In deze beschikking van 16 augustus 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de wijziging van kinderalimentatie en zorgregeling tussen de ouders van een minderjarige. De ouders, die in 2015 hun relatie hebben beëindigd, hebben samen een kind, [minderjarige 1], geboren in 2010. De rechtbank heeft eerder op 17 juni 2024 een zorgregeling vastgesteld, maar de beslissing over de alimentatieverzoeken is aangehouden. De vrouw heeft verzocht om een verhoging van de kinderalimentatie van de man, die eerder was vastgesteld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 12 januari 2021. De man heeft verweer gevoerd en verzocht om een verlaging van de alimentatie.
De rechtbank heeft de behoefte van de kinderen vastgesteld en de draagkracht van beide ouders beoordeeld. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de man vanaf de datum van de beschikking een bedrag van € 314,- per maand voor de kosten van de verzorging en opvoeding van [minderjarige 1] aan de vrouw moet betalen. De rechtbank heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden nageleefd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De rechtbank heeft de overige verzoeken van de partijen afgewezen.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en kan door de betrokken partijen worden aangevochten bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen de gestelde termijn van drie maanden.