Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
bijlage Iaan dit vonnis gehecht.
3.VOORVRAGEN
en/of één of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en)’, nu dit onvoldoende concreet is. Gelet op de vele in het dossier voorkomende personen kan de verdediging ten aanzien van de betreffende zinsnede geen adequate verdediging voeren.
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
bijlage II), en dienen op deze plaats als ingelast te worden beschouwd.
[VOF]’ aan de [adres] in Utrecht over te nemen. Verdachte is enig aandeelhouder en bestuurder van [bedrijf 2] B.V. [VOF] wordt op 3 oktober 2017 door verdachte gekocht met behulp van een kredietverschaffing van [bedrijf 3] B.V. Op 18 januari 2018 wordt de supermarkt weer verkocht.
‘sole or decisive’en niet
‘determinative for the outcome of the case’. Hetgeen door de rechtbank bewezen is verklaard, vindt meer dan voldoende steun in ander bewijsmateriaal. Getuige [getuige 2] is slechts één van de zes (tenlastegelegde) patiënten die verklaren dat zij op huisartsconsult zijn geweest bij verdachte. De verklaring van getuige [getuige 2] vindt daarnaast steun in andere bewijsmiddelen. Zo wordt zijn verklaring dat hij op 3 mei 2018 bij [naam 4] een consult heeft gehad bevestigt door informatie uit het Huisarts Informatie Systeem (HIS-systeem) van [naam 4] . Dat [getuige 2] door verdachte (zich voordoende als huisarts) is ontvangen, vindt ook indirect steun in de vastlegging van het consult in het HIS-systeem. Daarin staat immers dat huisarts [huisarts 1] het consult heeft gedaan terwijl [huisarts 1] toen al langere tijd niet meer werkzaam was voor [naam 4] , zo bevestigde verdachte zelf ook op zitting. Het registeren van onjuiste namen van huisartsen in het HIS-systeem is ook gebeurd bij meerdere tenlastegelegde consults met andere patiënten. De bewezenverklaring rust, gelet op voorgaande, in belangrijke mate op de inhoud van de overige bewijsmiddelen. Gelet hierop zijn compenserende factoren voor het niet kunnen horen van getuige [getuige 2] niet noodzakelijk. Een en ander afwegende is de rechtbank van oordeel dat, ondanks het ontbreken van de mogelijkheid de getuige te horen, voldaan is aan de eisen van een eerlijk proces. De verklaring van getuige [getuige 2] kan daarom worden gebruikt voor het bewijs.
‘geschriften’) vanuit Thuiszorg [naam 1] zijn binnengekomen waarop de gegevens en een handtekening van [benadeelde 1] zijn genoteerd. Op basis van de bewijsmiddelen acht de rechtbank bewezen dat op een groot aantal geschriften valselijk de gegevens en handtekening/paraaf van [benadeelde 1] zijn ingevuld en deze geschriften vervolgens zijn ingediend bij zorgverzekeraars. Dat gaat om de geschriften die zien op de periode vanaf 1 april 2019. De vraag die voorligt, is welke rol verdachte hierin heeft gehad.
aanvraag bonus voor zorgprofessionals’ op de rekening van [naam 3] gestort. Dat gaat om de zogenoemde coronabonus voor zorgpersoneel. Diezelfde dag wordt € 5.000,- euro van de rekening van [naam 3] overgemaakt naar de persoonlijke rekening van verdachte onder de vermelding van ‘
aflossing lening’. Op 1 november 2020 wordt nog eens € 12.000,- van de rekening van [naam 3] overgemaakt naar de persoonlijke rekening van verdachte.
offerte 1) overgelegd aan Van Lanschot Bank voor het verkrijgen van een kredietfaciliteit van € 337.500, bestaande uit € 100.000 rekening courant, € 175.000 Bouwdepot 1 en € 62.500 Bouwdepot 2.
offerte 2).
offerte 1niet vals is. Door beide partijen zouden er namelijk twee offertes zijn opgesteld die beiden juist zijn. De verklaring van verdachte wordt weersproken door de bewijsmiddelen. Uit de e-mailberichten tussen verdachte en [benadeelde 2] blijkt bovendien dat het voor verdachte evident was dat de werkelijke offerteprijs € 79.000,- bedroeg, nu zij zelf schrijft dat ze een bedrag van € 79.000,- hebben afgesproken voor de werkzaamheden en het materiaal. De rechtbank acht onder verwijzing naar de bewijsmiddelen bewezen dat
offerte 1valselijk is opgemaakt doordat hierin een te hoog offertebedrag is opgenomen.
