Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De kern van de zaak
2.De procedure
3.De beoordeling
renovatiewerkzaamhedengenoodzaakt is te verhuizen, de verhuurder verplicht is bij te dragen in de kosten die de huurder moet maken. [3] Deze bijdrage heeft een forfaitair karakter. [4] Dat betekent dat de huurder altijd recht heeft op die bijdrage (verder: de verhuiskosten-vergoeding), ook als hij geen of minder kosten maakt. De wet kent alleen een forfaitaire verhuiskostenvergoeding als een huurder moet verhuizen vanwege
renovatiewerkzaamhedenen niet wanneer een huurder moet verhuizen vanwege (dringende)
onderhoudswerkzaamhedenin de woning.
de verhuurder verbouwingswerkzaamheden in het gehuurde/ tuin zal gaan verrichten.” Bovendien heeft [gedaagde] verschillende e-mails overgelegd waaruit volgt dat hij [eiser] wel degelijk heeft geïnformeerd over de planning van die verbouwing in 2023.
.De proceskosten van [eiser] worden begroot op:
4.De beslissing
- 100% van de huurprijs over de periode 4 oktober 2021 tot 20 november 2021,
- 80% van de huurprijs over de periode 27 maart 2023 tot 1 september 2024,
- een bedrag van € 500,00 aan contracts- en screeningskosten,
- een bedrag van € 699,00 aan kosten deskundige,
- de waarborgsom van € 3.000,00 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 november 2024,
- een bedrag van € 200,00 aan restwaarde van de bank en stoel, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 6 januari 2025 tot aan de dag der algehele voldoening,