In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 14 december 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar. De zaak betreft de toepassing van spoedeisende bestuursdwang door de gemeente na een brand in het pand van eiser, waarbij asbest is vrijgekomen. De rechtbank oordeelt dat de gemeente in redelijkheid het eerste besluit tot bestuursdwang heeft genomen, maar niet het tweede besluit. De rechtbank stelt vast dat de gemeente op 24 januari 2014 spoedeisende bestuursdwang heeft toegepast door opdracht te geven tot sanering van asbest in het openbaar gebied rond het pand van eiser. Dit besluit werd gerechtvaardigd door de acute dreiging voor de volksgezondheid. Echter, het tweede besluit van 29 januari 2014 om de bestuursdwang verder uit te breiden, ontbeert een specifieke motivering en is niet spoedeisend genoeg om de toepassing van bestuursdwang te rechtvaardigen. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit voor zover het betrekking heeft op het tweede besluit en bepaalt dat de kosten van de bestuursdwang die voortvloeien uit dit besluit niet op eiser kunnen worden verhaald. De rechtbank verklaart het beroep van eiser gegrond en draagt de gemeente op om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiser, met inachtneming van deze uitspraak.