4.3Het oordeel van de rechtbank
1. Uit een
proces-verbaal van verhoor getuige[slachtoffer 1] volgt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
N:
12-03-2022: [slachtoffer 1] heeft verkeerde handdoek gebruikt volgens [verdachte] . [verdachte] klapt hem met zijn hoofd tegen de kledingkast en drukt hem op de grond, [slachtoffer 1] is bang en geeft aan dat zijn vader hem niet hoeft te vermoorden voor zoiets kleins (geluidsopname).
V: Kan jij vertellen wat daar toen is gebeurd?
A: Ik weet het niet helemaal meer. Ik weet wel dat hij mij tegen de kledingkast aan drukte.
V: Hoe drukte hij jou tegen de kledingkast?
A: Bij mijn schouders zo.
V: Uit de informatie die ik heb ontvangen zou jij ook tegen de grond aangedrukt zijn. Wat kun jij hierover vertellen?
A: Dat zou best kunnen kloppen maar dat is ook heel vaak gebeurd.
V: En wat gebeurd er dan als hij jou tegen de grond aan drukt?
A: Gewoon zo tegen de grond aan. Dan drukt hij tegen mijn schouders aan of hij gaat er tegen liggen. Niet echt op liggen, het is meer drukken met zijn handen.
N:
07-03-2023: [slachtoffer 1] kreeg drie klappen tegen zijn hoofd van [verdachte] omdat [verdachte] dacht dat hij zijn zus aan het treiteren was (app).
V: Wat kan jij hier over vertellen?
A: Dat kan wel kloppen
N:
04-04-2023: [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] blazen in elkaars gezicht waardoor onenigheid ontstaat en [slachtoffer 1] een klap kreeg van [verdachte] (app).
V: Waarom kreeg jij een klap van jouw vader
A: Ja hij gaf mij altijd de schuld. Als [slachtoffer 2] wat doet dan ga ik er op in en geef ik haar een klap. Precies dat ziet hij dan en dan zegt hij dat ik mijn handen moet thuis houden. Dan ga ik hier tegen in, dan word hij boos en slaat hij mij weer.
13-06-2023: [slachtoffer 1] gooit een slak van zijn tuinstoel weg in de tuin, [verdachte] gaat hiervan door het lint, gaat achter [slachtoffer 1] aan naar binnen en grijpt hem bij zijn keel en klapt zijn hoofd tegen de muur in het toilet (foto + app).
A: Klopt. Mijn vader kwam even thuis met zijn groep collega's. Ik gooide toen in de tuin een slak van de tuinstoel af op de grond. Ik moest het meteen opruimen van mijn vader om het slakkenhuis een beetje stuk was. Ik zei toen boeien, het is toch maar in de tuin. Toen ging hij door het lint.
V: Maar wanneer greep hij toen naar jouw keel?
A: Daar was toen bij de wc daar. Daar had ik die rode plek in mijn nek van.
V: Hoe greep hij jou bij jouw keel?
A: Gewoon zo. En toen ging hij extra hard knijpen.
N: [slachtoffer 1] toont hoe dat is gegaan. [slachtoffer 1] gaat met zijn hand naar zijn keel en omsluit met zijn hand het strottenhoofd en zijn hals volledig.
V: Wat gebeurde er toen jouw vader extra hard kneep?
A: Toen ging ik hem proberen weg te duwen.
V: En je zou met je hoofd ergens tegen aan zijn geklapt. Wat kun je hierover vertellen?
A: Dat was tegen de wc deur volgens mij.
V: Hoe ging dat?
A: Nou gewoon omdat hij mij aan mijn arm sleurde. Ik krabde hem om mijzelf te verdedigen maar dat lukte niet helemaal en toen kwam ik zo tegen de wc deur aan.
10-08-2023: [slachtoffer 1] had spul verkeerd in de prullenbak gegooid. [verdachte] werd woest en heeft [slachtoffer 1] gestompt, [slachtoffer 1] op de grond gegooid en geschopt (app).
V: Wat kun je hierover vertellen?
A: Ik zat thuis op de bank toen mijn vader thuis kwam. Hij vond dat ik iets niet goed in de prullenbak had gedaan en zei toen dat ik het goed moest doen. Ik reageerde toen dat hij dat ook zelf kon doen. Toen liep hij naar mij toe en pakte mij beet aan mijn arm en sleurde hij mij op de grond en toen gaf hij een trap tegen mijn rug aan.
31-08-2023: Om 01.35 's nachts een app van [slachtoffer 2] . [verdachte] viel [slachtoffer 1] aan, ging bovenop hem zitten en gaf een klap tegen zijn hoofd/oog, beetje blauwe gloed bij oog. Leek wel een doodslag was de omschrijving van [slachtoffer 2] (app en foto).
V: Wat kan jij hier over vertellen?
A: Ja dat was op de camping.
V: Wat is daar toen gebeurd?