offerte 1door verdachte is ingediend bij Van Lanschot Bank in het kader van het verkrijgen van financiering. De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de lening bij Van Lanschot Bank hoe dan ook zou zijn verstrekt, ongeacht welke offerte zou zijn ingediend. Verdachte zou met het indienen van
offerte 1geen oogmerk op opzettelijke misleiding hebben gehad. De rechtbank overweegt daarover als volgt. Voor een bewezenverklaring van het bestanddeel ‘
oogmerk op gebruik van het geschrift als het ware echt en onvervalst’ is niet vereist dat er een causaal verband bestaat tussen het gebruik van de geschriften door verdachte en de verlening van de financiering door Van Lanschot Bank. De rechtbank stelt op basis van de bewijsmiddelen vast dat
offerte 1door verdachte doelbewust is ingediend bij Van Lanschot Bank in het kader van het verkrijgen van een lening, terwijl verdachte wist dat de offerte vals was. Het oogmerk op het gebruik van deze offerte als echt en onvervalst is daarmee gegeven.
koopovereenkomst 1).
koopovereenkomst 1ook een op 3 oktober 2017 getekende koopovereenkomst tussen [VOF] V.O.F. en [bedrijf 2] B.V. met een koopsom van € 30.000,- in beslag genomen (hierna:
koopovereenkomst 2).
koopovereenkomst 1een oude koopovereenkomst was, waarbij de inventaris van [VOF] zou worden overgenomen. Later is er discussie ontstaan tussen haar en [D] en [E] en is een bedrag van € 30.000,- afgesproken, omdat de inventaris toch niet zou worden overgenomen. Dat laatste bedrag is door verdachte betaald en zij heeft ook tijdig aan [bedrijf 3] B.V. doorgeven dat de koopsom is aangepast naar € 30.000,-.
apart een papier (afspraak)’ gaat maken. Volgens de data op de koopovereenkomsten zijn deze beide echter al een dag eerder, op 3 oktober 2017, opgemaakt en getekend. Niet valt in te zien dat
koopovereenkomst 1aldus is opgemaakt om ‘
die afspraak’, wat die dan ook precies inhield, vast te leggen.
koopovereenkomst 1vervalst is. De rechtbank acht ook bewezen dat verdachte
koopovereenkomst 1heeft opgemaakt, nu zij deze zelf heeft ondertekend. Verdachte heeft deze vervalste koopovereenkomst gebruikt door deze in het kader van een kredietverschaffing bij [bedrijf 3] B.V. in te dienen.
Mijn Rechtspraak Civiel’ of door deze rechtstreeks aan curator Smink te zenden. Het kan niet anders dan dat verdachte deze stukken daarmee opzettelijk, met het oogmerk om deze als echt en onvervalst te gebruiken, in de procedure heeft gebracht. De rechtbank acht bewezen dat verdachte opzettelijk gebruik heeft gemaakt van de vervalste bankafschriften en de valse factuur en kwitantie, door deze in de bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure in te brengen.
5.BEWEZENVERKLARING
terwijl zij zichzelf bij het verrichten van bovengenoemde (be)handelingen, redelijkerwijs niet (voldoende) bekwaam en bevoegd kon en mocht achten en verdachte (derhalve) wist of ernstige reden had om te vermoeden dat zij, verdachte, een aanmerkelijke kans op schade aan de gezondheid van een ander, te weten de door haar geziene en gesproken patiënten (voornoemde [getuige 3] en voornoemde [getuige 4] en voornoemde [getuige 2] en voornoemde [getuige 5] en voornoemde [getuige 6] en voornoemde [getuige 7] ) bij [naam 4] Huisartspraktijk heeft veroorzaakt, bestaande die aanmerkelijke kans op schade uit (onder meer):
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen zij verdachte, feitelijk leiding heeft gegeven;
zulks telkens met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken;
a) in een offerte (DOC-002) een eindbedrag van EURO 165.830,50 (inclusief BTW) en
a) die offerte (DOC-002) in het kader van een kredietaanvraag (op 31 maart 2016) heeft ingediend bij Van Lanschot Kempen N.V. en
a) in een factuur (DOC-009) d.d. 9 mei 2018 van [bedrijf 1] aan Gezondheids Centrum [naam 4] B.V. een bedrag van in totaal EURO 75.800,00 (inclusief BTW), met daarbij de omschrijving “Werkzaamheden en verbouwing 2e deel van het centrum In november en december 2017” en
a) in een factuur (DOC-009) d.d. 9 mei 2018 van [bedrijf 1] aan Gezondheids Centrum [naam 4] B.V. een bedrag van in totaal EURO 75.800,00 (inclusief BTW), met daarbij de omschrijving “Werkzaamheden en verbouwing 2e deel van het centrum In november en december 2017” en
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat verdachte
a) die factuur (DOC-009) in het kader van de bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure op 4 augustus 2020 heeft ingediend bij de curator van Medisch Centrum [naam 5] B.V. mr. G.H. Smink en
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BENADEELDE PARTIJ
10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
- 23, 24c, 28, 31, 36f, 51, 57, 225, 231b, 258a, 321 van het Wetboek van Strafrecht en
- 96 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg,
11.BESLISSING
gevangenisstraf van 22 maanden;
ontzetverdachte van het recht
enig beroep in de zorgsectoruit te oefenen voor de duur van
60 maanden;
- feit 4 van parketnummer 16/268103-20
- het handelen in de richting van patiënten als ware zij een bevoegd en bekwaam huisarts en/of
- het (zonder supervisie) verrichten van (telefonische) consulten bij individuele patiënten, onder wie [getuige 3] en/of [getuige 4] en/of [getuige 2] en/of [getuige 5] en/of [getuige 6] , en/of [getuige 7] en/of één of meer tot nog toe onbekend gebleven perso(o)n(en), zie zich met een medische hulpvraag tot een huisarts van de huisartspraktijk [naam 4] en/of [naam 5]
heeft/hebben gericht en/of
- het (zonder supervisie) beoordelen van de gezondheidstoestand van deze patiënt(en) en/of het vaststellen van een diagnose en/of beleid waaronder het geven van advies en/of verwijzing(en) naar (een) specialist en/of
- het voorschrijven van (een) UR geneesmiddel(len)(uitsluitend recept geneesmiddelen) (te weten oxazepam en/of diclofenac) terwijl dit een voorbehouden handeling betreft en/of
- het autoriseren van een zogeheten receptenbuffer en/of
- het (al dan niet onder een andere naam en/of AGB-code(s)) muteren van data betreffende een of meer consult(en), in elk geval medische data in het Huisartsen Informatie Systeem (HIS),
terwijl zij zichzelf bij het verrichten van bovengenoemde (be)handeling(en), redelijkerwijs niet (voldoende) bekwaam en bevoegd kon en mocht achten en/of verdachte (derhalve) wist en/of ernstige reden had om te vermoeden dat zij, verdachte, schade of een aanmerkelijke kans op schade aan de gezondheid van een ander, te weten de door haar geziene en/of gesproken patiënt(en)(voornoemde [getuige 3]
[getuige 3] en/of voornoemde [getuige 4] en/of voornoemde [getuige 2] ) en/of voornoemde [getuige 5] en/of voornoemde [getuige 6] en/of voornoemde [getuige 7] en/of één of meer tot nog toe onbekend gebeven perso(o)n(en) bij [naam 4] en/of [naam 5] Huisartspraktijk heeft veroorzaakt, bestaande die (aanmerkelijke kans op) schade uit (onder meer):
- het (mogelijk) stellen van (een) foutieve diagnose(s) en/of
- het (mogelijk) starten van een foutieve/onjuiste behandeling en/of
- vertraging in de diagnostiek en/of geïndiceerde behandeling en/of
- het optreden van (een) (ernstige) bijwerking(en) van (een) voorgeschreven UR-geneesmiddel(en);
(waarnemend)huisarts bij de huisartsenpraktijk van het [naam 4] B.V. heeft gewerkt, althans ingeroosterd is geweest;
(telkens) opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische gegevens, van een ander te weten van [benadeelde 1] , heeft gebruikt (telkens) met het oogmerk om haar, verdachte's identiteit te verhelen en/of de identiteit van voornoemde [benadeelde 1] te misbruiken, waardoor enig nadeel (voor voornoemde [benadeelde 1] ) kon ontstaan, welk gebruik erin bestond dat zij verdachte en/of haar mededader(s)
