Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
2.De kern van de zaak
3.De achtergrond van het geschil
Beste [B (voornaam)] ,
4.De beoordeling
- dat het Verstekvonnis wordt vernietigd, althans dat [opposante] van de tegen haar uitgesproken veroordelingen wordt ontheven door de vorderingen van [geopposeerde sub 1] c.s. alsnog af te wijzen;
- [geopposeerde sub 1] c.s. te veroordelen tot terugbetaling van wat zij uit hoofde van het Verstekvonnis van [opposante] heeft ontvangen, te weten € 99.263,92; en
- met veroordeling van [geopposeerde sub 1] c.s. in de proceskosten.
- [geopposeerde sub 1] c.s. op 9 oktober 2024 een e-mail naar [opposante] hebben gestuurd waarin onder vermelding van het zaaknummer stond vermeld dat [opposante] door de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht is veroordeeld tot betaling van € 98.608,82 en dat de Auto als gevolg van de ontbinding van de koop na betaling van dit bedrag kon worden opgehaald, en
- de advocaat van [geopposeerde sub 1] c.s. en [C] elkaar vervolgens op 14 oktober 2024 telefonisch hebben gesproken waarbij de advocaat van [geopposeerde sub 1] c.s. heeft aangegeven dat [opposante] tegen het Verstekvonnis in verzet kon gaan (en in welk gesprek de inhoud van het Verstekvonnis – afgezien van de hierboven genoemde punten – verder niet aan de orde is gekomen),
geensprake was van een daad van bekendheid door [opposante] . Daaruit volgt namelijk het tegendeel:
- op 15 oktober 2024 heeft [C] vergeefs geprobeerd om het Verstekvonnis onder vermelding van het zaaknummer en partijnamen op te vragen waarna hij op dezelfde dag nog een e-mail naar de advocaat van [geopposeerde sub 1] c.s. heeft gestuurd met de vraag of zij een kenmerk van de zaak heeft, en
- op 17 oktober 2024 heeft een jurist namens [opposante] per e-mail bij de advocaat van [geopposeerde sub 1] c.s. aangegeven dat [opposante] niet bekend is met het Verstekvonnis en is [geopposeerde sub 1] c.s. gevraagd het Verstekvonnis op te sturen, zodat dit met [opposante] kon worden besproken.
Op al onze transacties zijn de Algemene Voorwaarden Bovag-Afdeling NDA van toepassing.Koper verklaart deze algemene voorwaarden te hebben ontvangen en de inhoud daarvan voorafgaand aan de ondertekening kennis te hebben genomen(onderstreping, rechtbank).’ Hoewel [A] (die een niet door hem ondertekende versie van de Koopovereenkomst als productie 25 had overgelegd) tijdens de mondelinge behandeling heeft gezegd dat hij de Algemene Voorwaarden niet heeft gelezen, heeft hij wél bevestigd dat hij de hierboven genoemde handtekening en paraaf heeft gezet en dat het goed kan zijn dat hij ook papieren van [opposante] heeft meegekregen Hieruit blijkt volgens de rechtbank, in het licht van de stellingen van [opposante] hierover, voldoende dat [geopposeerde sub 1] de Algemene Voorwaarden heeft ontvangen en hiervan in redelijkheid kennis heeft kunnen nemen.
Artikel 14 - Aansprakelijkheid
- de hoedanigheid van de eisende partijen in deze procedure. Het gaat om twee verschillende entiteiten die beide als eisende partijen optreden. Eiseres [geopposeerde sub 1] heeft de Auto van [opposante] gekocht en nadien is de Auto op naam van de andere eiseres, [geopposeerde sub 2] , gezet. [geopposeerde sub 2] heeft de Naheffingsaanslagen BPM en MRB opgelegd gekregen en heeft betaald, maar is niet de partij die de Koopovereenkomst met [opposante] heeft gesloten. Van een rechtsgeldige cessie (artikel 3:94 BW) van de (vermeende) vorderingen van [geopposeerde sub 1] op [opposante] aan [geopposeerde sub 2] is niet gebleken. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de rechtbank geen duidelijk antwoord gekregen op vragen naar de juridische basis voor de vorderingen van [geopposeerde sub 2] en wat de invloed daarvan is op deze procedure;
- het antwoord op de vraag of – zoals namens [opposante] is aangevoerd – [geopposeerde sub 1] voorafgaand aan de koop is gewezen op het risico dat de Belastingdienst een naheffingsaanslag zou kunnen opleggen omdat de naar B/E opleggertrekker omgebouwde Auto mogelijk (toch) niet in aanmerking kwam voor een grijs kenteken. Op basis van het dossier, meer in het bijzonder de daarin opgenomen verklaring van [D] dat [A] wist dat de Auto niet op een grijs kenteken kon worden gereden en dat [A] ook met het ombouwen een risico nam, is het maar de vraag of – al dan niet na het geven van een bewijsopdracht – tot de conclusie kan worden gekomen dat de Auto niet voldeed aan de Koopovereenkomst;
- de overige verweren van [opposante] , inhoudende dat de ontbinding van de koopovereenkomst niet gerechtvaardigd is en dat niet voldaan is aan de schadebeperkingsplicht.
- salaris advocaat € 2.428,00 (2 punten x tarief € 1.214,00)
- griffierecht € 2.889,00
- nakosten