A: Toen opeens kwam hij naar mij toe en ging hij op mij zitten en sloeg hij mij een paar keer met zijn vuisten. Hij raakte mij twee keer, een keer op mijn voorhoofd en een keer naast mijn oog. Ik kreeg daardoor ook een bult op mijn hoofd.
2. Uit een
proces-verbaal van verhoor getuige[slachtoffer 2] volgt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
V:
12-03-2022: [slachtoffer 1] heeft verkeerde handdoek gebruikt volgens [verdachte] . [verdachte] klapt hem met zijn hoofd tegen de kledingkast en drukt hem op de grond, [slachtoffer 1] is bang en geeft aan dat zijn vader hem niet hoeft te vermoorden voor zoiets kleins (geluidsopname).
A: Ik weet nog dat [slachtoffer 1] een verkeerde handdoek gebruikte en dat mijn vader daar erg boos over was. Ik hoorde een klap. Waarschijnlijk dan tegen de kast. Daarna zag ik dat mijn vader [slachtoffer 1] zijn hoofd tegen de grond duwde.
V:
04-04-2023: [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] blazen in elkaars gezicht waardoor onenigheid ontstaat en [slachtoffer 1] een klap kreeg van [verdachte] (app).
A: Ik weet niet meer waar dat was maar we bliezen in elkaars gezicht en ik wilde dat dit ophield en mijn vader werd toen boos.
31-08-2023: Om 01.35 's nachts een app van [slachtoffer 2] . [verdachte] viel [slachtoffer 1] aan, ging bovenop hem zitten en gaf een klap tegen zijn hoofd/oog, beetje blauwe gloed bij oog. Leek wel een doodslag was de omschrijving van [slachtoffer 2] (app en foto).
A:Dat was in Voorthuizen.
3. Uit de
verklaring van verdachte ter terechtzittingvolgt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
Ik stond thuis onder de douche (
de rechtbank begrijpt: in Kortenhoef). [slachtoffer 1] had weer mijn handdoek gebruikt. Ik ben achter hem aan gegaan en heb hem toen hij op de hoogslaper probeerde te klimmen in zijn nekvel gepakt, naar beneden getrokken en tegen de grond gegooid en daar vast gehouden.
[slachtoffer 1] gooide de slak naar [slachtoffer 2] toe. Ik heb hem in de gang gegrepen bij zijn arm.
Hij rende door de achterdeur. Het kan best dat hij tegen wc deur is gekomen omdat ik hem vast heb gepakt.
4. Uit een
bericht dat bij een proces-verbaal van aangifteis gevoegd volgt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
Bericht 8 : Onderstaand bericht is op
7 maart 2023te 00:00 uur door [slachtoffer 1] verstuurd naar zijn moeder [slachtoffer 3] .
waardoor die homo dacht dat ik aan het treiteren was en nu kreeg ik weer 3 klappen tegen me hoofd had het eigenlijk moeten filmen
Bericht 9 : Onderstaand bericht is op
4 april 2023te 20:41 uur door [slachtoffer 1] verstuurd naar zijn moeder [slachtoffer 3] .
blaast [slachtoffer 2] in mijn gezicht doe ik het terug en dan krijg ik weer een klap van die tyfushomo
Bericht 11 : Onderstaand bericht is verstuurd vanaf aangeefster [slachtoffer 3] haar telefoon naar een onbekend gebleven ontvanger.
[slachtoffer 1] haalde buiten een slak van de stoel en gooide hem in de tuin. [verdachte] vond dat hij hem in de kliko had moeten gooien. Door de reactie van [verdachte] zei [slachtoffer 1] ‘ waarschijnlijk iets wat hij niet wilde horen. Daarop greep hij [slachtoffer 1] bij zijn keel en klapte hem met zijn hoofd tegen de muur. Vingers staan in zijn nek
Bericht 4 : Onderstaand bericht is op
31 augustuste 01:35 uur door [slachtoffer 2] verstuurd naar haar moeder [slachtoffer 3] .
Sorry dat ik je nu nog app, papa viel [slachtoffer 1] net aan op een hele heftige manier. En ik schrok daar heel erg van. [slachtoffer 1] had een grote mond en luisterde niet. En toen ging papa naar [slachtoffer 1] toe en vol boven op hem. Het leek wel een dood slag. En ik zei papa doe nou rustig en ik probeerde zelfs hem van [slachtoffer 1] af te trekken. Uit eindelijk gestopt.
Feit 2
Het feit is door verdachte begaan. Verdachte heeft het onder 2 ten laste gelegde feit bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 28 mei 2025;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige van 5 oktober 2023, documentnummer MD1R023060-14, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland, houdende een verklaring van [slachtoffer 2] , doorgenummerde pagina 036 e.v.
Feit 3
5. Uit de bijlage bij het
proces-verbaal van aangiftevolgt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
7 augustus 2021
Ik liep weg en kreeg een trap tegen mijn bovenbeen waardoor ik op de grond zakte en er nageroepen werd dat ik me niet aan moest stellen. Vanwege angst niet naar ziekenhuis geweest en geen politie gebeld. Vanwege enorme bloeduitstorting en aanhoudende pijn toch op 10 augustus naar de huisarts gegaan. Op 21 september geen verkleuring meer, wel gevoelig en zwelling waargenomen door huisarts. Soms met druk van buitenaf nog steeds gevoelig.
6. Uit een
proces-verbaal van verhoor verdachtevolgt onder meer het volgende, zakelijk weergegeven:
V: Heb jij [slachtoffer 3] en het verleden weleens geslagen en/of geschopt?
Ik heb haar 1 keer in Voorthuizen, toen sloeg zij mijn telefoon uit mijn klauwen en uit reactie heb ik haar. toen een schop tegen haar been gegeven.
feit 1
Op grond van artikel 342, tweede lid, Sv kan het bewijs dat verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan, niet uitsluitend worden aangenomen op grond van de verklaring van één getuige (de zogenoemde ‘unus testis nullus testis’- regel). Deze bepaling heeft, naar vaste rechtspraak, betrekking op de tenlastelegging als geheel en niet op een onderdeel daarvan. Zij beoogt de deugdelijkheid van de bewijsbeslissing te waarborgen, in die zin dat artikel 342, tweede lid, Sv de rechter verbiedt tot een bewezenverklaring te komen als de door één getuige naar voren gebrachte feiten en omstandigheden op zichzelf staan en onvoldoende steun vinden in ander bewijsmateriaal. Met andere woorden, om tot een bewezenverklaring te kunnen komen moet naast de verklaring van een getuige steunbewijs aanwezig zijn.
Een bijzondere vorm van steunbewijs vormt het zogeheten schakelbewijs. Uit de rechtspraak van de Hoge Raad volgt dat onder omstandigheden het gebruik van aan andere, soortgelijke feiten ten grondslag liggende bewijsmiddelen als steunbewijs is toegelaten. Daarbij moet het gaan om bewijsmateriaal voor die andere feiten dat op essentiële punten belangrijke overeenkomsten of kenmerkende gelijkenissen vertoont met het bewijsmateriaal van het te bewijzen feit en dat duidt op een herkenbaar en gelijksoortig patroon in de handelingen van verdachte.
Ten aanzien van de tenlastegelegde mishandelingen die hebben plaatsgevonden op
12 maart 2022, 4 april 2023, 13 juni 2023 en 31 augustus 2023 stelt de rechtbank vast dat [slachtoffer 1] hierover verklaringen heeft afgelegd en dat zijn verklaringen steun vinden in de verklaringen van zijn zus [slachtoffer 2] en in de app-berichten die [slachtoffer 1] aan zijn moeder heeft gestuurd vlak na het moment dat de mishandelingen hebben plaatsgevonden. Voor deze mishandelingen is dan ook zonder meer voldoende wettig en overtuigend bewijs.
De rechtbank is van oordeel dat dat ook geldt voor de overige mishandelingen. Elke keer dat verdachte zijn zoon mishandelt is een zelfde patroon waar te nemen. [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] maken ruzie of [slachtoffer 1] misdraagt zich in de ogen van verdachte. Het lukt verdachte vervolgens niet om hier op een rustige manier over in gesprek te gaan met zijn kinderen. Verdachte voelt onmacht (hetgeen hij zelf ook ter zitting heeft aangegeven) waarbij de emotie bij hem zo hoogt oploopt dat hij zich enkel nog agressief kan uiten richting [slachtoffer 1] . De rechtbank is van oordeel dat de tenlastegelegde mishandelingen op 7 maart 2023 en 10 augustus 2023 passen in dit patroon. Op beide data vertoont [slachtoffer 1] in de ogen van verdachte vervelend gedrag. Als verdachte [slachtoffer 1] hierop aanspreekt krijgt hij niet de reactie die hij wil, waarop verdachte wederom uit onmacht fysiek agressief reageert richting [slachtoffer 1] .
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte zijn zoon [slachtoffer 1] op alle data die zijn opgenomen in de tenlastelegging heeft mishandeld.
feit 3
De verdediging heeft aangevoerd dat verdachte partieel dient te worden vrijgesproken van de strafverzwarende omstandigheid dat hij zijn toenmalige echtgenote heeft mishandeld.
Uit het dossier volgt dat [slachtoffer 3] eind 2020 de echtscheiding in gang zou hebben gezet.
Maar uit het dossier volgt niet dat verdachte en [slachtoffer 3] op 5 augustus 2021 al officieel waren gescheiden. Verdachte heeft hier ook geen bewijs van aangeleverd. De rechtbank stelt dan ook vast dat op 5 augustus 2021 nog altijd sprake was van een huwelijk. De rechtbank acht gelet op het voorgaande wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zijn echtgenote heeft mishandeld.