In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 22 januari 2018 uitspraak gedaan in een beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem, waarbij een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) werd afgewezen. Eiser had op 9 juni 2016 verzocht om informatie over illegale grondannexaties. Het college heeft dit verzoek gedeeltelijk afgewezen, met als argument dat de gevraagde informatie geheimhouding had en dat de steekproef van vier dossiers uit een totaal van 280 dossiers niet representatief was. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het college heeft het bezwaar ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep op 5 oktober 2017 behandeld, waarbij eiser in persoon aanwezig was en het college vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigden.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de steekproef niet representatief was, omdat niet duidelijk was waarom deze vier dossiers waren geselecteerd en omdat de inhoud van de dossiers aanzienlijk kon verschillen. De rechtbank oordeelde dat het bestreden besluit in strijd was met de zorgvuldigheidseisen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en onvoldoende gemotiveerd was. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit vernietigd en bepaald dat het college een nieuw besluit moet nemen op het bezwaar van eiser, zonder de mogelijkheid van een bestuurlijke lus. De rechtbank heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken, omdat er geen kosten zijn gemaakt die voor vergoeding in aanmerking komen.