ECLI:NL:RBMNE:2024:4916
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning energietoeslag en niet-ontvankelijkheid beroep
In deze zaak heeft eiser op 14 juni 2022 een aanvraag voor energietoeslag ingediend voor het jaar 2022. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht heeft deze aanvraag op 4 oktober 2022 afgewezen. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het college heeft op 10 februari 2023 het bezwaar ongegrond verklaard. Eiser's gemachtigde, een bestuurslid van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb), heeft op 22 maart 2023 een pro forma beroepschrift ingediend tegen dit besluit. De rechtbank heeft eiser op 10 mei 2023 gevraagd om binnen vier weken de gronden van beroep in te dienen. Op 15 juni 2023 heeft het college alsnog een eenmalige vergoeding van € 1.800,- toegekend aan eiser.
De rechtbank heeft op 4 juli 2023 eiser gevraagd om binnen twee weken te bevestigen of hij het eens is met het besluit van 15 juni 2023. Op 18 september 2023 heeft de rechtbank meegedeeld dat het beroep ook van rechtswege gericht is tegen het nieuwe besluit, maar er is geen reactie van eiser gekomen. Gezien het ontbreken van procesbelang heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep van eiser ook betrekking heeft op de beslissing van het college van 15 juni 2023. Aangezien eiser geen procesbelang heeft bij de behandeling van zijn beroep tegen het besluit van 10 februari 2023, is dit beroep eveneens kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Het verzoek om proceskostenveroordeling is afgewezen, omdat er geen sprake is van beroepsmatige rechtsbijstand. De rechtbank heeft het college opgedragen om het betaalde griffierecht van € 50,- te vergoeden, aangezien eiser na het indienen van beroep alsnog een vergoeding is toegekend.