Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 29 mei 2018 in de zaak tussen
de burgemeester van de gemeente Alkmaar, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
De beroepsgrond slaagt niet.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 29 mei 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen een exploitant van een seksbedrijf en de burgemeester van de gemeente Alkmaar. De eiser, vertegenwoordigd door mr. K. Hollenberg, had een vergunning aangevraagd voor de exploitatie van een seksbedrijf, maar kreeg deze onder de voorwaarde dat er geen prostituees onder de 21 jaar mochten werken. De eiser betwistte deze voorwaarde en stelde dat deze in strijd was met hogere regelgeving, waaronder de Gemeentewet en de Grondwet. De rechtbank oordeelde dat de bepaling in de Algemene plaatselijke verordening (Apv) van Alkmaar niet in strijd was met artikel 151a van de Gemeentewet en dat het vergunningvoorschrift niet in strijd was met de Dienstenrichtlijn. De rechtbank concludeerde dat de gemeenteraad beleids- en beoordelingsvrijheid heeft bij het vaststellen van verordeningen en dat de leeftijdsgrens voor prostituees gerechtvaardigd is om misstanden te voorkomen. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en bevestigde de geldigheid van de opgelegde vergunningseisen.