ECLI:NL:RBNHO:2018:6230

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
25 juli 2018
Publicatiedatum
18 juli 2018
Zaaknummer
6435709
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering FNV tot toelating tot cao-overleg met Transavia

In deze zaak heeft de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) een vordering ingesteld tegen Transavia Airlines C.V. en de Vereniging Nederlands Cabinepersoneel (VNC) met als doel toelating tot de cao-onderhandelingen voor het cabinepersoneel van Transavia. FNV stelt dat zij de belangen van haar leden, die werkzaam zijn bij Transavia, vertegenwoordigt en dat Transavia onrechtmatig handelt door haar niet toe te laten tot de onderhandelingen. De vordering is ingesteld na een reeks van correspondentie tussen FNV en Transavia, waarin FNV herhaaldelijk om toelating tot de cao-onderhandelingen heeft verzocht, maar Transavia heeft dit verzoek steeds afgewezen, met de argumentatie dat FNV niet representatief genoeg is in vergelijking met VNC.

De kantonrechter heeft de vordering van FNV beoordeeld en vastgesteld dat FNV op dat moment onvoldoende representatief was om deel te nemen aan de cao-onderhandelingen. De rechter heeft daarbij gekeken naar het ledenaantal van FNV in vergelijking met dat van VNC en geconcludeerd dat FNV slechts 11% van de cabineleden vertegenwoordigt, terwijl VNC een aanzienlijk groter percentage heeft. De rechter heeft ook opgemerkt dat de contractsvrijheid van partijen in het algemeen betekent dat zij zelf kunnen bepalen wie zij toelaten tot hun collectieve arbeidsvoorwaardenoverleg, mits dit niet in strijd is met internationale verdragen.

Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van FNV in zijn geheel afgewezen en FNV veroordeeld tot betaling van de proceskosten. De rechter heeft geoordeeld dat er geen juridische grondslag is voor de toelating van FNV tot het reguliere overleg over de arbeidsvoorwaarden en dat de beslissing van Transavia om FNV niet toe te laten niet onrechtmatig is.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 6435709 \ CV EXPL 17-9795
Uitspraakdatum: 25 juli 2018
Vonnis in de zaak van:
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
Federatie Nederlandse Vakbeweging
gevestigd te Utrecht
eisende partij
verder te noemen: FNV
gemachtigde: mr. R.A. Severijn
tegen
de commanditaire vennootschap
Transavia Airlines C.V.
gevestigd te Schiphol
gedaagde partij
verder te noemen: Transavia
gemachtigden: mrs. J.M. van Slooten en P. Hufman
en
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
Vereniging Nederlands Cabinepersoneel VNC
gevestigd te Amstelveen
voegende partij
gemachtigde: mr. M.A. Visser

1.Het procesverloop

1.1.
FNV heeft bij dagvaarding van 25 oktober 2017 een vordering tegen Transavia ingesteld. Transavia heeft op 14 februari 2018 schriftelijk geantwoord.
1.2.
VNC heeft op 14 februari 2018 een incidentele conclusie tot tussenkomst ingediend. FNV en Transavia hebben hierop schriftelijk gereageerd.
1.3.
Bij vonnis van 11 april 2018 heeft de kantonrechter VNC toegestaan zich in de procedure te voegen aan de zijde van Transavia.
1.4.
VNC heeft op 24 mei 2018 een conclusie van antwoord ingediend.
1.5.
Op 5 juni 2018 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. FNV en Transavia hebben gebruik gemaakt van pleitaantekeningen. Voorafgaand aan de zitting heeft FNV bij brief van 4 juni 2018 nog stukken toegezonden.
1.6.
Na hiertoe ter zitting in de gelegenheid te zijn gesteld, hebben Transavia en VNC zich ter rolle van 4 juli 2018 bij akte uitgelaten over de door FNV op 4 juni 2018 in het geding gebrachte productie ‘
Assurance-rapport van Van Noort Gassler & Co’.

