV FORM 19-651
Uitspraakdatum: 23 oktober 2019
Beschikking in de zaak van:

1.[passagier sub 1],

2. [passagier sub 2],
beiden wonende te [woonplaats],
verzoekende partij,
verder te noemen: de passagiers,
gemachtigde: mr. D.E. Lof
tegen
de buitenlandse rechtspersoon
Transportes Aereos Portugueses S.A.,
gevestigd te Lissabon (Portugal),
verwerende partij,
verder te noemen: TAP,
gemachtigde: mr. G van Lieshout

1.Het procesverloop

Dit verloop blijkt uit:
  • het vorderingsformulier (formulier A), ingekomen ter griffie op 21 januari 2019;
  • het antwoordformulier (formulier C), ingekomen ter griffie op 15 april 2019;

2.De feiten

2.1.
De passagiers hebben een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan TAP de passagiers op 30 oktober 2017 diende te vervoeren van Amsterdam-Schiphol, via Lissabon (Portugal) naar Alicante (Spanje). De passagiers zouden met vlucht TP 663 om 12:55 uur lokale tijd uit Amsterdam-Schiphol vertrekken en om 14:55 uur lokale tijd in Lissabon aankomen. Vanuit daar zouden de passagiers verder vliegen naar Alicante.
2.2.
Vlucht TP 663 (hierna: de vlucht) is met een vertraging van 46 minuten in Lissabon aangekomen waardoor de passagiers hun overstap hebben gemist. De passagiers zijn omgeboekt naar een andere vlucht naar hun eindbestemming, via Madrid voor de volgende dag.
2.3.
De passagiers hebben compensatie van TAP gevorderd in verband met voornoemde vertraging.
2.4.
TAP heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
De passagiers verzoeken TAP te veroordelen tot betaling van:
- € 800,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 oktober 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten.
3.2.
De passagiers baseren de vordering op de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Europese Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof).
3.3.
De passagiers stellen dat TAP vanwege de vertraging van de vlucht gehouden is compensatie te betalen conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 400,00 per passagier. Daarnaast maken de passagiers aanspraak op betaling door TAP van de wettelijke rente.
3.4.
TAP betwist de verschuldigdheid van de vordering en doet een beroep op buitengewone omstandigheden. Op het verweer wordt - voor zover relevant - bij de beoordeling van het geschil ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
4.2.
Niet in geschil is dat de passagiers met een vertraging van meer dan drie uur zijn aangekomen op de eindbestemming te Alicante, zodat TAP op grond van de Verordening in beginsel gehouden is de compensatie als bedoeld in de Verordening te voldoen. Dit is anders indien TAP kan aantonen dat de vertraging het gevolg is van buitengewone omstandigheden, die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen konden worden als bedoeld in artikel 5 lid 3 van de Verordening.
4.3.
TAP voert aan dat de vertraging van de vlucht werd veroorzaakt door een besluit van het luchtverkeersbeheer. Het luchtverkeersbeheer had een ATFM slot restrictie voorafgaand aan de vlucht opgelegd waardoor het toestel niet op de geplande vertrektijd uit Amsterdam-Schiphol kon vertrekken, aldus TAP. TAP verwijst in dit verband naar (een gedeelte van) het vluchtrapport (productie 1 verweerschrift) waarin een vertrekvertraging van 55 minuten is vermeld vanwege vertragingscode 83. TAP licht toe dat code 83 staat voor “
ATFM due to RESTRICTION AT DESTINATION AIRPORT, airport and/or runway closed due to obstruction, industrial action, staff shortage, political unrest, noise abatement, night curfew, special flights.”Voorts verwijst TAP naar het zogenoemde “Slot Revision Message”, die zij als productie 2 bij het verweerschrift heeft overgelegd. Daarin is onder meer vermeld “NEWCTOT 1252” vanwege “REGCAUSE MA 83”. Door de luchtverkeersleiding opgelegde CTOT van 12:52 uur UTC vertrok het vliegtuig 55 minuten later dan gepland en daardoor kwam de vlucht om 15:41 uur lokale tijd (met een vertraging van 46 minuten) aan op de luchthaven van Lissabon, aldus nog steeds TAP.
4.4.
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft TAP voldoende aangetoond dat de vlucht niet op tijd kon vertrekken uit Amsterdam, omdat er sprake was van een restrictie op de luchthaven van bestemming, te weten Lissabon. Eurocontrol heeft daardoor aanleiding gezien het luchtverkeer naar de luchthaven van Lissabon te reguleren door CTOT’s toe te wijzen voorafgaand aan het vertrek uit Amsterdam. De toegewezen CTOT’s kunnen, in het licht van overweging 15 van de considerans van de Verordening, gezien worden als een besluit van het luchtverkeersbeheer die gericht is aan het specifieke vliegtuig waarmee de vlucht is uitgevoerd, zodat het in de onderhavige zaak een buitengewone omstandigheid oplevert.
4.5.
De vraag die vervolgens beantwoord dient te worden is of TAP alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging van de vlucht als gevolg van de buitengewone omstandigheid te voorkomen dan wel te beperken. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft TAP voldoende onderbouwd dat zij de onderhavige vlucht van Schiphol naar Lissabon zo snel mogelijk heeft uitgevoerd nadat het toestel vanwege instructies van de luchtverkeersleiding vertraging had opgelopen. Uit de met feiten en omstandigheden onderbouwde toelichting, alsmede de overgelegde producties is niet gebleken dat het toestel na de vertraging op de vlucht nog verdere complicaties heeft ondervonden. Om de vertraging van de passagiers te beperken heeft TAP de passagiers meteen omgeboekt naar de eerstvolgende beschikbare vlucht naar hun eindbestemming. De kantonrechter overweegt dat niet gebleken is dat er in redelijkerwijs meer van TAP gevergd kon worden. De vordering van de passagiers zal daarom worden afgewezen.
4.6.
De proceskosten komen voor rekening van de passagiers, omdat deze ongelijk krijgen. Ook de nakosten kunnen worden toegewezen voor zover deze kosten daadwerkelijk door de TAP worden gemaakt.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst het verzochte af;
5.2.
veroordeelt de passagiers tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor TAP worden vastgesteld op een bedrag van € 240,00 aan salaris van de gemachtigde van TAP;
5.3.
veroordeelt de passagiers tot betaling van € 60,00 aan nakosten, voor zover die daadwerkelijk worden door TAP worden gemaakt;
5.4.
verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gewezen door mr. W. Aardenburg, kantonrechter, en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter