ECLI:NL:RBNHO:2017:3639
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.J.A.M. van Brussel
- S.M. Auwerda
- A.T.B. de Vries
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering bijstandsuitkering wegens gezamenlijke huishouding en verzwijgen van vermogen
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 2 mei 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. S.L. Sarin, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, vertegenwoordigd door mr. M.E. van Dijk. De zaak betreft de intrekking en terugvordering van een bijstandsuitkering van eiseres, die per 11 april 2007 is ingetrokken. De gemeente heeft vastgesteld dat eiseres een gezamenlijke huishouding voerde met haar ex-echtgenoot, [naam 1], en dat zij vermogen boven de geldende vermogensgrens heeft verzwegen. Eiseres ontving bijstand op grond van de Participatiewet en heeft deze uitkering ontvangen van 29 april 1987 tot en met 16 mei 2004 en opnieuw vanaf 11 april 2007.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente voldoende bewijs heeft geleverd dat eiseres de inlichtingenverplichting niet is nagekomen. Dit blijkt uit een frauderapport waarin is vastgesteld dat eiseres in haar woning 164 Swarovski kristallen beeldjes had, waarvan de waarde de vermogensgrens overschreed. Eiseres heeft betwist dat de waarde van de beeldjes boven de grens uitkwam en heeft aangevoerd dat de gemeente niet deugdelijk heeft gemotiveerd dat zij over meer vermogen beschikte dan toegestaan. De rechtbank oordeelt echter dat de gemeente op goede gronden heeft vastgesteld dat eiseres geen recht had op bijstand en dat de intrekking en terugvordering van de bijstand terecht zijn.
De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.