Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[gedaagde sub 1] B.V.,2. [gedaagde sub 2] B.V.,
3.
[gedaagde sub 3],
1.De procedure
2.Kern van de zaak
[bedrijfsnaam 1]”) geleden en nog te lijden schade door het ernstig verwijtbaar handelen door [gedaagde sub 1] c.s. [eiseres] is de rechtsopvolger van [bedrijfsnaam 1] . Deze (schadestaat)procedure bij de rechtbank gaat over het vaststellen van de hoogte van de schade van [eiseres] .
3.De achtergrond van het geschil
[bedrijfsnaam 2]”) is een joint venture, opgericht door [bedrijfsnaam 1] en [gedaagde sub 1] . [bedrijfsnaam 1] en [gedaagde sub 1] hielden beide vijftig procent van de aandelen in [bedrijfsnaam 2] . Vanaf de oprichting van [bedrijfsnaam 2] in 2001, was [gedaagde sub 1] bestuurder van [bedrijfsnaam 2] . Enig bestuurder en enig aandeelhouder van [gedaagde sub 1] is [gedaagde sub 2] . Enig bestuurder en aandeelhouder van [gedaagde sub 2] is [gedaagde sub 3] .
4.De beoordeling
- i) hoofdelijke veroordeling van [gedaagde sub 1] , [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] tot betaling van € 243.575,84;
- ii) hoofdelijke veroordeling van [gedaagde sub 1] , [gedaagde sub 2] en [gedaagde sub 3] tot betaling van € 8.454,88;
Schade uit aflossingen: € 186.900,80 (exclusief wettelijke rente)
Schade uit aflossingen: wettelijke rente
De kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid