ECLI:NL:RBNHO:2017:8284
Rechtbank Noord-Holland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag ontheffing inrijverbod Purmerland door gemeente Landsmeer
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 25 september 2017 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Landsmeer. Eiseres had een aanvraag ingediend voor ontheffing van het inrijverbod Purmerland, dat geldt voor voertuigen op meer dan twee wielen op werkdagen tussen 06.00 en 09.00 uur. De rechtbank oordeelde dat verweerder zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij voldoet aan de voorwaarden voor ontheffing zoals gesteld in artikel 4, tweede lid, aanhef en onder g, van de Verordening op het verlenen van ontheffingen van het inrijverbod bij Purmerland en/of Den Ilp 2016.
Eiseres, lid van een hengelsportvereniging, stelde dat de afwijzing van haar aanvraag haar de mogelijkheid ontneemt om gebruik te maken van de voorzieningen van de vereniging. De rechtbank overwoog echter dat eiseres niet heeft aangetoond dat zij op de verboden tijdstippen bij het viswater moet zijn en dat de afwijzing van de aanvraag niet uitsluit dat zij op andere tijdstippen gebruik kan maken van het viswater. De rechtbank concludeerde dat verweerder in redelijkheid de aanvraag om ontheffing kon afwijzen.
Daarnaast werd het beroep op het gelijkheidsbeginsel door de rechtbank verworpen, omdat niet was aangetoond dat de door eiseres genoemde gevallen vergelijkbaar waren met haar situatie. De rechtbank oordeelde dat een eerdere fout van verweerder om ontheffing te verlenen niet betekent dat deze fout herhaald moet worden. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.