Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
LIANDER N.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding 25 maart 2015 met 4 producties;
- de conclusie van antwoord;
- het tussenvonnis van 1 juli 2015;
- het proces-verbaal van comparitie van 19 november 2015 met de daarin genoemde producties.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- op 29 januari 2007 (door Liander opgenomen): Telwerk I 41.034 en Telwerk II 44.693 (85.727);
- op 1 februari 2008 (door [Achternaam gedaagde] opgegeven): Telwerk I 43.577 en Telwerk II 47.134 (90.711);
- op 19 februari 2011 (door [Achternaam gedaagde] opgegeven): Telwerk I 49.966 en Telwerk II 53.378 (103.344); en
- op 2 september 2013 (door Liander opgenomen): Telwerk I 92.641 en Telwerk II 90.190 (182.831).
5.De beslissing
20 januari 2016voor uitlating door [Achternaam gedaagde] of hij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden februari tot en met juni 2016 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,