2.De feiten

2.1.
FNV is een vereniging die als doel heeft de belangen te behartigen van haar leden, van werknemers, of groepen van werknemers.
2.2.
Transavia is een luchtvaartmaatschappij met ongeveer 1.700 werknemers, verdeeld over grondpersoneel en cabinepersoneel. In de zomermaanden zijn er ongeveer 1.100 personen werkzaam in de cabine, in de wintermaanden zijn dat ongeveer 900 personen.
2.3.
VNC is een vereniging die als doel heeft de belangen te behartigen van cabinepersoneel van KLM N.V., KLM Cityhopper B.V., Transavia, Easyjet, TUI Nederland N.V. en Asian Airlines.
2.4.
De collectieve arbeidsvoorwaarden van de werknemers van Transavia zijn vastgelegd in drie cao’s: de cao voor het grondpersoneel, de cao voor piloten en de cao voor het cabinepersoneel.
2.5.
De laatste cao Transavia Cabinepersoneel heeft als looptijd 1 mei 2013 tot en met 31 december 2016 en is alleen met VNC gesloten. FNV is bij de totstandkoming van de cao voor het cabinepersoneel nooit betrokken geweest.
2.6.
Vanaf oktober 2016 is Transavia met VNC in overleg getreden over een nieuwe cao voor het cabinepersoneel.
2.7.
Bij brief van 21 februari 2017 heeft FNV aan Transavia meegedeeld dat zij is gestart met het organiseren van Transavia cabinepersoneel. De brief bevatte tevens het verzoek in overleg te treden over de actuele onderwerpen die leven bij Transavia cabinepersoneel en het verzoek om in overleg te treden over de nieuwe cao voor Transavia cabinepersoneel.
2.8.
Bij brief van 2 maart 2017 heeft Transavia aan FNV geschreven dat zij geen noodzaak ziet om FNV uit te nodigen voor het cao-overleg.
2.9.
FNV heeft bij brief van 10 mei 2017 haar verzoek tot toelating tot de cao-onderhandelingen herhaald, waarop Transavia bij brief van 9 juni 2017 nogmaals heeft meegedeeld daartoe geen aanleiding te zien.
2.10.
Bij brief van 12 juli 2017 heeft FNV Transavia wederom om toelating tot het cao-overleg verzocht. In deze brief vermeldt zij dat het aantal leden van FNV Transavia Cabine is gestegen en dat zij een petitie laat ondertekenen waarin wordt verzocht FNV Transavia Cabine te betrekken bij de cao-onderhandelingen. Deze petitie is op 7 augustus 2017 overhandigd aan Transavia.
2.11.
Op uitnodiging van Transavia heeft op 30 augustus 2017 een gesprek plaatsgevonden tussen FNV en Transavia, waarin FNV in de gelegenheid is gesteld nader toe te lichten waarom zij van mening is dat zij tot de cao-onderhandelingen moet worden toegelaten.
2.12.
Op 6 september 2017 hebben Transavia en VNC een akkoord gesloten met betrekking tot de cao Transavia Cabinepersoneel 2017-2018.
2.13.
Bij brief van 18 september 2017 heeft Transavia aan FNV medegedeeld dat zij, ondanks het gesprek van 30 augustus 2017, nog altijd geen aanleiding ziet om FNV tot de cao-onderhandelingen toe te laten.
2.14.
Op 28 september 2017 heeft FNV haar standpunt herhaald en Transavia gesommeerd om FNV te erkennen als onderhandelings- en gesprekspartner. Daarbij heeft zij aangekondigd dat zij rechtsmaatregelen zal treffen als Transavia geen gehoor geeft aan haar oproep.
2.15.
In een door VNC overgelegd ‘Rapport van feitelijke bevindingen met betrekking tot het ledenaantal van Transavia personeel aangesloten bij de Vereniging Nederlands Cabinepersoneel VNC in april 2018’ van Registeraccountants en Belastingadviseurs Londen en Van Holland van 24 mei 2018 staat onder meer het volgende:

