Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Bewijs
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de straf
7.Toepasselijke wettelijke voorschriften
8.Beslissing
TWAALF (12) MAANDEN;
Rechtbank Noord-Holland
Op 14 oktober 2015 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplegen van mensensmokkel. De zaak vond plaats in Haarlemmermeer en betreft een periode van 1 juni 2015 tot en met 22 juni 2015. De verdachte, een Griekse man, werd beschuldigd van het helpen van drie Albanese personen bij hun reis van Albanië naar Italië en vervolgens naar Nederland en Ierland. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte betrokken was bij het boeken van vliegtickets, het regelen van hotels en het verstrekken van valse identiteitsdocumenten aan de slachtoffers. Tijdens de rechtszitting op 30 september 2015 heeft de officier van justitie, mr. M.C. Hollander, de vordering tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit ingediend. De rechtbank heeft de tenlastelegging als geldig en ontvankelijk beoordeeld. De verdachte heeft de drie Albanese personen geholpen bij hun reis, terwijl hij wist dat hun toegang tot Nederland wederrechtelijk was. De rechtbank heeft op basis van de verzamelde bewijsstukken, waaronder getuigenverklaringen en proces-verbaal van de politie, geconcludeerd dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan mensensmokkel. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, met aftrek van de tijd die hij reeds in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. De rechtbank heeft de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is gepleegd in overweging genomen, evenals de rol van de verdachte in het geheel. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte niet enkel uit humanitaire overwegingen heeft gehandeld, maar ook uit winstbejag, wat heeft bijgedragen aan de hoogte van de opgelegde straf.