- op negen, althans een of meer, aanvraagformulier(en) verpleging en verzorging thuis en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen), de gegevens van voornoemde [benadeelde 1] als indicerend (HBO) verpleegkundige heeft/hebben vermeld en/of (vervolgens) dat/die aanvraagformulier(en) en/of indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) bij ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en/of PNO zorg heeft /hebben ingediend (bladzijde 24 tot en met bladzijde 84 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- op vier, althans een of meer, aanvraagformulier(en) wijkverpleging (zorg in natura) de gegevens van voornoemde [benadeelde 1] als indicerend (HBO) verpleegkundige heeft/hebben vermeld en/of (vervolgens) dat/die aanvraagformulier(en) bij CZ heeft/hebben ingediend (bladzijde 3 tot en met bladzijde 22 proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- op (ongeveer) vierenvijftig, althans een groot aantal, machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging niet-gecontracteerde wijkverpleging en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en), de gegevens van
voornoemde [benadeelde 1] als indicerend (HBO) verpleegkundige heeft/hebben vermeld en/of (vervolgens) dat/die machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging en/of indicatieformulier(en) bij Avéro/Achmea en/of Zilverenkruis Zorgverzekeringen N.V. heeft/hebben ingediend (bladzijde 86 tot en met bladzijde 258 proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024)
- negen, althans een of meer, aanvraagformulier(en) voor Verpleging en Verzorging Thuis ONVZ en/of PNO-zorg en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) en/of Zorgplan(nen) voor ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. (bladzijde 24 tot en met bladzijde 84 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- vier, althans een of meer, aanvraagformulier(en) wijkverpleging (zorg in natura) voor CZ (bladzijde 3 tot en met bladzijde 22 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- (ongeveer) vierenvijftig, althans een of meer, Machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging niet-gecontracteerde wijkverpleging en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) voor Avéro / Achmea
en/of Zilveren Kruis Zorgverzekeringen B.V. (bladzijde 86 tot en met bladzijde 258 van het proces-verbaal aanvraagformuleren ingekomen 28 mei 2024), (telkens) zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of doen opmaken en/of vervalst en/of doen vervalsen,
door (telkens) op in die aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging en/of indicatieformulier(en) valselijk en/of in strijd met de waarheid de gegevens van [benadeelde 1] als indicerend
(HBO) verpleegkundige te vermelden en/of die geschriften te voorzien van een valse/vervalste handtekening/paraaf van voornoemde [benadeelde 1] , zulks (telkens) met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te
gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
(artikel 47 lid 1 ahf en onder 1 juncto art 225 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht)
(telkens) opzettelijk gebruik heeft/hebben gemaakt van en/of (telkens) opzettelijk heeft/hebben afgeleverd en/of (telkens) opzettelijk voorhanden heeft/hebben gehad
- negen, althans een of meer, aanvraagformulier(en) Machtiging Verpleging en Verzorging Thuis en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) voor ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en/of PNO zorg en/of
- vier, althans een of meer, aanvraagformulier(en) wijkverpleging (zorg in natura) voor CZ en/of
- (ongeeer) vierenvijftig, althans een of meer, machtigingsaanvra(a)g(en) niet-gecontracteerde wijkverpleging en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) voor Avéro/Achmea en/of Zilveren Kruis Zorgverzekeringen B.V.,
(telkens) zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid en/of vervalsing (telkens) hierin dat op die aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en) en/of indicatieformulier(en) en/of zorgplannen – in strijd met de waarheid – de gegevens van [benadeelde 1] als indicerend (HBO) verpleegkundige is vermeld en/of die geschriften zijn voorzien van een valse/vervalste handtekening/paraaf van voornoemde [benadeelde 1] , en bestaande dat gebruikmaken en/of dat afleveren en/of dat voorhanden hebben hierin (telkens) dat zij, verdachte, en/of haar mededader(s) die
aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en) en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) bij ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en/of PNO zorg en/of CZ en/of Avéro/Achmea en/of Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. heeft/hebben ingediend, terwijl zij verdachte, en/of haar mededader(s) (telkens) wist(en), althans
redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die/dat aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en) en/of indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen)
bestemd was/waren tot gebruik als ware deze geschriften echt en onvervalst;
- negen, althans een of meer, aanvraagformulier(en) voor verpleging en verzorging thuis en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) voor ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en/of PNO zorg (bladzijde 24 tot en met bladzijde 84 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- vier, althans een of meer, aanvraagformulier(en) wijkverpleging (zorg in natura) voor CZ (bladzijde 3 tot en met 22 van het proces=-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- (ongeveer) vierenvijftig, althans een of meer, machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging niet-gecontracteerde wijkverpleging en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) voor Avéro/Achmea en/of Zilveren Kruis Zorgverzekeringen B.V. (bladzijde 86 tot en met bladzijde 258 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingemomen 28 mei 2024),
(telkens) zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft/hebben opgemaakt en/of doen opmaken en/of vervalst en/of doen vervalsen,
door (telkens) op/in die aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging en/of indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) valselijk en/of in strijd met de waarheid de gegevens van [benadeelde 1]
[benadeelde 1] als indicerend (HBO) verpleegkundige te vermelden en/of die geschriften te voorzien van een valse/vervalste handtekening/paraaf van voornoemde [benadeelde 1] , met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, tot welk(e) bovenomschreven feit(en) zij, verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opdracht heeft/hebben gegeven en/of
- negen, althans een of meer, aanvraagformulier(en) voor verpleging en verzorging thuis en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) voor ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en/of PNO zorg (bladzijde 24 tot en met bladzijde 84 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- vier, althans een of meer, aanvraagformulier(en) wijkverpleging (zorg in natura) voor CZ (bladzijde 3 tot en met bladzijde 22 van het proces-verbaal aanvraagformulieren ingekomen 28 mei 2024) en/of
- (ongeveer) vierenvijftig, althans een of meer, machtigingsaanvra(a)g(en)/aanvra(a)g(en) machtiging niet-gecontracteerde wijkverpleging en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) voor Avéro/Achmea
en/of Zilveren Kruis Zorgverzekeringen B.V. (bladzijde 86 tot en met bladzijde 258 van het proces-verbaal aanvraagformuleren ingekomen 28 mei 2024),
(telkens) zijnde (een) geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen,
bestaande die valsheid en/of vervalsing (telkens) hierin dat op die aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en) en/of indicatieformulier(en) en/of zorgplannen – in strijd met de waarheid – de
gegevens van [benadeelde 1] als indicerend (HBO) verpleegkundige is vermeld en/of die geschriften zijn voorzien van een valse/vervalste handtekening/paraaf van voornoemde [benadeelde 1] , en bestaande dat gebruikmaken en/of dat afleveren en/of dat voorhanden hebben hierin (telkens) dat zij, verdachte, en/of haar mededader(s) die aanvraagformulier(en) en/of (bijbehorende) indicatieformulier(en) bij ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en/of P.N.O. zorg en/of CZ en/of Avéro/Achmea en/of Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. heeft/hebben ingediend, terwijl zij verdachte, en/of haar mededader(s) (telkens) wist(en), althans
redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die/dat aanvraagformulier(en) en/of machtigingsaanvra(a)g(en) en/of indicatieformulier(en) en/of zorgplan(nen) bestemd was/waren tot gebruik als ware deze geschriften echt en onvervalst,
A: Dat kan zijn. Want ik zei net al dat ik mij een turkse vrouw kan herinneren. De naam [verdachte] zegt mij niets.
V: En de naam [verdachte] ?
A: [verdachte] wel. Dat was een mooie frisse vrouw. Volgens mij was zij Turks. Zij was huisarts. Ik heb een keer bij die vrouw gezeten.
0: Wij tonen u een foto (
opmerking rechtbank: een foto van verdachte wordt getoond).
V: Kunt u ons vertellen of u deze persoon kent?
A: Ja dat is ze. Huisarts [verdachte] . Bij haar ben ik toen geweest. Volgens mij was het zelfs de laatste keer dat ik in die praktijk bij de huisarts ben geweest. [6]
A: 1 keer.
A: Dat is waarschijnlijk de laatste keer geweest dat ik daar ben geweest. [7]
A: Vaak gebeurde het dat we belden voor een afspraak met de huisarts, maar als we er dan kwamen dan kregen we een andere huisarts. Ik weet nog dat ik een afspraak had op 4 mei. Ik had toen een afspraak met dokter [G] , maar toen ik er kwam was er een vrouw. De assistente vertelde mij dat dokter [G] afwezig was.