(…)
- Het ledenaantal Transavia volgens opgave van de ledenadministratie van VNC met peildatum 30 april 2018 bedraagt 677;
- Het aantal leden voor de periode april 2018 waarvoor door Transavia contributie is afgedragen aan VNC bedraagt 577 conform het overzicht uitbetaalde looncomponenten uit het Employee Management Information System (EMIS) van Transavia;
- (…)
- De afwijking van het aantal leden volgends de ledenadministratie (677) van VNC en de contributieafdrachten (577) is nagevraagd bij medewerkers van VNC. De verkregen verklaringen hiervoor zijn:
*dat nieuwe leden zijn opgenomen in de ledenadministratie, maar in de eerste drie maanden van het lidmaatschap geen contributies verschuldigd zijn; en
* dat in de ledenadministratie tevens oproepkrachten en seizoenvliegers zijn opgenomen, die geen contributie hoeven te betalen over de periode dat zij geen werkzaamheden hebben verricht.
(…)
2.16.
In een door FNV overgelegd ‘Assurance rapport inzake de opgave ledentalverklaring’ van Accountants & adviseurs Van Noort Gassler & Co van 4 juni 2018 staat onder meer: ‘(…)
Op 31 mei 2018 telde het aantal ingeschreven leden* bij FNV werkzaam bij Transavia Airlines (Cabine) te Schiphol133op basis van de gegevens zoals opgenomen in de analysetool Microstrategy 31 mei 2018 (kopie van het ledenadministratiesysteem CRM per 31 mei 2018) (…)
.

3.De vordering

3.1.
FNV vordert dat de kantonrechter voor recht verklaart dat Transavia onrechtmatig handelt jegens FNV, door haar buiten te sluiten als gespreks- en onderhandelingspartner ter zake de cao en andere binnen de onderneming spelende onderwerpen die de arbeidsvoorwaarden en de arbeidsomstandigheden van het personeel betreffen;
3.2.
FNV vordert voorts dat de kantonrechter Transavia veroordeelt om FNV te erkennen en te aanvaarden als gespreks- en onderhandelingspartner en om FNV toe te laten tot onderhandelingen over de nieuwe cao en als gesprekspartner ter zake andere binnen de onderneming spelende onderwerpen die de arbeidsvoorwaarden en de arbeids- omstandigheden van het Transavia Cabinepersoneel betreffen, op straffe van een dwangsom van € 10.000,00 per dag, indien Transavia nalaat om aan het in deze zaak te wijzen vonnis te voldoen;
3.3.
Tenslotte vordert FNV dat de kantonrechter Transavia veroordeelt tot betaling van de proceskosten.
3.4.
FNV legt aan de vordering – kort weergegeven – het volgende ten grondslag. Transavia is met VNC in overleg getreden over het afsluiten van een nieuwe cao voor het cabinepersoneel. FNV heeft bij Transavia aangegeven dat zij uitgenodigd wil worden voor deze onderhandelingen, teneinde de belangen van haar leden te kunnen behartigen. Transavia heeft geweigerd op dit aanbod in te gaan en erkent FNV niet als onderhandelingspartner. Dit terwijl FNV inmiddels 133 leden vertegenwoordigt die werkzaam zijn bij Transavia (Cabine) en FNV als landelijk de grootste van de ‘gevestigde’ bonden een groot belang heeft om te worden toegelaten tot de onderhandelingen. Transavia handelt onrechtmatig jegens FNV door haar het recht op het voeren van collectieve onderhandelingen te onthouden.

