ECLI:NL:RBNHO:2018:3465
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure omtrent omgevingsvergunning voor plaatsing van een yurt
In deze zaak hebben omwonenden bezwaar gemaakt tegen een van rechtswege verleende omgevingsvergunning voor de plaatsing van een yurt. Het college van burgemeester en wethouders van Texel heeft het bezwaar gegrond verklaard en de vergunning herroepen, ingetrokken en alsnog geweigerd, omdat de yurt in strijd zou zijn met het bestemmingsplan. De eigenaren van de yurt hebben hiertegen beroep ingesteld, dat door de voorzieningenrechter ongegrond is verklaard. De voorzieningenrechter heeft het standpunt van het college gevolgd en het beroep van verzoekers op het vertrouwensbeginsel verworpen. Er zijn geen concrete toezeggingen gedaan door gemeenteambtenaren dat de yurt zonder omgevingsvergunning mocht blijven staan. De voorzieningenrechter concludeert dat de omgevingsvergunning voor het plaatsen van de yurt terecht is geweigerd, omdat deze niet past binnen de bestemmingsplannen en het Texelse landschap. De voorzieningenrechter heeft ook overwogen dat de yurt niet als kampeermiddel kan worden aangemerkt, maar als een bouwwerk, wat betekent dat er een vergunning vereist is. Het beroep is ongegrond verklaard en het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen.