In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de Dienst Toeslagen omdat zij van mening is dat er niet tijdig is beslist op haar bezwaar van 28 maart 2023 tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 24 december 2024 uitspraak gedaan. Eiseres heeft op 20 oktober 2024 een verweerschrift ontvangen van de Dienst Toeslagen, maar geen van beide partijen heeft verzocht om een zitting. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten en is tot een oordeel gekomen.
De rechtbank overweegt dat tegen het niet tijdig nemen van een besluit beroep kan worden ingesteld. Eiseres heeft verweerder in gebreke gesteld op 25 september 2023, en heeft meer dan twee weken later, op 4 september 2024, beroep ingesteld. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn is overschreden en verklaart het beroep gegrond. Verweerder moet alsnog een besluit nemen, en de rechtbank bepaalt dat dit binnen twee weken na de uitspraak moet gebeuren, tenzij er bijzondere omstandigheden zijn.
De rechtbank heeft ook overwogen dat in deze zaak een dwangsom van € 50,- per dag moet worden betaald voor elke dag dat verweerder de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft verzocht om de dwangsom vast te stellen, en de rechtbank heeft de proceskosten van eiseres toegewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 24 december 2024 en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.