ECLI:NL:RBMNE:2025:3319
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor bed en inductieplaat
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 26 juni 2025, wordt de afwijzing van een aanvraag voor bijzondere bijstand voor de kosten van een bed en inductiekookplaat behandeld. Eiser, die sinds 7 mei 2021 algemene bijstand ontvangt, heeft op 3 december 2023 een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand op grond van de Participatiewet (Pw). Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordoostpolder heeft deze aanvraag op 22 januari 2024 afgewezen, en na bezwaar is deze afwijzing op 25 juli 2024 bevestigd. Eiser is het niet eens met deze afwijzing en heeft beroep ingesteld.
De rechtbank oordeelt dat de afwijzing van de aanvraag terecht is. De kosten voor een bed worden beschouwd als incidentele algemene noodzakelijke bestaanskosten die uit de bijstandsnorm moeten worden betaald. Eiser heeft niet aangetoond dat er sprake is van bijzondere omstandigheden die een uitzondering rechtvaardigen. De rechtbank stelt vast dat de kosten voor het bed noodzakelijk zijn, maar dat deze niet voortvloeien uit bijzondere omstandigheden. Eiser heeft geen medische noodzaak kunnen aantonen voor de kosten van een goed bed, ondanks zijn rugklachten. De rechtbank concludeert dat het college de aanvraag terecht heeft afgewezen en verklaart het beroep ongegrond. Eiser krijgt geen gelijk en ontvangt geen vergoeding voor proceskosten.