V: Kunt u de vrouw omschrijven?
A: Ze was blond en had een lichtgetinte huid.
A: Bij die vrouw 1 of 2 keer.
0: Wij tonen u nog een foto van een vrouw (
opmerking rechtbank: een foto van verdachte wordt getoond).
V: herkent u deze mevrouw? [8] A: Ja dat is die vrouwelijke arts waar ik ben geweest. Uiteindelijk heb ik met haar het consult gehad. Ik had na deze afspraak waarover ik zojuist over verklaard weer een afspraak met de huisarts. Toen ik daar kwam bleek ik weer bij die vrouw een consult te hebben. [9]
opmerking rechtbank: een foto van verdachte wordt getoond).
V = Kunt u vertellen hoe het bezoek aan de dokter toen is verlopen?
opmerking rechtbank: er worden drie foto’s van verschillende vrouwen getoond)?Mevrouw pakt de foto van p. 1469(
opmerking rechtbank: dit is een foto van verdachte)
Ja, zij is die vrouw. [18]
(...)
Wat hebt u daar mee gedaan?Ik ging daarmee naar de apotheek.
A: ik ben aangenomen als huisarts
A: Ik kwam er achter dat een patiënt onder behandeling was bij mevrouw [verdachte] . Ik las in het EPO (Elektronisch patiëntendossier) dat door haar antibiotica was voorgeschreven voor de behandeling van een ontstoken duim.
V: In hoeverre heeft u gezien of gehoord dat mevrouw [verdachte] patiënten zag? [29] A: Het kwam vaker voor dat er patiënten op spreekuur stonden gepland die dan hadden aangegeven dat zij liever gezien werden door dokter [verdachte] . Dit gebeurde dan ook. Mede hierdoor was ik er van overtuigd dat mevr. [verdachte] ook huisarts was. [30]
A: Ik moest de telefoon aan nemen. Patiënten te woord staan en hand en spandiensten uitvoeren. De directrice heeft mij gezegd dat zij huisarts was.
V: In welke periode of op welke dagen bent u werkzaam geweest bij [naam 4] te Utrecht?
A: Van 12 oktober 2016 tot en met het faillissement. [31]
A: Nadat meneer [G] weg was, kwam er een vervanger. Deze vervanger had iets privé en was niet aanwezig. Er stonden wel patiënten op de agenda en de directrice heeft toen die patiënten gezien. [32]
A: Mevrouw [verdachte] vertelde mij dat alsiemand mij zou bellen met de vraag of ik in mei bij het gezondheidscentrum gewerkt had, dat ik dan moest ik zeggen dat dat inderdaad het geval was. Korte tijd later werd ik door de mevrouw [N] van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd gebeld met de vraag of ik bij [naam 4] had gewerkt.
A: In 2014 of 2015. Zij had zich voorgesteld als arts.Volgens mij belde ze mij op 14 juni over die drie data in mei. Een week later werd ik door de Inspectie gebeld. [38]
Ik heb ook telefonisch contact opgenomen met CZ en ook daar had men diverse aanvragen met valselijk opgemaakt. CZ heeft mij wel een mail gestuurd met een viertal aanvragen, mij werd gevraagd of ik deze wilde beoordelen of dit rechtmatige aanvragen waren door mij opgemaakt. Ik kan u mededelen dat deze vier aanvragen niet door mij zijn opgemaakt en aangevraagd. Wederom met mijn personalia, mijn identiteit, mijn BIG nummer, mijn diploma en ondertekend, met een valse handtekening. [42]
[naam 1] heeft over de periode 6 mei 2019 tot en met 12 december 2019, 9 aanvraagformulieren (7 eerste en 2 vervolgaanvragen) voor een machtiging Verpleging & Verzorging thuis ingediend. De 9 aanvragen van [naam 1] zouden alle zijn opgesteld door mevrouw [benadeelde 1] , wat ook impliceert dat zij de indicaties heeft gesteld. [benadeelde 1] verklaarde desgevraagd dat zij de betreffende aanvragen niet heeft opgesteld c.q. heeft ondertekend. Dit wordt bevestigd met de gegevens uit het RIZ-Portaal https: […] waaruit blijkt dat [benadeelde 1] als vrijgevestigde gedetacheerde
verbonden was aan [naam 1] van 1 oktober 2018 tot 1 april 2019. [43]
opmerking rechtbank: aan verdachte wordt een aanvraagformulier getoond van verzekerde [verzekerde 1] bij CZ, pagina 1714)
A: Het handschrift op het formulier is mijn handschrift.