4.Het verweer

4.1.
Transavia betwist de vordering. Zij voert daartoe – samengevat – het volgende aan. FNV is niet representatiever dan VNC, zodat Transavia niet onrechtmatig handelt door FNV niet toe te laten tot de onderhandelingen. Bij nadere akte heeft Transavia het rapport van Van Noort Gassler & Co zowel voor wat betreft de totstandkoming als voor wat betreft de inhoud betwist. FNV heeft voorts onvoldoende belang bij toelating tot de onderhandelingen en de toelating van FNV heeft geen toegevoegde waarde, terwijl Transavia zwaarwegende belangen heeft om FNV niet tot de onderhandelingen toe te laten. Transavia heeft de gerechtvaardigde verwachting dat Transavia en FNV vanwege een fundamenteel gebrek aan overeenstemming niet tot een akkoord zullen komen. Bovendien is de toelating van FNV tot de onderhandelingen en het regulier overleg een ongerechtvaardigde beperking van de vrijheid van ondernemerschap van Transavia. Voor de toelating van FNV tot het reguliere overleg over de arbeidsvoorwaarden en de arbeidsomstandigheden is geen juridische grondslag. Transavia verzoekt de kantonrechter de vorderingen af te wijzen en FNV te veroordelen tot betaling van de proceskosten.
4.2.
Ook VNC betwist de vordering. Zij voert daartoe – samengevat – aan dat FNV niet representatiever is dan VNC. VNC betwist, net als Transavia, dat uit het rapport van Van Noort Gassler & Co kan worden afgeleid dat FNV 133 leden heeft onder het Transavia cabinepersoneel. Voorts bestaat ook bij VNC de gerechtvaardigde verwachting dat door toelating van FNV er vanwege een fundamenteel gebrek aan overeenstemming geen onderhandelingsresultaat met Transavia kan worden bereikt. VNC verzoekt de kantonrechter FNV in haar vorderingen niet-ontvankelijk te verklaren, althans haar vorderingen te ontzeggen en FNV te veroordelen tot betaling van de proceskosten.

