Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Environ Systems B.V.
1.Het procesverloop
2.De feiten
De laatstelijk door [werknemer] vervulde functie, is die van commercieel directeur met een bruto maandsalaris van € 8.000,- exclusief emolumenten.
artikel 10 – (Neven)werkzaamhedenBehoudens schriftelijke toestemming van werkgever is het werknemer niet toegestaan om in dienst te treden van c.q. werkzaamheden te verrichten voor cliënten of relaties van werkgever en/of gelieerde vennootschappen. Werknemer zal gedurende de looptijd van deze overeenkomst niet voor een andere werkgever of opdrachtgever werkzaam zijn, noch voor eigen rekening een bedrijf op beroep uitoefenen, tenzij dit geschiedt met schriftelijke toestemming van werkgever. Werkgever zal die toestemming niet op onredelijke gronden kunnen weigeren. Een weigering is niet onredelijk indien door de bedoelde activiteiten/werkzaamheden de bedrijfsbelangen van werkgever of gelieerde ondernemingen kunnen worden geschaad.’’
“De bijbehorende betonbakken worden exclusief voor Environ door zusteronderneming [zusteronderneming] bv (hierna [zusteronderneming] ) in de [moedermaatschappij] groep geproduceerd. De verkoop van betonbakken door Environ was ook bedoeld als één van de nieuwe pijlers waarop [zusteronderneming] gebaseerd is. Om voldoende aantallen te kunnen produceren zijn de betonbakken slechts deels bestemd voor ondergrondse systemen geleverd door Environ en worden betonbakken vooral verkocht aan derden. Er zijn 8 stalen mallen in gebruik voor productie van betonbakken, welke eigendom zijn van [moedermaatschappij] en [zusteronderneming] . Het gaat om 4 mallen van het type 1800 betonbak en 4 mallen van het type 1665 betonbak. [zusteronderneming] produceert de bakken op basis van een overeenkomst exclusief voor Environ. Indien [zusteronderneming] over zou gaan op een nieuwe eigenaar, zal deze zeker geïnteresseerd zijn in het voortzetten van de productie c.q. de levering aan Environ. [moedermaatschappij] garandeert daarbij de continuïteit van de leveringen van de betonnen bakken aan Environ. Overigens is ook de overname van de mallen bespreekbaar bij een overname van Environ.’’
Hierin staat onder andere dat Environ de exclusieve verkooprechten heeft van de bij [zusteronderneming] geproduceerde betonbakken voor ondergrondse milieusystemen. De rechtsopvolger van Environ verkrijgt deze exclusieve verkooprechten.
‘’
Hierbij de notitie inzake Environ waarin zowel de huidige situatie is vastgelegd alswel de situatie die gaat ontstaan indien Environ wordt verzelfstandigd / overgedragen aan een andere marktpartij. Zoals afgesproken zal [naam 1] een kennismakingsafspraak met [naam 2] bij [naam 3] plannen.’’
“De in de arbeidsovereenkomst opgenomen bedingen zullen ook na het einde van het dienstverband hun gelding blijven behouden.”
“Partijen verlenen elkaar met inachtneming van het bovenstaande over en weer finale kwijting ter zake van al hetgeen zij ten aanzien van de arbeidsovereenkomst, de daarop van toepassing zijnde regelingen en de beëindiging van het dienstverband te vorderen hebben of zouden hebben.”
‘’Ik heb begrepen dat je de afspraak met [bestuurder 2] en mij heb geannuleerd. Wij zouden graag een afspraak met jou maken omdat we uit het netwerk om ons heen hebben begrepen dat jij tijdens het dienstverband bij Environ Systems elders in dienst bent geweest. Dit gerucht kwam ons vreemd over en we willen dit graag met jou bespreken. Kun jij ons een aantal data noemen waarop we tot een afspraak kunnen komen?”
”
[adviseur] , Het verbaast me dat je na zoveel tijd nog met vragen komt. Met geruchten kan ik niks maar concrete vragen kan je stellen. Wel vraag ik me af wat je wil bereiken mede gelet op de gekozen weg namelijk mij uitnodigen zonder de agenda te vermelden. Op welke uitnodiging ik vanwege verblijf buitenland en de korte aanlooptijd niet ben ingegaan, wat iets anders is dan annuleren. Ik heb me altijd loyaal naar Environ opgesteld en ook na de beëindiging van het dienstverband heb ik me tijd en moeite gegeven rond de afwikkeling, waaronder het leeghalen van het pand. Het hoofdstuk Environ is voor mij afgesloten: het is voor mij in de afgelopen jaren een deels zeer frustrerende periode geweest en ik wil het achter me laten.’’
3.De vordering
€ 5.000,- voor de (eerste) overtreding van € 1.000,- voor iedere dag dat de overtreding voortduurt c.q. heeft voortgeduurd) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van het ontstaan van de vordering tot de dag ter algehele voldoening, alsmede de buitengerechtelijke incassokosten ad. € 3.620,-;
4.Het verweer
[werknemer] heeft zijn standpunt onderbouwd met de volgende omstandigheden:
(1) op de facturen ten tijde van zijn snipperdagen stond ‘samenwerking met [potentiële koper] ’ vermeld,(2) de collega’s van [werknemer] , waaronder [collega] , waren op de hoogte van zijn nevenwerkzaamheden bij [rechtspersoon A] , (3) [werknemer] heeft in opdracht van [rechtspersoon A] op een beurs gestaan, en (4) [werknemer] had beide functies op zijn LinkedIn pagina vermeld staan.
€ 369.000,- moet betalen. Environ heeft geen enkel belang bij deze vordering, aangezien zij feitelijk vanaf januari 2018 niet meer bestaat. Environ is sinds die tijd niet meer dan een lege huls. Tevens betwist [werknemer] dat Environ op enigerlei wijze schade heeft geleden door zijn dubbele dienstverband. De hoogte van de boete staat dan ook niet in verhouding tot de gestelde schade.
5.De beoordeling
’partijen verlenen elkaarmet inachtneming van het bovenstaandeover en weer finale kwijting (…)’’.
schriftelijketoestemming van Environ heeft verkregen. Naar de letter van het beding heeft [werknemer] aldus het beding overtreden.
anderemarktpartij en geen woord wijdt aan de eventuele e samenwerking tussen [werknemer] en [rechtspersoon A] Ten slotte heeft [werknemer] in zijn eerste reactie op het vermoedelijke dubbele dienstverband bij email van 14 december 2018 de nevenwerkzaamheden niet erkend of ontkend. In het geval de nevenwerkzaamheden bij [rechtspersoon A] , zoals [werknemer] heeft betoogd, in alle openheid werden verricht, valt niet in te zien dat [werknemer] in die mairaan niet heeft gerefereerd.
Het is niet aan de kantonrechter om uit de producties te achterhalen welke kosten voor het beslag zijn gemaakt. Het enkele verwijzen naar de producties is onvoldoende.