A: Grotendeels wel.
A: Dat is ook mijn handschrift op dit tweede formulier. [52]
opmerking rechtbank: aan verdachte wordt een indicatieformulier getoond van verzekerde [verzekerde 2] bij Zilveren Kruis, pagina 1737)
V: Wat kunt u hier over verklaren?
A: geschreven naam lijkt op mijn handschrift. [53]
A: [A] was bestuurder en ik ben daar op een gegeven moment bijgekomen. Thuiszorg [naam 1] is in oktober 2018 volgens mij ontstaan. Dit heb ik volgens mij in de kvk papieren zien staan.
V: Wat was de functie van [verdachte] bij Thuiszorg?
A: Zij had de functie van Directeur. [56]
A: Op papier [A] en ik op een gegeven moment ook op papier. Maar ik had helemaal geen directeurenrol. De persoon die alles regelde was [verdachte] .
V: Wat regelde zij dan allemaal?
A: Echt alles. Alleen de zorg bij de cliënten regelde ik. Zij regelde salaris uitbetaling, aanname personeel, alles op financieel en boekhoudkundig gebied. Zij opende alle post. Toen ik waarnam in haar bevallingsperiode, gooide ik de binnengekomen post bij [verdachte] in de brievenbus thuis. Deze post heb ik nooit geopend. Zij wonen aan het [adres] in [woonplaats] . [verdachte] hield zich bezig met Loonheffing, salarisadministratie, contacten met boekhouder. Contracten met personeel, maar ook met zorgverzekeraars. [57] Ik weet dat ik van haar e-mails ontving met de ondertekening directeur [A] . Dat is ook de reden dat ik haar mevrouw [A] noemde en in de veronderstelling was dat zij getrouwd waren. Ik weet zeker dat dit e-mails waren van mevrouw omdat zij mij naderhand nog vroeg of ik haar mail had ontvangen en wat ik ermee had gedaan. Ik weet niet of u de heer [A] heeft gesproken maar hij spreekt gebrekkig Nederlands.
V: Hoe kwam het dat [verdachte] dit vertelde?
A: Ik heb, nadat […] weg was, indicaties voorbij zien komen met de naam [benadeelde 1] .Ik had het contact met de cliënten. Als een client geïndiceerd moest worden dan gaf ik dit aan bij [verdachte] en vroeg ik [verdachte] om aan [benadeelde 1] door te geven welke cliënten geïndiceerd moesten worden. [58]
V: Wat is jou reactie? [59] A: Dat is niet waar want hij was vrijwel nooit op kantoor. Hij kwam weleens om een doos te
verschuiven maar meer niet. Hij had ook geen sleutels van het pand. [60]
A: Van eind januari tot en met eind mei 2019. [61]
A: Directeur
V: Wat voor werkzaamheden verrichtte mevrouw [verdachte] ?
A: Vooral de facturen, het financiële gedeelte. Contacten met zorgverzekeringen, KVK en later over een andere naam en ander logo.
A: [verdachte] gaf aan dat de contacten met de zorgverzekering niet optimaal verliepen omdat zij een nieuwe organisatie waren. Ik kreeg soms formulieren mee, die moesten cliënten dan invullen, Deze ingevulde formulieren gaf ik terug aan [verdachte] en zij regelde het dan met de zorgverzekeringen. Alle declaraties werden door [verdachte] gedaan. [62]
A: Ik heb daar gewerkt. Bij [naam 1] had [verdachte] de leiding.
V: Hoe stelde mevrouw [verdachte] zich voor?
A: Toen stelde ze zich voor als de directeur van [naam 1] . [63]
de rechtbank begrijpt: [bedrijf 1] B.V.).
de rechtbank begrijpt: DOC-010), afkomstig van de privé bankrekening van [verdachte] met betalingen aan [bedrijf 1] , ontvangen? op 28 februari 2019
) van [bedrijf 1] naar uw mening vals?