5.De beoordeling

5.1.
Bij de beoordeling van dit geschil geldt als uitgangspunt dat het in het algemeen aan contractspartijen zelf is om te bepalen of zij een ander tot hun collectieve arbeidsvoorwaardenoverleg toelaten. De contractsvrijheid wordt evenwel beperkt door het in internationale verdragen erkende recht van vakbonden op collectieve onderhandelingen in die zin dat een vakbond die een groot aantal werknemers in de branche vertegenwoordigt en representatiever is dan (een) andere vakbond(en) die bij het overleg betrokken is (zijn) in beginsel recht heeft op toelating tot de cao-onderhandelingen. Of aan een vakbond, die in beginsel dit recht op toelating heeft, de toegang tot het cao-overleg kan worden geweigerd, hangt af van de uitkomst van de afweging van de belangen van de vakbond die om toelating vraagt tegenover de belangen van de partijen die al aan de onderhandelingstafel zitten.
FNV Transavia Cabine representatief?
5.2.
Transavia heeft tijdens de zitting onweersproken gesteld dat op 1 juni 2018 bij haar 1191 cabineleden werkzaam zijn en dat zij voor 608 leden vakbondscontributie inhoudt. In de door VNC overgelegde accountantsverklaring staat dat voor 577 leden contributie wordt ingehouden en dat 677 werknemers van Transavia zijn aangesloten bij VNC. FNV heeft ter onderbouwing van haar ledenaantal overgelegd een assurance rapport van Van Noort Gassler & Co. In dit rapport staat dat het aantal ingeschreven leden bij FNV werkzaam bij Transavia Airlines (Cabine) per 31 mei 2018 133 bedraagt.
5.3.
VNC en Transavia hebben zich bij akte uitgelaten over het rapport dat door FNV is overgelegd. Zakelijk weergegeven hebben Transavia en VNC aangevoerd dat uit dit rapport niet kan worden afgeleid dat FNV werkelijk 133 leden onder het Transavia cabinepersoneel vertegenwoordigt. Daarvoor kent het rapport, zowel voor wat betreft de wijze van totstandkoming, als voor wat betreft de inhoud -samengevat- te veel gebreken, aldus Transavia en VNC.
5.4.
De kantonrechter deelt het standpunt van Transavia en VNC dat het rapport onvolkomenheden bevat. Zo ontbreekt de paraaf van de accountant en ontbreekt de bijlage waaraan in het rapport gerefereerd wordt. Verder is niet gebleken dat FNV bij Transavia navraag heeft gedaan of de door FNV aangeduide personen bij Transavia werkzaam zijn als cabine lid en is eveneens niet helder of de leden die FNV zegt te vertegenwoordigen ook vertegenwoordigd worden door VNC.
5.5.
De vaststelling dat het rapport gebreken vertoont en dat aldus niet met zekerheid kan worden vastgesteld of FNV 133 leden van het Transavia cabinepersoneel vertegenwoordigt, is evenwel zonder gevolgen, omdat ook in het geval over dat aantal wel zekerheid zou bestaan, FNV naar het oordeel van de kantonrechter in ieder geval getalsmatig niet als voldoende representatief kan worden beschouwd. Zij vertegenwoordigt circa 11% tegenover VNC 48-51% (als wordt uitgegaan van respectievelijk 577 of 608 contributie betalende leden) of 57% (als wordt uitgegaan van alle leden).
5.6.
Het percentage van circa 11% is beduidend lager dan de landelijke organisatiegraad van circa 20% en substantieel lager dan de organisatiegraad van het cabinepersoneel van Transavia (48/51-57%) en bovendien ook lager dan het percentage van 20-25% dat in aanbeveling 3.7. van de Kring van Kantonrechters in het kader van de voormalige kantonrechtersformule werd genoemd om aan te duiden wanneer er sprake was van een representatieve vakbond.
5.7.
FNV heeft gesteld dat zij ook ondanks dit percentage als voldoende representatief moet worden beschouwd omdat zij zich inzet om de positie van seizoenmedewerkers te verbeteren, zij als de grootste van de gevestigde bonden ervaring, deskundigheid, financiële middelen en onafhankelijkheid met zich mee brengt, omdat zij ook partij is bij de cao grondpersoneel van Transavia en is aangesloten bij internationale vakorganisaties in het transport.
5.8.
Anders dan FNV is de kantonrechter van oordeel dat geen van de door FNV aangedragen omstandigheden het gebrek aan getalsmatige representativiteit compenseert. Voor zover FNV heeft beoogd te stellen dat zij specifiek voor seizoenmedewerkers opkomt, heeft FNV deze stelling niet getalsmatig onderbouwd en ook overigens heeft FNV niet weersproken dat VNC, die gelet op de accountantsverklaring werknemers van Transavia uit alle groepen, waaronder de seizoenmedewerkers, vertegenwoordigt, de belangen van seizoenmedewerkers niet voldoende behartigt. FNV mag weliswaar de grootste van de gevestigde bonden zijn en uit dien hoofde over ervaring, deskundigheid, financiële middelen en onafhankelijkheid beschikken, zij heeft onvoldoende concreet gesteld en aannemelijk gemaakt op welke wijze zij in het arbeidsvoorwaardenoverleg specifiek meer of anders te bieden heeft dan (de gespecialiseerde) VNC. Het enige dat FNV in dit kader naar voren heeft gebracht is dat zij van oordeel is dat de medewerkers van Transavia behoren mee te delen in de goede resultaten van de KLM-Groep. Dit is onvoldoende om het gebrek aan getalsmatige representativiteit te compenseren.
5.9.
De conclusie is dat FNV (op dit moment) onvoldoende representatief is, zodat de beslissing van Transavia om FNV niet toe te laten tot het collectieve arbeidsvoorwaardenoverleg niet als onrechtmatig kan worden beschouwd. Een verdere afweging van de belangen van FNV tegenover de belangen van VNC en Transavia, anders dan al heeft plaatsgevonden in het kader van de beoordeling van de relatieve representativiteit, behoeft gelet op het voorgaande dan ook niet plaats te vinden.
5.10.
Voor de toelating van FNV tot het reguliere overleg over de arbeidsvoorwaarden en de arbeidsomstandigheden is geen juridische grondslag.
5.11.
De conclusie is dan ook dat de kantonrechter de vordering van FNV in zijn geheel zal afwijzen.
5.12.
De proceskosten komen voor rekening van FNV, omdat zij ongelijk krijgt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst de vordering af;
6.2.
veroordeelt FNV tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor Transavia worden vastgesteld op een bedrag van € 1.200,00 aan salaris voor de gemachtigde van Transavia en voor VNC worden vastgesteld op een bedrag van € 1.200,00 aan salaris voor de gemachtigde van VNC;
6.3.
verklaart dit vonnis voor zover het de proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. W. Aardenburg en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter