In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 1 september 2017 uitspraak gedaan in een geschil over de verlening van een omgevingsvergunning voor het plaatsen van drie tijdelijke verkoopkiosken op de Boulevard de Favauge te Zandvoort. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M.R. van Buiten, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Zandvoort, dat op 3 juni 2016 een omgevingsvergunning had verleend. Eiseres betoogde dat er geen belangenafweging had plaatsgevonden en dat de kiosken niet waren getoetst aan de redelijke eisen van welstand.
De rechtbank oordeelde dat verweerder ten onrechte een belangenafweging had achterwege gelaten en dat de kiosken, die voor een bepaalde periode van 1 mei tot 1 oktober geplaatst mochten worden, wel degelijk onderhevig waren aan een welstandsbeoordeling. De rechtbank stelde vast dat de kiosken seizoensgebonden bouwwerken waren en dat de uitzondering op de welstandstoets niet van toepassing was. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op om opnieuw te beslissen op het bezwaar van eiseres, met inachtneming van de uitspraak.
Daarnaast werd verweerder veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van eiseres, die op € 990,- werden vastgesteld. De rechtbank benadrukte dat de belangen van eiseres in de besluitvorming niet voldoende waren meegewogen, en dat er een zorgvuldige belangenafweging had moeten plaatsvinden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.