ECLI:NL:RBMNE:2025:3464
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om schadevergoeding Wajong-uitkering en terugvordering toeslagen
In deze zaak verzoekt verzoeker om schadevergoeding van het Uwv naar aanleiding van een nabetaling van zijn Wajong-uitkering. Het Uwv had eerder, op 28 februari 2020, de uitkering geweigerd, maar heeft deze op 12 juli 2023 alsnog toegekend met terugwerkende kracht tot 4 februari 2020. Deze nabetaling leidde tot extra inkomsten voor verzoeker in 2023, wat resulteerde in een terugvordering van de Belastingdienst Toeslagen van € 6.737,- aan zorg- en huurtoeslag. Verzoeker vraagt het Uwv om dit bedrag te vergoeden, maar het Uwv heeft slechts € 3.156,- aan schadevergoeding toegekend. Verzoeker heeft de rechtbank verzocht om het Uwv te veroordelen tot betaling van het volledige bedrag van € 6.737,-. De rechtbank heeft de zaak op 14 april 2024 behandeld, waarbij verzoeker in persoon aanwezig was met zijn gemachtigde. De rechtbank oordeelt dat het Uwv de schade correct heeft berekend en dat verzoeker onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn schadeclaim. De rechtbank wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat het Uwv al een schadevergoeding heeft betaald die in overeenstemming is met de wetgeving. Verzoeker krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.