ECLI:NL:RBMNE:2024:6164
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheidsincident in civiele procedure tussen Nederlandse en Franse rechtspersoon zonder overeengekomen forumkeuze
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Midden-Nederland, is een bevoegdheidsincident aan de orde. De eisende partij, [partij I] B.V., gevestigd in [vestigingsplaats 1], heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde partij, [partij II] SOCIÉTÉ PAR ACTION SIMPLIFIÉE, gevestigd in [vestigingsplaats 2] (Frankrijk). De vordering betreft een geschil over een overeenkomst voor de levering van eendenvlees, waarbij [partij I] een bedrag van € 192.348,00 vordert wegens niet-nakoming van de overeenkomst door [partij II]. In het incident heeft [partij II] aangevoerd dat de rechtbank Midden-Nederland zich onbevoegd moet verklaren, omdat de Franse rechter bevoegd zou zijn op basis van de vestigingsplaats van [partij II]. [partij I] betwist dit en stelt dat er een forumkeuzebeding is overeengekomen, waardoor de Nederlandse rechter bevoegd zou zijn.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen rechtsgeldige forumkeuze is overeengekomen tussen partijen. De rechtbank heeft de argumenten van [partij I] over de geldigheid van het forumkeuzebeding verworpen, omdat niet aan de vereisten van artikel 25 Brussel I-bis is voldaan. De rechtbank concludeert dat de hoofdregel van artikel 4 Brussel I-bis van toepassing is, wat betekent dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart om van de vordering kennis te nemen. Tevens is [partij I] veroordeeld in de proceskosten van [partij II], die zijn begroot op € 9.986,00, te vermeerderen met wettelijke rente.
De uitspraak is gedaan door mr. R.J. Verschoof en openbaar uitgesproken op 4 september 2024. De rechtbank heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat [partij I] de proceskosten binnen veertien dagen moet betalen, anders kunnen er extra kosten in rekening worden gebracht.