ECLI:NL:RBNHO:2016:1474
Rechtbank Noord-Holland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de onderhoudsverplichting na echtscheiding en wijziging van de partnerbijdrage
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 24 februari 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vrouw en een man over de wijziging van de partnerbijdrage na hun echtscheiding. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. M. van Espen, verzocht om verhoging van de partnerbijdrage, terwijl de man, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.H.F. Overkleeft, verzocht om de vrouw niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek of dit verzoek af te wijzen. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen op 27 oktober 2009 zijn gescheiden en dat de man sinds de echtscheiding een partnerbijdrage heeft betaald. De vrouw heeft aangevoerd dat haar financiële situatie is verslechterd door het verlies van haar baan en dat zij daarom behoefte heeft aan een hogere bijdrage. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de onderhoudsverplichting van de man niet in tijdsduur beperkt hoeft te worden, gezien de lange huwelijksduur van bijna 28 jaar en de traditionele rolverdeling tijdens het huwelijk. De rechtbank heeft ook overwogen dat de aanvullende behoefte van de vrouw aan een partnerbijdrage nog steeds aanwezig is, maar dat deze niet volledig kan worden bepaald door de welstand van partijen tijdens het huwelijk. Uiteindelijk heeft de rechtbank de verzoeken van beide partijen afgewezen, waarbij de eerder vastgestelde partnerbijdrage in stand is gelaten. De beslissing is genomen met het oog op een evenwichtige situatie die recht doet aan de belangen van beide partijen.