ECLI:NL:RBNHO:2015:3461
Rechtbank Noord-Holland
- Beschikking
- J.M. Sassenburg
- L.J. Saarloos
- M. Malsch
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van hoger beroep tegen bevel tot observatie in strafzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 2 april 2015 uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een bevel tot observatie van de verdachte, afgegeven door de rechter-commissaris. De verdachte, die wordt verdacht van (medeplegen van) moord/doodslag en overtreding van de Opiumwet, had hoger beroep ingesteld tegen het bevel van de rechter-commissaris van 12 maart 2015, waarin werd bevolen dat hij zou worden overgebracht naar het Pieter Baan Centrum (PBC) voor psychiatrische observatie. De rechtbank heeft de zaak behandeld in een besloten raadkamer, waar de verdachte, zijn raadsman en de officier van justitie aanwezig waren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het advies van de psychiater, dat de observatie aanbeveelt, onvoldoende onderbouwd is. Er zijn geen duidelijke aanwijzingen voor psychische problematiek bij de verdachte, en het enkele feit dat hij wordt verdacht van een ernstig strafbaar feit rechtvaardigt niet automatisch een bevel tot observatie. De verdediging heeft betoogd dat de vordering tot observatie een zware inbreuk maakt op het recht op privacy van de verdachte, zoals vastgelegd in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Na zorgvuldige overweging heeft de rechtbank geoordeeld dat de beslissing van de rechter-commissaris niet voldoende was onderbouwd en heeft het beroep van de verdachte gegrond verklaard. De rechtbank heeft de beschikking van de rechter-commissaris vernietigd, waarmee het bevel tot observatie is opgeheven. Deze uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van de noodzaak tot observatie in het kader van de rechten van de verdachte.