ECLI:NL:RBMNE:2024:6256
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens gebrek aan toereikende machtiging en statuten
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 4 oktober 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk beroep van [eiseres] B.V. tegen de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht. Het beroep was ingesteld op 23 mei 2023 tegen een uitspraak op bezwaar van verweerder van 12 mei 2023, die op 16 mei 2023 was verzonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroepschrift veronderstellenderwijs was ingediend door [handelend namens], die zich als gemachtigde van [eiseres] B.V. had gepresenteerd. Echter, bij het beroepschrift ontbraken een toereikende machtiging, een uittreksel uit het handelsregister en de statuten van [eiseres] B.V.
De rechtbank heeft [handelend namens] meerdere keren in de gelegenheid gesteld om de ontbrekende documenten aan te leveren, maar deze zijn niet tijdig overgelegd. De rechtbank heeft op 1 september 2023 een aangetekende brief gestuurd waarin [handelend namens] werd verzocht om binnen vier weken de benodigde documenten aan te leveren. Ondanks deze verzoeken heeft [handelend namens] geen geldige machtiging of de benodigde stukken ingediend. Tijdens de zitting op 2 september 2024 heeft hij aangegeven dat de machtiging via verweerder was aangeleverd, maar de rechtbank oordeelde dat dit niet voldeed aan de wettelijke vereisten.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat er geen toereikende machtiging is overgelegd. Ook het verzoek om schadevergoeding wegens immateriële schade werd afgewezen, omdat niet kon worden vastgesteld dat [eiseres] B.V. daadwerkelijk beroep wenste in te stellen. De rechtbank heeft de beslissing in het openbaar uitgesproken en de partijen geïnformeerd over de mogelijkheid om in beroep te gaan bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.