Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.de rechtspersoon naar Zwitsers recht MOKESYS AG,
MOKESA AG,
[gedaagde4],
1.De procedure
- de dagvaarding met producties
- de conclusie van antwoord met producties
- de akte houdende overlegging producties 7A en 27A van de zijde van Mokesys c.s.
- de pleitnota van Mokesys c.s.
- de pleitnota van [gedaagde4] c.s.
- de ter gelegenheid van de mondelinge behandeling van de zijde van [gedaagde4] c.s. overgelegde productie betreffende een octrooi uit 1935 op een “metallic arch”.
2.De feiten
3.Het geschil
Gedaagden hoofdelijk te gebieden met onmiddellijke ingang na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis iedere inbreuk op de auteursrechten van Mokesys c.s. eiseressen met betrekking tot de vormgeving van de in het lichaam van de dagvaarding omschreven en afgebeelde VDH-platten, welke op de markt worden gebracht onder de naam VDH-boiler Tile Systeem en meer specifiek als het e-VDH-R System c.q. de e.VDH-R Platte, te (doen) staken en gestaakt te (doen) houden, meer in het bijzonder door gedaagden ieder gebruik en/of de exploitatie in Nederland van de ‘VDH-platten’ te verbieden;
Gedaagden hoofdelijk te gebieden met onmiddellijke ingang na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis ieder onrechtmatig handelen ten opzichte van eiseressen bestaande uit (het doen laten) produceren en verhandelen van de in het lichaam van de dagvaarding omschreven en afgebeelde ‘VDH platten’, welke platten op de markt worden gebracht onder de naam VDH boiler Tile Systeem en meer specifiek als het e-VDH-R System c.q. de e.VDH-R Platte, te (doen) staken en gestaakt te (doen) houden, meer in het bijzonder door gedaagden ieder gebruik en/of de exploitatie van de ‘VDH-platten’ te verbieden;
Gedaagden te bevelen om met onmiddellijke ingang na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis, de stelselmatige nabootsing van de producten van eiseressen te staken en gestaakt te houden, door het verhandelen, importeren en/of exporteren van de van de in het lichaam van de dagvaarding omschreven en afgebeelde ‘VDH-platten’, welke platten op de markt worden gebracht onder de naam VDH-boiler Tile Systeem en meer specifiek als het e-VDH-R System c.q. de e.VDH-R Platte, meer in het bijzonder door [gedaagde4] c.s. ieder gebruik en/of de exploitatie van de ‘VDH-platten’ te verbieden;
Gedaagden hoofdelijk te gebieden met onmiddellijke ingang na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis ieder onrechtmatig handelen ten opzichte van eiseressen bestaande uit het voeren van onrechtmatige concurrentie door het (doen laten) produceren en in de markt aanbieden van de ‘VDH-platten’ te staken en gestaakt te houden.
Gedaagden hoofdelijk te gebieden met onmiddellijke ingang na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis ieder onrechtmatig handelen ten opzichte van eiseressen bestaande uit het doen van uitlatingen waaruit derden zouden kunnen doen vermoeden dat er een commerciële, dan wel zakelijke band bestaat tussen eiseressen,gedaagden of E-R-S en eiseressen, te staken en gestaakt te houden;
Gedaagden te bevelen om aan de onder 1., onder 2., onder 3., onder 4 dan wel onder 5 gevorderde geboden te voldoen op straffe van verbeurte van een dwangsom voor iedere overtreding dan wel niet-nakoming van het bevel van
Gedaagden in deze procedure, hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot betaling van de volledige proces- en nakosten van het geding aan eiseressen te voldoen, zoals gespecificeerd in de (…) kostenstaat, conform 1019h Rv, (…)”
4.De beoordeling
niet loutereen technisch effect dienen. Er moet sprake zijn van reële alternatieven die geen afbreuk doen aan de technische functie en die niet zinloos of futiel zijn (vgl. Hof ‘s-Gravenhage, 29 maart 2016, ECLI:NL:GDHA:216:928). [gedaagde4] c.s. heeft ter zitting gemotiveerd uiteengezet dat de door [E.] voorgestelde alternatieven er toe leiden dat de tegel op punten dikker is dan nodig, dan wel dat de tegel aan stevigheid inboet. Waar partijen het er over eens zijn dat de meest efficiënte tegel dik genoeg is om de achterliggende pijpen te beschermen en dun genoeg om hitte door te laten, moet het kiezen voor een vorm die de vorm van de sleuf volgt, worden gezien als een keuze voor een zo optimaal mogelijk technisch effect (in de woorden van Mokesys c.s. “een optimaal compromis (…) tussen enerzijds een goed rendement en anderzijds een lange levensduur van de ketel”). Zou een andere vorm zijn gekozen, dan zou dat betekenen dat de tegel ofwel minder zou beschermen, ofwel minder warmte zou doorlaten, en daarmee minder efficiënt zou zijn. Daarmee is voorshands aannemelijk dat de door [E.] genoemde alternatieven geen reële alternatieven zijn.
er geen sprake meer is van onveranderde going concern voortzetting van de activiteiten” bieden, anders dan Mokesys c.s. ter zitting heeft betoogd, onvoldoende grond om te concluderen dat de bij de beëindigingsovereenkomst betrokken partijen een non-concurrentiebeding hebben afgesproken. Voorshands valt niet in te zien waarom in dat geval niet uitdrukkelijk een concurrentiebeding zou zijn opgenomen in de (door een advocaat opgestelde) beëindigingsovereenkomst. Aldus is voorshands onvoldoende aannemelijk dat partijen de bedoeling hebben gehad een non-concurrentiebeding af te sluiten. Voor bewijslevering op dit punt is in het bestek van het kort geding geen plaats.
Die Bestellung wurde für uns (…) von der Mokesa Benelux BV getätigt. Dabei sind wir davon ausgegangen, dass es sich um eine Schwestergesellschaft der Mokesa AG handelte. Es gab keine schriftliche Information über eine Trennung der gemeinsamen Aktivitäten. Es wurden auch nicht identische Platten verfertigt, sondern ähnlichen Platten auf Basis einer eigenen Zeichnung und Form der Mokesa Benelux BV. Unseres Wissens nach sind alle Rechte und Pflichten der Mokesa Benelux BV auf die [gedaagde4] Refractories übergegangen, da es sich um eine Fortsetzung der Aktivitäten unter neuen Namen handeln soll. Da es Rechtsstreitigkeiten zwischen beiden Häusern geben soll und es sich damit um ein schwebendes Verfahren handelt, wurde uns von unseren Anwälten geraten, keinerlei Unterlagen beiden Häusern zur Verfügung zu stellen.”