ECLI:NL:RBMNE:2024:492
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing handhavingsverzoek constructief veilige ondersteuning mandelige scheidingsmuur
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 31 januari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, eigenaar van een pand, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. Eiser had verzocht om handhavend op te treden tegen het ontbreken van een constructief veilige ondersteuning van een mandelige scheidingsmuur. Het college had dit verzoek eerder buiten behandeling gesteld en later afgewezen, wat eiser tot beroep heeft geleid.
De rechtbank oordeelde dat het college zijn motivering voor de afwijzing van het handhavingsverzoek had gewijzigd tijdens de zitting, wat in strijd was met de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank concludeerde dat de beslissing op bezwaar van 27 september 2022 vernietigd moest worden, omdat het college niet had aangetoond dat handhaving in dit geval niet mogelijk was. De rechtbank benadrukte dat de volgorde van herstelwerkzaamheden niet relevant was voor de vraag of aan de last kon worden voldaan.
De rechtbank heeft het college opgedragen om binnen zes weken na de uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiser. Tevens is het college veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiser, die in totaal € 2.059,- bedragen. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.