ECLI:NL:RBNHO:2014:3776
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - meervoudig
- G.D. de Jong
- M. Daalmeijer
- E.J. Bellaart
- Rechtspraak.nl
Diefstal en poging tot diefstal van grafletters op begraafplaats Westerveld te Driehuis NH
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 24 april 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van diefstal en poging tot diefstal van grafletters en andere voorwerpen op de begraafplaats Westerveld in Driehuis NH. De tenlastelegging omvatte twee feiten: de diefstal van bronzen en koperen letters van graven en een koperen pot, en de poging tot diefstal van sierkettingen van graven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. Tijdens de zitting op 10 april 2014 zijn getuigen gehoord, waaronder een getuige die de verdachte op de begraafplaats had gezien terwijl hij aan de graven rommelde. De verdachte werd later aangehouden met gereedschap, waaronder een schroevendraaier, dat modderig was, wat duidde op zijn aanwezigheid op de plaats delict.
De rechtbank heeft de verklaringen van de getuigen als betrouwbaar beoordeeld en kwam tot de conclusie dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten. De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging dat de verdachte enkel op zoek was naar een graf van een bekende. De rechtbank achtte de diefstal en poging tot diefstal wettig en overtuigend bewezen. De verdachte werd veroordeeld tot een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van twee jaar, mede gezien zijn eerdere strafbare feiten en de ernst van de huidige feiten. Daarnaast werden vorderingen van benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot schadevergoeding aan de slachtoffers.