Op 16 december 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de Dienst Toeslagen. Eiseres had beroep ingesteld omdat verweerder niet tijdig had beslist op haar bezwaar van 30 november 2023 tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien verweerder op 10 april 2024 in gebreke was gesteld. Eiseres heeft vervolgens op 13 september 2024 beroep ingesteld. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en bepaald dat verweerder alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit moet nemen. In bijzondere gevallen kan de bestuursrechter een andere termijn bepalen, maar in dit geval is de termijn vastgesteld op uiterlijk 7 juli 2025. De rechtbank heeft ook een dwangsom van € 50,- per dag opgelegd voor elke dag dat verweerder de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 437,50 en moet het betaalde griffierecht van € 51,- aan eiseres worden vergoed.