Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
I-SEC Nederland B.V.,
1.Het procesverloop
2.De feiten
(…) Je hebt de eerste maanden moeite gehad om te wennen aan alle regels en procedures. Dit komt mede door je school en privéomstandigheden. Je hebt de draad goed opgepakt en bent sterker geworden in je procedures. (…) Verder ben je altijd gastvrij naar zowel collega’s als passanten. Je communiceert duidelijk met je collega’s, iedereen weet waar hij of zij aan toe is. Je doet dit op een respectvolle manier. Je bent nog bezig met je opleiding voor je beveiliging. Zorg dat je dit op tijd haalt. (…)’
(…) U wordt uiterlijk één maand voor aflopen van de arbeidsovereenkomst op de hoogte gesteld van het al dan niet verlengen van de arbeidsovereenkomst. (…)’
ik ga je hoeken’ en dat zij ‘
neus tegen neus’ zouden hebben gestaan. Daarna heeft [customer teamleider] in het bijzijn van [betrokkene] met [werknemer] en [collega 1] gesproken.
(…) Hierbij bevestigen wij het gesprek dat u vandaag hebt gehad met (…) [HR consultant] (…) waarin u is medegedeeld dat u op staande voet ontslagen bent.
(…) Ik was getuige bij een incident waarvan verkeerde informatie is weergegeven. Het betrof 2 medewerkers, genaamd [werknemer] en [collega 1]. Ik stond achter de bakkenrunner zelf bakken op te ruimen als bakkenrunner op een afstand van zo een 2 á 3 meter van het “incident”. Het volgende heeft zich afgespeeld: De uitpakker( [collega 1] ) vroeg aan de bakkenrunner( [werknemer] ) of hij de achtergelaten boardingpas aan een mevrouw wou meegeven. Dat deed de bakkenrunner. Waarop de bakkenrunner verhaal ging halen waarom de uitpakker hem na die actie op een vreemde manier stond na te kijken. Blijkbaar was de uitpakker er niet van gediend, waarop de uitpakker hem intimiderend aantikte op zijn schouder met de mededeling dat ze later hierover zouden praten. De reactie van de bakkenrunner was dat hij verbouwereerd voor zich uit stond te staren en dat hij vervolgens een paar tellen later weer aan zijn werk bezig was. Dit is wat ik heb gezien en gehoord, niets meer en niets minder. (…)’
(…) Niet alleen de getuigen van het incident op de lane schetsen een eenduidig beeld van een opgefokte, intimiderende [werknemer] die als Luchthavenbeveiliger op de werkplek zijn collega onheus bejegent, maar dit beeld wordt nog een bevestigd door de volstrekt onacceptabele, respectloze en agressieve houding die [werknemer] tijdens de twee gesprekken op 24 juli jl. heeft aangenomen. (…)’
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
waarom keek je zo scheef?’, dat zij neus aan neus tegenover elkaar stonden en dat [werknemer] tegen [collega 1] heeft gezegd ‘
ik ga je hoeken’.
ik ga je hoeken’ van weinig professionaliteit getuigt, zeker van een werknemer van een beveiligingsbedrijf, en dat het ook minst genomen onbeleefd, onvriendelijk, onheus en weinig hoffelijk is om op de werkvloer neus aan neus tegenover elkaar te gaan staan, valt niet in te zien dat I-SEC in de gegeven omstandigheden niet een minder verstrekkende maatregel had kunnen kiezen, zoals een officiële waarschuwing, in plaats van de als ultimum remedium geldende maatregel van ontslag op staande voet. Dit had, mede gelet op de persoonlijke omstandigheden van [werknemer] , te weten: